BizLine BIZ 782 277 Manual De Instrucciones página 13

Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 38
NL
wordt gecreëerd.
3. Controleer de nauwkeurigheid van de opwaartse verticale straal.
4. Controleer de nauwkeurigheid van de zijwaartse verticale straal.
5. Controleer de loodlijn tussen de 2 verticale stralen.
De verticale nauwkeurigheid van het snijpunt controleren dat door de horizontale (5) en
zijwaartse lijnen wordt gecreëerd (afwijking boven-onder):
1) Zet de laser op een tafel of op de vloer tussen 3 wanden A, B en C. De afstand tussen A en B moet
ongeveer 5 meter zijn.
2) Plaats de laser op ongeveer 0,5 meter afstand van wand A en 2 meter van wand C.
3) Ontgrendel het pendulum en druk twee keer op de selectieknop (a) om de 3 laserstralen te projecteren.
4) Richt de dwarslijnen van de horizontale straal en zijwaartse verticale straal (5) op wand A.
5) Markeer op wand A het snijpunt van de stralen als a1, en op wand C als c1 (zie figuur 1).
6) Draai de laser 180° in de richting van wand B. Plaats de laser opnieuw en controleer of de twee verticale
lijnen punt a1 en c1 snijden.
7) Markeer op wand B het snijpunt als b1 (zie figuur 2).
8) Vergrendel, zonder de laser te draaien, het pendulum en zet de laser bij wand B op ongeveer 0,5 meter
van wand B.
9) Ontgrendel het pendulum en druk twee keer op de selectieknop (a) om de 3 de laserstralen te projecteren.
10) Controleer of de verticale lijn punt a1 en b1 snijdt.
11) Markeer op wand B het snijpunt als b2 (zie figuur 3).
12) Draai de laser 180° in de richting van wand A. Plaats de laser opnieuw en controleer of de twee verticale
lijnen punt b2 en a1 snijden.
13) Markeer op wand A het snijpunt als a2 (zie figuur 4).
14) Meet de afstanden:
Δa= |a2-a1|
Δb= |b1-b2|
15) Het verschil (Δa – Δb) mag niet meer dan 3 mm zijn, anders moet de laser naar een gekwalificeerde
technicus worden gestuurd voor reparatie.
24
ongeveer 5 meter
figuur 1
figuur 2
De verticale nauwkeurigheid van het snijpunt controleren dat door de longitudinale (4) en
horizontale lijnen wordt gecreëerd (afwijking boven-onder):
1) Zet de laser op een tafel of op de vloer tussen 3 wanden A, B en C. De afstand tussen A en B moet
ongeveer 5 meter zijn.
2) Plaats de laser op ongeveer 0,5 meter afstand van wand A en 2 meter van wand C.
3) Ontgrendel het pendulum en druk twee keer op de selectieknop (a) om de 3 de laserstralen te projecteren.
4) Richt de dwarslijnen van de horizontale straal en de opwaartse verticale straal (4) op wand A.
5) Herhaal stap 5 t/m 15 van de vorige paragraaf.
De nauwkeurigheid van de opwaartse verticale straal (4) controleren:
1) Hang een ongeveer 3 meter lange loodlijn aan een wand.
2) Nadat de loodlijn recht hangt, markeert u punt a1 op de wand achter de loodlijn onderaan (zie figuur 5).
3) Zet de laser op een statief of op een vaste ondergrond tegenover de wand, op ongeveer 2 meter.
4) Ontgrendel het pendulum en druk op de knop om de opwaartse verticale straal (4) naar de loodlijn te
projecteren.
5) Draai de laser, zodat de verticale straal onder het ophangpunt één lijn vormt met de loodlijn.
6) Markeer punt a2 op de wand in het midden van de verticale straal, op dezelfde hoogte als a1 (zie figuur 6).
7) De afstand tussen a1 en a2, mag niet meer dan 1 mm zijn, anders moet de laser naar een gekwalificeerde
technicus worden gestuurd voor reparatie.
figuur 3
figuur 4
NL
25

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Este manual también es adecuado para:

16 357 43

Tabla de contenido