NL
7.2
Gevaarlijke stoffen
VOORZICHTIG
Gebruikte of gelekte vloeistoffen en alle andere producten die tijdens werkzaamheden
worden gebruikt, moeten op milieuvriendelijke wijze worden opgevangen en afgevoerd.
7.3
Overdrukventielen
Controleer regelmatig de werking van de overdrukventielen.
•
Sluit de bedieningsklep aan op een persluchtaansluiting met een druk van circa 14 bar
(bijvoorbeeld via een reduceerventiel).
•
Sluit geen gereedschap aan.
•
Voer de druk van het reduceerventiel langzaam op, terwijl u één drukknop in de stand "+" houdt.
•
Het veiligheidsventiel moet opengaan bij een druk tussen de 12.5 en 13.5 bar.
•
Test op dezelfde manier de eventuele andere overdrukventielen.
•
Neem contact op met uw Holmatro-dealer wanneer het overdrukventiel te vroeg of te laat opengaat.
8
Buiten gebruik stellen/recyclen
Aan het einde van de gebruiksduur kan het apparaat worden verschroot en gerecycled.
•
Maak de apparatuur onklaar, zodat deze niet meer kan worden gebruikt.
•
Controleer of de apparatuur geen onder druk staande onderdelen bevat.
•
Zorg ervoor dat de diverse materialen die in de apparatuur gebruikt worden, zoals staal, aluminium,
nitrielrubber en kunststof, gerecycled worden.
•
Vang alle gevaarlijke stoffen afzonderlijk op en voer deze op een milieuvriendelijke manier af.
•
Raadpleeg voor het recyclen de Holmatro-dealer.
12
All manuals and user guides at all-guides.com
916.001.518_000
xCV 12