fig.1
5.1 Inschakelen
•
Indien het toestel werkt met een
kamerthermostaat (230V), dient-
de afschermdop van het thermo-
staatstopkontakt verwijderd te
worden en de thermostaatstek-
ker in het stopkontakt gestoken
te worden (Afb.1 N°1). Is dit niet
het geval dan dient de af-
schermdop van het thermostaat-
stopkontakt in het stopkontakt
gestoken te worden.
•
Vul het reservoir van het toestel
met onvervuilde olie.
•
Steek de voedingsstekker in een
geaard, eenfasig 230V - 50 Hz
stopkontakt. Het groene contro-
lelampje (Abf.1 N°4) gaat bran-
den wanneer het toestel onder
spanning staat.
•
Voer nooit onderhoudswerk-
zaamheden uit zonder alvo-
rens de voedingsstekker ver-
wijderd te hebben.
•
Alle onderhoudswerkzaamhe-
den dienen door vakbekwaam
personeel uitgevoerd te wor-
den (zie tevens paragraaf 7).
•
Het toestel dient een keer per
jaar volledig schoongemaakt te
24
5. Gebruik saanwijzing
•
Het is verplicht het toestel te
aarden
•
Stel de kamerthermostaat, in-
dien aanwezig, in op de maxi-
male temperatuur.
•
Zet de schakelaar op
"ON"(Abf.1 N°3)
•
Stel de thermostaat in op de
gewenste temperatuur.
5.2. Terugstellen met de
hand
•
Het toestel is voorzien van een
drukknop met controlelampje
voor het met de hand terugstel-
len (RESET) (Afb.1 N°2). Het
rodecontrolelampje van de knop
(Afb.1 N°2)
6. Onderhoud
worden teneinde goede verbran-
ding en lange levensduurte
verzekeren.
•
Reinig regelmatig:
de olie-inspuitkop en het bijbe-
horend filter;
het filterpatroon van het reser-
voir;
de elektrodes en de onderlinge
afstand;
de ventilatorwaaiers;
•
gaatbranden wanner het toestel
uitvalt. Druk in dit geval de RES-
ET-knop in om het toestel weer
in wering te stellen (zie tevens
het hoofdstuk "wat te doen in
geval van storing").
5.3 Uitschakelen
•
Zet de schakelaar op "OFF"
stand. De ventilator blijft nog
ongeveer 3 minuten draaien ter
afkoeling van de verbrandings-
kamer en wordt vervolgens
automatisch uitgeschakeld wan-
neer de temperatuur laag ge-
noeg is.
•
Schakel de generator nooit uit
door de voedingsstekker uit te
trekken.
de binnenkant van het toestel
met behulp van druklucht;
de fotocel.
•
Controleer regelmatig kabels en
elektrische aansluitingen.
•
Controleer regelmatig het oliefil-
ter en vervang het zonodig.