WERKING
De volgende beschrijving hoort bij de afbeelding op pagina 2:
1. Maatbeker
2. Deksel
3. Knallende kamer
4. Motoreenheid
5. Aan/uitschakelaar met indicatielampje
VOOR HET EERSTE GEBRUIK
1. Haal het apparaat uit de verpakking.
2. Maak het apparaat grondig schoon om eventuele productieresten te verwijderen
(zie "Reiniging en onderhoud").
POPCORN MAKEN
AANDACHT:
•
Gebruik altijd popcornmaïs om popcorn te bereiden.
•
Voeg geen andere ingrediënten, zoals boter of olie, toe aan de popping-kamer.
1. Vul de maatbeker (max 60 gr) met popcornmaïs en strooi de popcornmaïs in de knallerkamer.
Voeg niet meer dan één maatschepje popcornmaïs toe. Voeg geen andere ingrediënten toe aan de
knallerkamer.
2. Plaats het deksel op de popping-kamer en plaats het maatschepje op het deksel. Als je wilt, kun je een
klontje boter in het maatschepje doen om het te laten smelten.
3. Zet een kom onder de opening van het deksel.
4. Steek de stekker in het stopcontact.
5. Schakel het apparaat in door één keer op de Aan/Uit-schakelaar te drukken, u hoort een klik. Na 4 tot 5
minuten zullen de meeste maïskorrels knappen en in de kom vallen.
6. Schakel het apparaat uit door nogmaals op de aan/uit-schakelaar te drukken totdat u een klik hoort.
7. Trek de stekker uit het stopcontact.
TIP: Je kunt je popcorn op smaak brengen met bijvoorbeeld de gesmolten boter, suiker of zout.
AANDACHT:
•
Laat het apparaat niet langer ingeschakeld dan noodzakelijk. Als u dit toch doet, kan het apparaat
oververhit raken en de oververhittingsbeveiliging activeren.
•
Laat het apparaat ongeveer 15 minuten afkoelen voordat u het opnieuw gebruikt of opbergt.
•
Maïskorrels mogen in de plofkamer achterblijven. Verwijder deze onmiddellijk nadat het apparaat is
afgekoeld. Dat is om aankoeken van voedselresten te voorkomen.
REINIGING EN ONDERHOUD
Maak het apparaat en de losse onderdelen na elk gebruik grondig schoon:
1. Haal de stekker uit het stopcontact en laat het apparaat ongeveer 15 minuten volledig afkoelen.
2. Verwijder eventuele voedselresten uit de knallerkamer.
3. Maak het apparaat na elk gebruik schoon met een vochtige doek en droog het daarna grondig af.
4. Reinig het deksel en het maatschepje met standaard afwasmiddel. Spoel af met schoon water en
droog grondig.
5. Bewaar het apparaat op een droge plaats.
AANDACHT:
•
Controleer of het apparaat niet op het elektriciteitsnet is aangesloten voordat u het schoonmaakt.
•
Gebruik nooit bijtende of schurende schoonmaakmiddelen of scherpe voorwerpen (zoals messen of
harde borstels) om het apparaat schoon te maken.
11
11
NL
NL