Veiligheid
3.6
Ongevallenpreventie
•
Beveilig het werkgebied voor onbevoegden, vooral kinderen, over een groot gebied.
•
Voorzichtig bij onweer - gevaar door blikseminslag!
Stop, afhankelijk van de intensiteit van het onweer, zo nodig met het werken met de apparatuur.
•
Verlicht het werkgebied voldoende.
•
Wees voorzichtig met natte, bevroren, ijzige en vuile bouwmaterialen!
Het gevaar bestaat dat het grijpmateriaal eruit glijdt. GEVAAR VOOR ONGELUK!
3.7
Functionele en visuele controle
3.7.1
Algemeen
•
Voor elk gebruik op werking moet gecontroleerd worden of het toestel goed functioneert en of het zich
in goede staat bevindt.
•
Onderhoud, smering en opheffen van storingen aan het toestel mogen uitsluitend buiten bedrijf
plaatsvinden!
•
Bij gebreken die de veiligheid betreffen, mag het toestel pas nadat de gebreken volledig zijn verholpen
weer in gebruik worden genomen.
•
In geval van scheuren, kieren of beschadigingen aan gelijk welke delen van het apparaat moet elke
gebruik van het apparaat onmiddellijk stop gezet worden.
•
De handleiding van het toestel moet op de werklocatie altijd kunnen worden geraadpleegd.
•
De op het toestel aangebrachte typeplaatje mag niet worden verwijderd.
•
Onleesbare verwijzingsplaatjes (zoals verbods- en waarschuwingstekens) moeten worden vervangen.
3.8
Veiligheid tijdens bedrijf
3.8.1
Algemeen
•
Alleen apparaaten met handgrepen mogen met de hand gevoerd worden.
•
De bediener mag de besturingsplaats niet verlaten zolang de apparaat met lading belast is en moet altijd
zicht hebben op de lading.
•
Als de apparaat in gebruik is mogen zich geen mensen in het werkgebied ophouden!
Tenzij dat absoluut noodzakelijk is op grond van de wijze waarop de apparaat wordt gebruikt, bijv. door
de apparaat met de hand te voeren (aan de handgrepen).
•
Het schoksgewijze omhoog of omlaag gaan van het apparaat met en zonder last, bvb. ook veroorzaakt
door het snelle rijden met het draagapparaat/hefwerktuig over oneven terrein is verboden! Gevaar voor
het ontglippen van de gegrepen goederen. Ongekontroleerde bewegingen van het apparaat.
•
De apparaat mag niet geopend worden als de openingsweg door een obstakel geblokkeerd is.
•
Het draagvermogen en de nominale breedtes van de apparaat mogen niet overschreden worden.
51100015
8 / 17
NL