! De kabel moet van tijd tot tijd worden gecontroleerd en mag
BE
alleen door erkende monteurs worden vervangen (zie Service).
! De fabrikant kan nergens aansprakelijk voor worden
gesteld als deze normen niet worden nageleefd.
Gasaansluiting
De aansluiting van het apparaat aan de gasbuizen moet worden
uitgevoerd zoals voorgeschreven door de geldende normen, en
nadat men er zeker van is dat het fornuis is ingesteld voor het
type gas dat men gaat gebruiken G31-37mbar of G30-30mbar
(Vloeibaar gas).
Om het apparaat aan de gasbuizen
aan te sluiten (I3+ voor Belgie),
dient men eerst de verbinder te
monteren."R" (Deze is op aanvraag
verkrijgbaar bij de technische-
service-dienst Ariston) Tevens
dient men zijn pakking op de
verbinder "G",die er uit ziet als een
"L" , van de voedings-struktuur te
monteren. De verbinder is gedraad: rond mannelijk 1/2 gas.
De aansluiting voert men uit met behulp van:
- een onbuigbare buis (voor Belgie volgens de normen
NBN D51-003)
- of met een flexibile buis van roestvrij staal die in de muur
zit en voortzet met bedradingsverbinder.
Daarbij dient het apparaat uitgerust te zijn van een
gaskraantje (voor Belgie A.G.B.) die gemakkelijk draaibaar
dient te zijn.
Aansluiting met onbuigzame buis (koper of staal)
! De aansluiting aan de gasleiding moet zodanig worden
uitgevoerd dat het apparaat niet beweegt.
Op de voedingsstructuur van het apparaat bevindt zich een
"L"-vormig, richtbaar verbindingsstuk waarvan de afdichting is
verzekerd door een pakking. Als het verbindingsstuk gedraaid
moet worden is het absoluut noodzakelijk de pakking te
vervangen (bij het apparaat geleverd). Het verbindingsstuk
waardoor het gas toegang krijgt tot het fornuis is voorzien
van schroefdraad: 1/2 gas cilindrische schroefbout.
Aansluiting met een roestvrije stalen flexibele buis aan
een onafgebroken wand voorzien van aanhechtingen
met schroefdraad.
Het verbindingsstuk waardoor het gas toegang krijgt tot het
fornuis is voorzien van schroefdraad: 1/2 gas cilindrische
schroefbout.
De in werking stelling van deze buizen moet zodanig worden
bewerkstelligd dat hun lengte in uitgerolde toestand niet meer
dan 2000 mm is. Nadat de aansluiting heeft plaatsgevonden
moet u controleren dat de flexibele metalen buis niet in contact
komt met de beweegbare delen of dat hij vastgekneld raakt.
! Gebruik uitsluitend buizen en afdichtingen die voldoen
aan de geldende landelijke normen.
Controleren gasdichtheid
! Nadat het installeren heeft plaats gevonden moet de
perfecte gasdichtheid van alle verbindingsstukken worden
gecontroleerd met een zeepoplossing en nooit met een vlam.
64
Aanpassing aan gas G30
! Dit moet worden uitgevoerd door een door de fabrikant
bevoegde installateur.
! Aan het einde van deze handelingen moet u het oude
etiket van de gasinstelling vervangen met het etiket dat
correspondeert met het nieuwe gas, verkrijgbaar bij onze
Technische Service Centers.
! Als de gasdruk van het gebruikte gas verschillend (of
variabel) is dan hetgeen is voorzien, moet op de toevoerbuis
een drukteregelaar worden aangebracht die voldoet aan de
geldende landelijke normen.
L
TYPEPLAATJE
G
Elektrische
zie typeplaatje
aansluitingen
R
Dit apparaat voldoet aan de volgende EU
Richtlijnen:
- 2006/95/EEG van 12/12/06
(Laagspanning) en daaropvolgende
wijzigingen
- 2004/108/EEG van 15/12/04
(Elektromagnetische Compatibiliteit) en
daaropvolgende wijzigingen
- 93/68/EEG van 22/07/93 en
daaropvolgende wijzigingen.
- 2009/142/EEG van 30/11/09 (Gas) en
daaropvolgende wijzigingen.
- 2012/19/EC en daaropvolgende
wijzigingen.