worden gebracht om een homogene temperatuur te verkrijgen. Om te veel condensatie te vermijden
wanneer de omgevingstemperatuur hoger is dan 28 °C, mag u de temperatuur niet lager dan 7 °C
instellen.
BELANGRIJK: nadat u het apparaat hebt losgekoppeld of uitgeschakeld, of na een
stroomonderbreking, is het absoluut noodzakelijk dat u 5 minuten wacht voordat u het opnieuw
inschakelt. Als u dat niet doet, zal de wijnkast niet worden ingeschakeld.
Wanneer de omgevingstemperatuur 25°C is en de wijnkoeler geen fles heeft, duurt het ongeveer
30 minuten om de temperatuur van de wijnkoeler te verhogen van 5°C naar 12°C. Onder dezelfde
omstandigheden duurt het ongeveer een uur om de temperatuur van de wijnkoeler te verlagen
van 12°C naar 5°C. Hoe lager de temperatuur, hoe minder tijd er nodig is. De insteltemperatuur
van de bovenste zone moet lager zijn dan de onderste zone.
6. UITRUSTINGEN
Het temperatuurregelsysteem
Volgens specialisten is de ideale temperatuur om wijn te bewaren ongeveer 12°C, binnen een
temperatuurbereik van 10° tot 14°C. Niet te verwarren met de serveertemperatuur, die verschilt op basis
van het specifieke type wijn en tussen de 5 tot 18°C ligt.
Het is uiterst belangrijk om sterke temperatuurschommelingen te vermijden. Dit apparaat werd door
specialisten voor wijnliefhebbers ontwikkeld en houdt, in tegenstelling tot een gewone koelkast, rekening
met de gevoeligheid van 'grand cru's' voor sterke temperatuur schommelingen en verzekert via een
nauwkeurige bediening een constante gemiddelde temperatuur.
Het anti-trillingssysteem
De koelcompressor is voorzien van speciale schokdempers (de silent-blocks) en de binnenruimte is van
de buitenzijde geïsoleerd door een dikke laag polyurethaanschuim. Deze kenmerken voorkomen het
doorgeven van trillingen aan uw wijnen.
Het anti-UVsysteem
Licht versnelt de veroudering van uw wijnen. In onze wijnkasten met volle deuren worden uw wijnen op
natuurlijke wijze beschut, op voorwaarde dat u de deur niet te vaak opent. Dit model met glazen deur
heeft een speciale behandeling ondergaan zodat het schadelijke ultravioletstralen filtert, zodat uw
wijnen perfect beschermd worden.
Ontdooien
Uw apparaat is uitgerust met een automatische ontdooicyclus. Tijdens de stilstand van de koelcyclus
worden de gekoelde oppervlakken van het apparaat automatisch ontdooid. Het op die manier
opgevangen dooiwater wordt afgevoerd naar een verdampingsbak voor condensaatwater, die zich vlak
bij de compressor op de achterkant van het apparaat bevindt. De warmte die door de compressor
geproduceerd wordt, verdampt vervolgens de condensaten die in de bak opgevangen werden.
Oplegplanken
•
Om schade aan de deurpakking te verwijderen, moet u zorgen dat de deur goed geopend is voordat
u aan de oplegplanken trekt om flessen te plaatsen of verwijderen.
•
Voor een eenvoudige toegang tot de inhoud van de oplegplanken, moet u de oplegplank ongeveer
1/3 naar buiten schuiven. De oplegplanken zijn aan elke kant voorzien van een aanslag zodat de
flessen niet vallen.
106