Descargar Imprimir esta página

Kohler SDMO PRESTIGE 3000 C5 Manual De Utilización Y Mantenimiento página 56

Ocultar thumbs Ver también para SDMO PRESTIGE 3000 C5:

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 31
2.4
Gevaren van uitlaatgassen
GEVAAR
Met het oog op de veiligheid en voor de goede werking van het apparaat, is een goede ventilatie verplicht (risico van vergiftiging, van
oververhitting van de motor en van ongevallen of van schade aan apparatuur of omringende goederen). Indien de apparatuur binnen
in een gebouw gebruikt wordt, dan moeten de uitlaatgassen worden afgevoerd naar buiten en moet er een geschikte ventilatie zijn,
om te voorkomen dat de aanwezige personen of dieren onwel worden.
2.5
Brandgevaar
GEVAAR
2.6
Gevaar van brandwonden
LET OP
Tijdens de werking en vlak na het stoppen, kunnen door contact met de hete olie, motor en uitlaatdemper brandwonden ontstaan.
2.7
Gevaar van elektrocutie
GEVAAR
2.7.1
Tijdelijke of semipermanente installatie (bouwplaats, voorstelling, kermisattractie, enz.)
A - Indien het apparaat niet bij de levering uitgerust is met een geïntegreerde aardlekschakelaar (standaardversie met neutraal
geïsoleerd van de klem voor de aarding van het apparaat):
- Gebruik een aardlekschakelaar die gekalibreerd is op 30 mA op elk stopcontact van het apparaat (plaats iedere voorziening op
minstens 1 m van het apparaat en beschermd tegen weer en wind).
- In geval van incidenteel gebruik van een of meerdere mobiele of draagbare apparaten is de aarding van het apparaat niet
noodzakelijk.
B - Als het apparaat, bij levering, uitgerust is met een geïntegreerde aardlekschakelaar (versie met neutraal alternator aangesloten
op de klem van de aarding van het apparaat – voor gebruik in schema TN of TT):
- Aarden van het apparaat: zet een koperen draad van 10 mm2 vast aan de aardingsklem van het apparaat (A19) en aan een
gegalvaniseerde stalen aardingspaal die 1 meter diep in de grond is geslagen.
2.7.2
Vaste installatie of uitval van het net
In geval van het voeden van een vaste installatie (als noodaggregaat voor het opvangen van een storing van het elektriciteitsnet
bijvoorbeeld), moet de elektrische aansluiting van het apparaat door een gediplomeerde en erkende elektromonteur worden
uitgevoerd met inachtneming van de regelgeving die van toepassing is op de plaats van de installatie. De apparaten zijn niet bestemd
om rechtstreeks te worden aangesloten op een installatie (risico op elektrocutie en/of materiële schade).
A - Indien het apparaat niet bij de levering uitgerust is met een geïntegreerde aardlekschakelaar (standaardversie met neutraal
geïsoleerd van de klem voor de aarding van het apparaat):
- Gebruik een bronkeuzeschakelaar.
- De aarding van het apparaat is niet noodzakelijk.
B - Als het apparaat, bij levering, uitgerust is met een geïntegreerde aardlekschakelaar (versie met neutraal alternator aangesloten
op de klem van de aarding van het apparaat – voor gebruik in schema TN of TT):
- Gebruik een bronkeuzeschakelaar.
- Aarden van het apparaat: zet een koperen draad van 10 mm2 vast aan de aardingsklem (A19) van het apparaat en aan een
gegalvaniseerde stalen aardingspaal die 1 meter diep in de grond is geslagen.
1136_NL.docx
VERGIFTIGINGSGEVAAR
LEVENSGEVAAR
Koolmonoxide in uitlaatgassen is dodelijk als de concentratie ervan in de lucht die men inademt te groot is.
Gebruik het apparaat altijd in een goed geventileerde ruimte waar de gassen zich niet kunnen ophopen.
BRANDGEVAAR
LEVENSGEVAAR
Laat het apparaat nooit werken in de nabijheid van explosieve stoffen (risico van vonken). Verwijder
alle ontvlambare of explosieve producten (benzine, olie, doeken etc.) terwijl het apparaat in werking is.
Dek het apparaat nooit af met welk materiaal dan ook terwijl het in werking is of onmiddellijk nadat het
is uitgeschakeld: wacht altijd totdat de motor is afgekoeld (minimaal 30 min).
Wacht voor alle werkzaamheden tot het apparaat is afgekoeld (ten minste 30 minuten).
ELEKTROCUTIEGEVAAR
LEVENSGEVAAR
De apparaten leveren elektrische stroom tijdens hun gebruik, houd u aan de geldende wetgeving en
aan de installatie- en gebruiksvoorschriften die in deze handleiding staan. Neem, in geval van twijfel,
contact op met de dichtstbijzijnde vertegenwoordiger.
Sluit het apparaat niet rechtstreeks aan op andere spanningsbronnen (bijvoorbeeld het openbare
stroomverdeelnet); installeer een bronkeuzeschakelaar.
Raak geen losgekoppelde aansluitingen aan of kabels waarvan de isolatie is verwijderd. Neem nooit
een apparaat vast met vochtige handen of voeten. Stel het materieel nooit bloot aan vloeistofspatten of
aan weer en wind, en plaats het niet op een natte vloer.
52/122
2021-07-23

Publicidad

loading