a
PParaaT reinigen unD onDerhouDen
4 Apparaat reinigen und onderhouden
Voor het vervangen of reinigen van de filters het apparaat uitschakelen en de netstekker uit het stopcon-
tact trekken.
Filters uiterlijk reinigen als het lampje op de zuigkrachtregelaar rood brandt (afb. 3).
Motorfilter reinigen
Het motorfilter bestaat uit een wasbaar vlies, maar is niet geschikt voor vaatwasser of wasmachine.
4
5.
Motorfilter weer in de filterhouder plaatsen en deze in de pijlrichting in de behuizing plaatsen.
Als het filter beschadigd of vervormd is, het filter door een nieuw filter vervangen ("5 Reserveonderdelen/
toebehoren" op pagina 47).
Voor het reinigen van het motorfilter zie ook Quick Start Guide Reinigen en onderhouden.
Uitblaasfilter reinigen
Het uitblaasfilter is niet wasbaar! Het uitblaasfilter mag uitsluitend droog worden gereinigd door uitkloppen
en voorzichtig borstelen.
5
Voor het reinigen van het uitblaasfilter zie ook Quick Start Guide Reinigen en onderhouden.
46
1.
Deksel van het apparaat openen en stofzak verwijderen ("Stofzak
vervangen" op pagina 45).
2.
Filterhouder naar boven schuiven en motorfilter verwijderen (afb. 4).
3.
Motorfilter onder stromend water (max. 40 °C) grondig uitspoelen (
Quick Start Guide, Reinigen en onderhouden).
4.
Motorfilter na de reiniging ca. 24 uur bij kamertemperatuur laten
drogen. Motorfilter pas weer plaatsen als het volledig droog is. Anders
kunnen er kiemen en schimmels ontstaan.
1.
Uitblaasfilter ontgrendelen (afb. 5) en verwijderen.
2.
Uitblaasfilter eerst uitkloppen en dan met een zachte borstel (bijv. de
meegeleverde meubelborstel) voorzichtig uitborstelen ( Quick Start
Guide, Reinigen en onderhouden).
3.
Uitblaasfilter weer in het apparaat plaatsen en aandrukken tot het
hoorbaar vastklikt.
Als het filter beschadigd of vervormd is, het filter door een nieuw filter
vervangen ("5 Reserveonderdelen/toebehoren" op pagina 47).