De luchtinlaat en -uitlaat
•
mogen niet worden
geblokkeerd. Leg dus geen
voorwerpen boven op
de luchtuitlaat of voor de
luchtinlaat.
Let op
Als het stopcontact slechte
•
aansluitingen heeft,
wordt de stekker van de
luchtbevochtiger warm.
Steek de stekker van de
luchtbevochtiger in een
stopcontact met goede
aansluitingen.
Plaats en gebruik de
•
luchtbevochtiger altijd op
een droge, stabiele, vlakke
en horizontale ondergrond.
Plaats geen voorwerpen
•
op de luchtbevochtiger en
ga er niet op zitten.
Zorg dat de
•
luchtbevochtiger
goed is gemonteerd/
aangesloten nadat u
deze hebt gereinigd, de
bovenkant hebt verwijderd
of het waterreservoir
hebt bijgevuld. De
luchtbevochtiger moet
goed zijn gemonteerd om
goede en veilige prestaties
te leveren.
Gebruik alleen het
•
originele Philips-filter dat
voor deze luchtbevochtiger
is bedoeld. Gebruik geen
andere filters.
Stoot niet met harde
•
voorwerpen tegen de
luchtbevochtiger (dit geldt
in het bijzonder voor de
luchtinlaat en -uitlaat).
Steek geen vingers of
•
objecten in de luchtinlaat
of -uitlaat om lichamelijk
letsel of schade aan
de luchtbevochtiger te
voorkomen.
Gebruik deze
•
luchtbevochtiger niet
als u insectenwerende
middelen hebt gebruikt
die rook verspreiden
of in ruimten waar zich
olieresten bevinden, waar
wierook wordt gebrand of
waar chemische dampen
hangen.
Gebruik de
•
luchtbevochtiger niet in de
buurt van gasapparaten,
verwarmingsapparatuur of
open haarden.
Haal altijd de stekker uit
•
het stopcontact als u de
luchtbevochtiger niet meer
gebruikt en voordat u deze
gaat schoonmaken.
NL
91