¡ Het apparaat mag alleen op een oven met gefor-
ceerde ventilatie worden geïnstalleerd. Controleer
de afmetingen van de oven in de installatiehand-
leiding van de oven.
¡ Wanneer u onder de kookplaat een oven inbouwt,
dan kan de dikte van het werkblad afwijken van
de maatinformatie in deze handleiding. Neem de
aanwijzingen in de installatiehandleiding bij de
oven in acht.
¡ Wanneer een afvoerventilator resp. een afzuigkap
wordt geïnstalleerd, houd dan de installatiehand-
leiding daarvan aan. Houd altijd de minimale verti-
cale afstand tot de kookplaat aan.
→ Fig.
1
Meubel voorbereiden
¡ Zaag in het werkblad een uitsparing met de ge-
wenste afmetingen uit.
→ Fig.
, → Fig.
2
3
¡ De snijvlakken van houten werkbladen met een
speciale lijm sealen, om deze tegen vocht te be-
schermen.
¡ Wanneer er zich onder de kookplaat een inbouw-
oven bevindt, plaats dan een afstandshouder van
niet brandbaar materiaal (bijv. metaal of multiplex)
op een afstand van 10 mm onder de kookplaat.
Daardoor wordt de toegang aan de onderzijde
van de kookplaat voorkomen. De afstand van het
tussenschot tot de elektrische aansluiting van het
apparaat dient minstens 10 mm te bedragen.
→ Fig.
, → Fig.
4
5
Apparaat positioneren
Opmerking: Plak het apparaat niet met silicone op
het werkblad.
Leg de kookplaat met de bovenkant naar bene-
1.
den op een gladde, stabiele ondergrond.
Plak de meegeleverde kleefafdichting op de on-
2.
derkant van de kookplaat. De kleefafdichting voor-
komt het binnendringen van vloeistoffen.
→ Fig.
6
Schroef de meegeleverde klemmen in de aange-
3.
geven positie er zo in dat ze vrij kunnen draaien.
→ Fig.
7
Wanneer u het apparaat in een 480 mm brede nis
4.
inbouwt, moet u de afstandshouder verwijderen
welke bij enkele modellen aan de achterzijde is
voorgeïnstalleerd.
→ Fig.
8
Draai de kookplaat om en plaats deze in de uit-
5.
sparing. Plaats de kookplaat tegen de voorrand
van de uitsparing.
→ Fig.
9
Draai de klemmen en trek ze aan.
6.
→ Fig.
10
De positie van de klemmen is afhankelijk van de
dikte van het werkblad.
Apparaat demonteren
Ontkoppel het apparaat van de stroom- en gas-
1.
aansluitingen.
Draai de klemmen los en volg de procedure in
2.
omgekeerde volgorde.
Gas aansluiten
Houd u aan de richtlijnen van het betreffende land.
VOORZICHTIG ‒ Kans op explosie!
Een gaslek kan een explosie veroorzaken.
Controleer na werkzaamheden aan de aansluitin-
▶
gen deze altijd of deze dicht zijn.
¡ Plaats de gasaansluiting zo, dat de afsluitkraan
toegankelijk is.
¡ Zorg ervoor dat de informatie over type gas en
gasdruk zoals vermeld op het typeplaatje overeen-
komen met de lokale aansluitvoorwaarden.
¡ Sluit het apparaat aan op een starre gasleiding of
een flexibele metalen leiding.
¡ De flexibele metalen leiding mag niet in contact
komen met bewegelijke delen van het meubel
waarin het apparaat is ingebouwd, (bijv. een lade)
en mag niet door ruimtes leiden, die geblokkeerd
kunnen worden.
¡ Gasaansluitbeugel op het apparaat: R 1/2 .
¡ De gasaansluitbeugel niet bewegen of verdraaien.
Reserve-onderdelen voor gasaansluiting
U kunt onderdelen voor de gasaansluiting krijgen via
de technische service.
Afdichting
Gasaansluitbeugel: G 1/2
Gasaansluiting R 1/2
→ Fig.
11
Gasaansluiting G 1/2
Vervang de gasaansluitbeugel op het apparaat
1.
door de in de zak met toebehoren meegeleverde
gasaansluitbeugel G 1/2.
→ Fig.
12
Plaats de afdichting tussen de gasaansluiting van
2.
het apparaat en de gastoevoer.
→ Fig.
13
Elektrische aansluiting
¡ Het apparaat is van type Y: de aansluitkabel mag
niet door de gebruiker, maar uitsluitend door de
technische service worden vervangen. Houd het
kabeltype en de minimale aderdiameter aan.
¡ De kookplaten worden met een voedingskabel
met of zonder stekker geleverd.
¡ Sluit apparaten die met een stekker zijn uitgerust,
uitsluitend aan op stopcontacten met een correct
geïnstalleerde randaarde.
¡ Wanneer de stekker voor de gebruiker niet toe-
gankelijk is, een alpolige scheidende veiligheids-
automaat met een minimale contactopening van 3
mm installeren.
→ Fig.
14
Omschakeling naar een ander gastype
Wanneer de voorschriften van een land het toelaten,
kan dit apparaat aan andere typen gas aanpassen
worden aangepast, voor zover deze op het type-
plaatje zijn vermeld.
De passende onderdelen vindt u in de zak die met
het apparaat is meegeleverd, of u kunt ze betrekken
via de service. In de tabel → Fig.
betreffende brander en het betreffende gastype de
passende combinatie.
Spaarbrander
Normale brander
Sterke brander
Miniwok meer-kronen brander
Wok meer-kronen brander
Regulering van de kraan
Zet de draaiknop op de minimale vermogensstand
1.
en trek deze er uit.
00034308
10006024
vindt u voor de
20
19