6. Stem de gitaar op de juiste toonhoogte.
7. Verwijder de achterplaat om toegang te krijgen tot de vibratosnaren. In de
fabriek zijn drie veren geïnstalleerd en het is aan te raden om deze veren zo af
te stellen dat de vibratobrugplaat evenwijdig is aan het bovenblad van de
gitaar wanneer deze op de juiste toonhoogte is gestemd (zie brugspanning
afstellen).
8. Draai de drie zeskantige schroeven, losgemaakt bij punt 1, vast en borg ze.
9. Gebruik de fijnafstemming om de gitaar op de juiste toonhoogte te stemmen.
Intonatie aanpassen
1. Draai de zeshoekige zadelschroeven los met de meegeleverde inbussleutel.
2. Verschuif de snaarzadels met de hand om de lengte van elke snaar aan te
passen.
3. Als de intonatie juist is bevonden, draait u de zadelschroeven weer vast om
ervoor te zorgen dat de positie is vergrendeld.
BRUGSPANNING AFSTELLEN
Voor de beste resultaten moet de brug altijd parallel zijn aan het bovenblad van de gitaar. Deze positie wordt bereikt door
tegengestelde spanning tussen de snaren en de klauwveren. Als je snaren vervangt, moet je misschien de veerspanning
bijstellen om de brug in de optimale (parallelle) positie te zetten.
1. Zorg ervoor dat de gitaar de juiste toon heeft.
2. Aan de achterkant van de gitaar: verwijder de schroeven waarmee de
achterplaat van de tremoloholte is bevestigd om de klauwveren bloot te leggen.
Als de brug naar voren is gekanteld (achterkant van de brug wijst naar boven):
trek de veerspanning aan door de veerschroeven rechtsom te draaien.
Als de brug naar achteren is gekanteld (achterkant brug wijst naar beneden):
ontspan de veerspanning door de veerschroeven linksom te draaien.
3. Zorg ervoor dat u de snaarhoogte controleert na elke aanpassing aan de
veerspanning.
4. Als de brugspanning correct is ingesteld, plaatst u de achterplaat terug en draait
u de schroeven vast.
CLIP-ON DIGITALE TUNER
1. Aan/uit / mode
2. Display
a. Noot
b. Snaar nummer
c. Chromatisch / Gitaar / Bas
d. Meetbereik
3. Clip
4. Batterijvak
Plaatsen van de batterij
Druk op het deksel van het batterijcompartiment zoals aangegeven op de
achterkant van het apparaat. Open het compartiment en plaats een nieuwe
CR2032-batterij, let daarbij goed op de polariteit. De levensduur van de batterij
is afhankelijk van de gebruiksomstandigheden.
Opmerking: Als het apparaat niet werkt zoals beschreven in deze handleiding en u lost het probleem niet op door het uit- en
weer in te schakelen, verwijder dan de batterij en installeer deze opnieuw om het probleem eventueel op te lossen.
Werking
1. Bevestig het apparaat aan uw instrument via de clip.
2. Houd de knop 2 seconden ingedrukt om het toestel in te schakelen.
3. Selecteer de afstelling. Druk herhaaldelijk op de knop om 'Chromatic', 'Guitar' of 'Bass' te selecteren als afstemming.
▪ Als u 'Chromatic' selecteert, zal het display de naam van de noot tonen.
▪ Indien u 'Gitaar' of 'Bas' selecteert, zal het display het snaarnummer en de nootnaam tonen.
4. Speel een enkele noot op je instrument, de nootnaam of het snaarnummer wordt weergegeven. De achtergrondverlichting
verandert en het meetbereik wordt weergegeven.
▪ Als de achtergrondverlichting groen wordt en de meter is gecentreerd, is de noot correct gestemd.
▪ Als de achtergrondverlichting blauw wordt en de indicator naar links wijst, is de stemming te laag.
▪ Als de achtergrondverlichting blauw wordt en het display naar rechts wijst, is de afstelling te hoog.
5. Als het apparaat na het inschakelen gedurende 3 minuten geen signaal detecteert, wordt het automatisch uitgeschakeld.
8