VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
1. Gebruik het product niet in de buurt van een warmtebron, zoals open vuur of
een kachel.
2. Vermijd contact met vloeistoffen. Dompel het product niet onder in water
en zorg dat het niet nat wordt. Gebruik het product niet in regen of vochtige
omgevingen.
3. Gebruik het product niet in omgevingen met sterke statische elektriciteit/
magnetische velden.
4. Haal het product op geen enkele manier uit elkaar en doorboor het product
niet met scherpe voorwerpen.
5. Vermijd het gebruik van draden of andere metalen voorwerpen die kortsluiting
kunnen veroorzaken.
6. Gebruik geen onofficiële onderdelen of accessoires. Als u onderdelen of
accessoires moet vervangen, ga dan naar de officiële EcoFlow-kanalen om de
relevante informatie te controleren.
7. Houd u bij gebruik van het product zorgvuldig aan de
bedrijfsomgevingstemperatuur die in deze gebruikershandleiding is
gespecificeerd. Als de temperatuur te hoog is, kan dit leiden tot brand of
explosie; als de temperatuur te laag is, kunnen de prestaties van het product
verminderen of kan het product niet meer werken.
8. Stapel geen zware voorwerpen op het product.
9. Forceer de ventilatorvergrendeling en plaats het product niet in een
ongeventileerde of stoffige omgeving.
10. Vermijd botsingen, vallen of ernstige trillingen bij het gebruik van het product.
Schakel in geval van een zware externe impact de voeding onmiddellijk uit en
stop met het gebruik van het product. Zorg ervoor dat het product goed is
bevestigd tijdens het transport om trillingen en stoten te voorkomen.
11. Als u het product tijdens gebruik per ongeluk in water laat vallen, plaats
het dan in een veilige open ruimte en blijf uit de buurt totdat het volledig is
opgedroogd. Het gedroogde product mag niet opnieuw worden gebruikt
en moet op de juiste wijze worden afgevoerd volgens de afvoerhandleiding
in de gebruikershandleiding. Als het product vlam vat, raden we u aan om
brandblussers in de volgende volgorde te gebruiken: water of waternevel,
zand, vuurdeken, droog poeder en uiteindelijk een kooldioxidebrandblusser.
12. Gebruik een droge doek om vuil op de productpoorten te verwijderen.
13. Niet in de magnetron plaatsen.
14. Vervanging van een batterij door een onjuist type waardoor een beveiliging
ongedaan kan worden gemaakt.