ShowLink-basiskennis
ShowLink-kanalen en 2,4 GHz-spectrum
ShowLink-kanalen die afstandsbediening van Axient-zenders mogelijk maken, zijn actief in het 2,40 tot 2,484 GHz gedeelte van het RF-spectrum volgens het protocol IEEE
802.15.4. Apparaten die het 2,4 GHZ spectrum delen, m.i.v. Wi-Fi, zijn zo vervaardigd dat ze het spectrum efficiënt delen en minimale storing veroorzaken. Zowel ShowLink
als Wi-Fi gebruiken 'listen before talk' technologie om alleen korte berichtenpakketten te verzenden wanneer dit nodig is om bandbreedte te besparen. Beschikbaar spectrum,
lage interferentie en wereldwijde beschikbaarheid maken het 2,4 GHz spectrum een ideale keuze voor ShowLink-kanalen.
Binnen het 2,4 GHz-spectrum zijn 16 kanalen beschikbaar voor ShowLink-communicatie. Voor een betrouwbare communicatie beschikt het access point over een interne
scanradio waarmee het 2,4 GHz-spectrum honderden malen per seconde wordt geanalyseerd. Als er een storing wordt waargenomen, past het access point kanaalsel-
ectie toe om automatisch naar een storingsvrij kanaal binnen het spectrum te schakelen. Alle zenders die bij het access point horen, blijven ononderbroken op het nieuwe
ShowLink-kanaal communiceren. Als ShowLink om welke reden dan ook offline gaat, wordt de audiotransmissie niet onderbroken.
Dekkingsgebied
Het dekkingsgebied van het access point komt overeen met het RF-bereik van de zender. Gebruik de functie ShowLink Test in het ontvangermenu om de grenslijnen van het
dekkingsgebied in kaart te brengen. Het dekkingsgebied kan met meerdere access points worden vergroot of worden uitgebreid naar meerdere ruimtes.
Zendercapaciteit
Een enkel access point ondersteunt maximaal 16 Axient-zenders. Iedere zender binnen het bereik van een actief access point met beschikbare capaciteit wordt automatisch
door dat access point bestuurd. Wanneer er meerdere access points worden gebruikt om de zendercapaciteit of het dekkingsbereik te vergroten, wordt de zenderbesturing
automatisch tussen de verschillende access points verdeeld. Alle wijzigingen in besturing tussen access points vinden naadloos en automatisch plaats zonder tussenkomst
van de gebruiker.
Zenderbesturing
Een access point met beschikbare capaciteit zal automatisch de zenders binnen het dekkingsgebied besturen. Bij meerdere access points wordt automatisch gezorgd dat de
zenderbesturing wordt verdeeld en dat de dekking behouden blijft. Besturingsovergangen tussen access points hebben geen invloed op de transmissie van het audiokanaal.
2,4 GHz kanaalselectie om storing te vermijden
Als er storing aanwezig is van Wi-Fi of andere apparaten die dit spectrum delen, schakelt de ingebouwde kanaalselectie het access point en alle bestuurde zenders automa-
tisch over naar een storingsvrij kanaal. Kanaalselectie kan storing vermijden van de volgende apparaten die in het 2,4 GHz spectrum werken:
• Wi-Fi (802.11)
• Snoerloze telefoons
• Draadloze video
ShowLink-pictogram
Het ShowLink-pictogram staat op het beginscherm van een "linked" zender en ontvanger om aan te geven dat de zender door een access point wordt bestuurd, zodat
ShowLink-besturing mogelijk is. Als de zender zich buiten het bereik van het access point bevindt, of als de ontvanger offline is, verdwijnt het pictogram om aan te geven dat
de ShowLink-besturing verloren is.
Voeding
Het access point wordt via PoE-netwerkpoorten (Power Over Ethernet) gevoed. Als PoE niet beschikbaar is, kan een externe voedingsbron worden toegepast.
Power Over Ethernet
De Shure-ethernet-switch en de Axient-rackcomponenten zijn voorzien van netwerkpoorten met
Power over Ethernet (PoE). De netwerkpoort voedt het access point zolang de hostcomponent is
ingeschakeld.
1. Steek een CAT-5-ethernetkabel in de ethernetpoort op de behuizing van het access point.
2. De PoE-verbinding voorziet het access point van voeding.
Externe voeding (optioneel)
Als Power over Ethernet (PoE) niet beschikbaar is, kan het access point worden gevoed met behulp
van een externe voedingsbron van 15 VDC ±10% (600 mA).
1. Sluit de voedingsbron aan op de connector van de externe voeding.
2. Haal de borgring aan om de stekker vast te zetten.
3. Sluit de netkabel aan op een netvoedingsbron.
4. Sluit een CAT 5-ethernetkabel aan op het access point om een netwerkverbinding te geven.
44
PUSH
Ethernetpoort
Connector externe
voeding