Elektrische installatie
Alle installaties moeten door een vakbekwame persoon of gekwalificeerde elektricien
worden uitgevoerd. Controleer voordat u het apparaat op de elektrische voeding
aansluit of de netspanning overeenkomt met de spanning op het typeplaatje.
Directe aansluiting
Het apparaat moet direct op de netvoeding worden aangesloten met een omnipolaire
scheidingsschakelaar met een minimum opening van 3 mm tussen de contacten.
De installateur moet controleren of de elektrische aansluiting juist is uitgevoerd en
overeenkomt met het bedradingsschema.
De kabel mag niet gebogen of samengedrukt zijn.
Controleer regelmatig of de stekker en het snoer niet zijn beschadigd. Als het netsnoer
beschadigd is, moet het worden vervangen door een speciaal snoer of samenstel dat
verkrijgbaar is bij de fabrikant of diens servicevertegenwoordiger.
WAARSCHUWING: Dit is een Klasse I-apparaat dat geaard MOET worden
Dit apparaat heeft een 3-aderige voedingskabel die als volgt is gekleurd:
Bruin = fasedraad, de aanvoerdraad van de stroom
Blauw = nuldraad, de afvoerdraad van de stroom
Groen en geel = aardedraad
EUR
(Blauw)
(Bruin)
(Groen/Geel)
Er moet een zekering van 3 ampère worden gebruikt.
UK
STOPCONTACT MET
GEZEKERDE DUBBELPOLIGE
SCHAKELAAR
GEBRUIK EEN
ZEKERING VAN 3 AMP.
175