Raak de kabel niet aan indien deze beschadigd is tijdens
werkzaamheden en sluit onmiddellijk de stroomvoorziening af.
Gebruik de machine nooit met een beschadigde kabel.
Zorg dat de machine niet aan direct regenwater blootgesteld
wordt.
▪
Gebruik het apparaat niet voor het mengen van explosieve of licht
ontvlambare stoffen of in de omgeving daarvan.
▪
Gebruik het toestel niet voor het mengen van voedingsmiddelen.
▪
Draag het apparaat nooit aan het snoer.
▪
Telkens vóór gebruik apparaat, snoer en stekker controleren. Laat
beschadigingen uitsluitend door een vakman verhelpen. Stekker
uitsluitend bij een uitgeschakelde machine in de contactdoos steken.
▪
Manipulaties aan het apparaat zijn niet toegestaan.
▪
Bedien het apparaat in de open lucht enkel via een aardlekschakelaar
met max. 30 mA.
▪
Laat het roerapparaat uitsluitend onder toezicht werken.
▪
Trek de netstekker uit en controleer dat de schakelaar uitgeschakeld is
wanneer het roerapparaat zonder toezicht blijft, bijvoorbeeld bij montage-
en demontagewerkzaamheden, bij spanningsverlies, bij het gebruik c.q.
de montage van accessoires.
▪
Schakel de machine uit wanneer ze om één of andere reden blijft
stilstaan. U vermijdt daardoor een plotse start in een toestand zonder
toezicht.
▪
Snoer altijd langs achter van de machine weg leiden.
▪
Gebruik het apparaat niet als een deel van de behuizing defect is c.q. bij
beschadigingen aan schakelaar, voedingsdraad of stekker.
▪
Elektrisch gereedschap moet op regelmatige tijdstippen aan een inspectie
door een vakman onderworpen worden.
▪
Houd de handgrepen droog, netjes en vrij van olie en vet.
▪
Niet in roterende onderdelen grijpen.
▪
Wees voorzichtig met lang haar. Uitsluitend met nauw aansluitende kledij
werken.
▪
Personen onder de 16 jaar mogen deze machine niet bedienen.
▪
Vóór inbedrijfstelling dient u er zich van te vergewissen dat de mengstaaf
goed vast zit en perfect ronddraait.
▪
Tijdens het mengen niet met uw handen of voorwerpen in het mengvat
grijpen. Gevaar voor kneuswonden!
▪
Wacht tot het toestel of het gereedschap tot stilstand is gekomen.
Roterende gereedschappen kunnen verhaakt geraken en letsels of
schade opleveren.
▪
Het mengreservoir moet voor het mengen geschikt zijn en moet stabiel
staan. Een niet reglementair bevestigd reservoir kan ongecontroleerd
bewegen.
▪
Zorg ervoor dat er geen vloeistof tegen de behuizing van het elektrische
gereedschap spuit. In het elektrische gereedschap gedrongen vloeistof
kan schade en elektrische schokken veroorzaken.
36