U heeft zojuist een kwalitatief hoogwaardig, draadloos babyfoonsysteem aangeschaft waarmee u naar
uw kind kunt luisteren van waar u maar wilt, in huis of rondom het huis. Dankzij de talk-back functie
kunt u uw baby op afstand troosten. Verder is het systeem ook als 2-weg intercom te gebruiken. Lees
deze handleiding zorgvuldig alvorens het babyfoonsysteem in gebruik te nemen en bewaar deze om
ook later nog eens bepaalde aspecten na te kunnen lezen.
Dit babyfoonsysteem is bedoeld als hulpmiddel. Het is geen vervanging voor de verantwoordelijkheden
en toezicht van een volwassene en mag dan ook niet als zodanig worden toegepast.
Zorg ervoor dat het babytoestel en de adapterkabel steeds buiten bereik van uw baby blijven (min. 1 m
uit de buurt). Plaats het babytoestel nooit in het bed of de box van de baby!
Zowel het oudertoestel als het babytoestel zijn voorzien van een vaste antenne; probeer dan ook niet
Babytoestel
Sluit de netadapter (1-10) aan op een contactdoos en verbind vervolgens het DC-snoertje (1-11) met
het babytoestel.
Wanneer u batterijen wilt gebruiken, verwijder dan het deksel van het batterijcompartiment (1-10) met
een schroevendraaier. Plaats vier 1,5 V, AA batterijen (niet meegeleverd; geadviseerd wordt om niet-
oplaadbare Philips Alkaline batterijen te gebruiken); let hierbij op de + en – markeringen in het
batterijcompartiment. Breng het deksel weer aan en draai de schroef vast.
Het babytoestel werkt draadloos tot zo'n 30 uur op nieuwe batterijen. Het rode indicatielampje POWER
(1-2) gaat knipperen wanneer de batterijen bijna leeg zijn. Plaats in een dergelijk geval nieuwe batterijen.
N.B.:
Wanneer u het babytoestel volledig wilt uitschakelen, zet dan de keuzeschakelaar (1-8) in de
uit-stand (OFF).
Oudertoestel
In het oudertoestel worden oplaadbare batterijen gebruikt. Deze zijn reeds geplaatst, maar moeten wel
voor het eerste gebruik van het toestel buiten de lader tenminste 14 uur worden geladen:
• Sluit de netadapter (2-13) aan op een contactdoos en verbind vervolgens het DC-snoertje (2-12) met
de lader (2-7).
• Plaats het oudertoestel in de lader. Het rode indicatielampje op de lader (2-15) licht op.
Het oudertoestel kan nu worden gebruikt; laat het echter staan in de lader totdat de batterijen volledig
zijn opgeladen (tenminste 14 uur). Zodra de batterijen volledig zijn opgeladen, mag u het oudertoestel
ook uit de lader nemen en kan dit draadloos max. 12 uur worden gebruikt.
Wanneer het rode indicatielampje POWER (2-2) op het oudertoestel begint te knipperen, dan zijn de
batterijen bijna leeg. Plaats het oudertoestel dan in de lader om de batterijen op te laden.
Wanneer de oplaadbare batterijen niet meer zo goed laden, vervang deze dan als volgt door twee
nieuwe batterijen (1,2 V, AA NiMH, 800 mAh): verwijder het deksel van het batterijcompartiment (2-8)
met een schroevendraaier en plaats de batterijen; let hierbij op de + en – markeringen in het
batterijcompartiment. Breng het deksel weer aan en draai de schroef vast. Gebruik uitsluitend 1,2 V,
AA NiMH oplaadbare batterijen!
BELANGRIJK!
deze uit te trekken.
Bedek het babytoestel nooit (met een handdoek, deken, etc.).
D
E TOESTELLEN IN GEBRUIK NEMEN
P
ROFICIAT
27