NL
BE
Observeer de pomp in de handma-
tige modus voortdurend. Schakel
de pomp onmiddellij k uit (netstekker
uittrekken) wanneer er geen water
meer gepompt wordt. Het gevaar
voor beschadigingen bestaat als de
pomp droogloopt.
Onderhoud en Reiniging
Voor een lange levensduur adviseren wij u
regelmatige kontroles en onderhoudsbeur-
ten door te voeren.
Laat werkzaamheden, die
niet in deze handleiding
beschreven zij n, door ons
servicecenter doorvoeren.
Maak uitsluitend gebruik van
originele onderdelen. Gevaar
voor verwondingen!
Voor begin van de onderhouds-
werkzaamheden de stekker uittrek-
ken. Door beweegbare onderdelen
bestaat er gevaar voor een elektri-
sche schok of voor verwondingen.
Algemene reinigings-
en onderhouds-
werkzaamheden
• Indien de pomp veel getransporteerd
wordt, moet de pomp na elk gebruik met
schoon, helder water worden gereinigd.
• Bij stationaire installatie moet de wer-
king van de drij fschakelaar (5) regel-
matig (minstens elke drie maanden)
gekontroleerd worden.
• Pluisjes en vezelachtige deeltjes die zich
eventueel in de pompbehuizing (3) hebben
vastgezet met een waterstraal verwij deren.
• Afzettingen op de drij fschakelaar (5)
met schoon water reinigen.
56
• De schacht regelmatig van modder ont-
doen (minstens elke drie maanden) en
ook de schachtwanden reinigen.
• Verontreinigingen aan de onderzij de
van de pomp kunnen met schoon water
worden weggespoten.
Alle daarbuiten ressorterende maatregelen,
in het bij zonder het openen van de pomp,
dienen door een vakkundig geschoolde
elektricien uitgevoerd te worden. Gelieve
in geval van een reparatie altij d tot het ser-
vicecenter te richten.
Terugstroomklep
vervangen
Controleer regelmatig de terugstroomstop
(10). De terugstroomstop is defect als de
rubberen kap afgescheurd is. Wissel een
defecte terugstroomstop uit (zie "Reserve-
onderdelen/accessoires").
1. Schroef de slangadapter (9) van de
haakse adapter (11) af en verwij der de
retourstroom-stop (10).
2. Breng de terugstroomstop (10) tus-
sen hoekadapter (11) en adapter met
slangaansluiting (9) zodanig aan dat
de klep in stroomrichting open gaat en
tegen de stroomrichting in sluit.
Opslag
• Reinig de pomp vóór de opslag.
• Bewaar de pomp droog en vorstbesten-
dig en buiten de reikwij dte van kinde-
ren.
• Als u de pomp tij dens een langere
periode niet gebruikt hebt, moet ze na
het laatste gebruik en vóór een nieuw
gebruik grondig gereinigd worden. Ten
gevolge van aanslag en residu kan het
anders tot startmoeilij kheden komen.