Betekenis van de foutmeldingen
Foutmelding
Betekenis
NO DISC
• Er is geen MD in het apparaat.
• De MD-gegevens kunnen niet uitgelezen worden.
DISC ER *
• De disc is beschadigd.
• De MD bevat geen TOC inhoudsopgave of de gegevens
?DISC
• De gegevens zijn beschadigd of de MD is geen
DISC FULL
• Er is geen opnameruimte meer op de MD beschikbaar.
BLANK DISC
• De MD bevat geen opnamen (ook geen disc-naam).
Playback MD
• U probeert op te nemen of montage uit te voeren op
PROTECTED
• De MD is beveiligd tegen abusievelijk wissen.
TOC FULL
• Er is geen ruimte op de disc voor het opnemen van het
Can't REC
• De opname kan niet voltooid worden als gevolg van
TEMP OVER
• De temperatuur is te hoog.
Can't EDIT
• Montage is niet mogelijk.
NAME FULL
• Er is geen ruimte op de disc voor het registreren van de
DEFECT
• De opname is onderbroken als gevolg van
MECHA ER*
• De MD-recorder werkt niet juist.
Can't COPY
• U probeert materiaal op te nemen dat voorzien is van
NOT AUDIO
• De disc bevat andere gegevens dan audiogegevens.
UTOC ER W
• De UTOC gegevens kunnen niet juist op de disc
UTOC ER*
• De opgenomen UTOC gegevens voldoen niet aan de
DIN UNLOCK
• De recorder herkent niet het signaal dat via de digitale
• De disc is bekrast of op andere wijze beschadigd.
TOC ERR*
• De TOC gegevens kunnen niet uitgelezen worden.
• De MD is geen standaard MD.
SIO ERROR
• Er is een storing in de interne communicatie van het
46
Opmerking: De foutmeldingen die voorzien zijn van een sterretje, worden gevolgd door een nummer of symbool.
Du
zijn beschadigd.
standaard MD.
een voorbespeelde MD.
muziekstuknummer en de lettertekens (disc/
muziekstuknaam).
beweging van het apparaat of beschadiging van de disc.
disc/muziekstuknaam.
beschadiging van de disc.
een kopieerbeveiliging.
geschreven worden als gevolg van beweging van het
apparaat of beschadiging van de disc.
MD-standaard of kunnen om een andere reden niet
uitgelezen worden.
ingang binnenkomt.
apparaat.
Maatregel
• Plaats een MD.
• Steek de MD opnieuw in het apparaat.
• Steek de MD opnieuw in het apparaat.
• Gebruik een andere MD.
• Gebruik een andere MD.
• Gebruik een andere opname-MD.
• U kunt op de disc opnemen.
• Gebruik een MD waarop opgenomen kan worden.
• Schuif het wispreventienokje dicht.
• Gebruik een andere opname-MD.
• Maak de opname opnieuw of gebruik een andere
disc.
• Schakel het apparaat uit en laat het een tijdje afkoelen.
• Probeer opnieuw op een andere plaats van de disc.
• Probeer om een kortere disc/muziekstuknaam vast
te leggen.
• Gebruik een andere opname-MD.
• Schakel het apparaat uit en dan weer in.
• Gebruik materiaal dat opgenomen mag worden
(een normale CD, enz.).
• Neem via de analoge ingang op.
• Probeer een andere track (muziekstuk) op te
nemen.
• Gebruik een andere MD.
• Schakel het apparaat uit en dan weer in. Probeer
nogmaals om de UTOC gegevens vast te leggen.
Stel het apparaat niet aan schokken bloot tijdens
het vastleggen van de UTOC gegevens.
• Gebruik een andere MD.
• Gebruik de totaalwisfunctie om de disc volledig te
wissen en neem dan opnieuw op de MD op.
• Controleer de verbindingen en de
uitgangsinstelling van de broncomponent.
• Gebruik een andere MD.
• Schakel het apparaat uit en dan weer in.