LET OP
Wij bevelen aan om de
accumulatorvoorvuldruk (p
kiezen om eventuele temperatuurinvloeden te
compenseren.
Dit geldt niet voor metaalbalgaccumulatoren.
– Tegendruk aan de reduceerklep LANGZAAM
INSTELLEN. De manometer aan de FPU‑1
geeft tevens de tegendruk aan (tegendruk =
gewenste voorvuldruk (p
– De accumulator wordt tot de gekozen
voorvuldruk (p
) gevuld.
0
– Na het bereiken van thermisch evenwicht
met de omgeving moet de voorvuldruk (p
opnieuw worden gecontroleerd en eventueel
worden gecorrigeerd.
6.4 Drukverlaging (ontlasten)
– Ontlastklep (B) langzaam openen. Het
stikstof ontwijkt in de atmosfeer.
) 10 % hoger te
0
)).
0
)
0
6.5 Beëindiging
– Bij balgaccumulator: inzetstuk van het
gasventiel (E) van de hydraulische
accumulator sluiten door spindel (A) linksom
te draaien.
– Bij zuiger‑, membraan‑ en
metaalbalgaccumulator: inbusschroef (P)
van de hydraulische accumulator sluiten
door spindel (A) rechtsom te draaien.
– Stikstoffles sluiten.
– Druk in het reduceerventiel, de vulslang en
de FPU‑1 ontlasten via het veiligheidsventiel
(B) van de FPU‑1.
– Vulslang van de FPU‑1 verwijderen.
– Wartelmoer (D) losdraaien en de FPU‑1 van
de hydraulische accumulator verwijderen.
– Bij balgaccumulator: adapter A3
losschroeven en O‑ring (O) weer
aanbrengen. Gasventiel met lekkagespray
op dichtheid controleren.
Afdekking (H) op het gasventiel van de
accumulator schroeven en goed aandraaien
(30 Nm). Beschermkap (S) met de hand
opschroeven.
– Bij zuiger‑, membraan‑ en
metaalbalgaccumulator: sluitplug (P)
met een zeskantschroevendraaier SW6,
DIN ISO 2936 goed aandraaien (20 Nm).
Sluitplug (P) met lekkagespray op dichtheid
controleren.
Afdekking (S) op de sluitplug (P) schroeven
en goed aandraaien (20 Nm).
7.
Werken met de FPU-2
LET OP
Veiligheidsinstructies in paragraaf 4.2 in acht
nemen.
De onderstaande werkzaamheden hebben
betrekking op het controleren en instellen van
de accumulatorvoorvuldruk (p
de FPU‑2.
) met behulp van
0
NL
83