Publicidad
Idiomas disponibles
Idiomas disponibles
Nederlands
– als het apparaat niet naar
behoren werkt,
– als het apparaat is gevallen,
– in geval van rookontwikkeling,
– in geval van vreemde geluiden
of geuren,
– in geval van beschadigingen.
In al deze gevallen: trek de
stekker uit het stopcontact en
verwijder de accu. Niet meer
gebruiken. Laat het apparaat
door een daarvoor opgeleide
vakman onderzoeken en zo
nodig repareren.
7. De rook van een apparaatbrand mag in geen geval
worden ingeademd. Mocht u desalniettemin rook
hebben ingeademd: raadpleeg een arts, de rook kan
schadelijk voor de gezondheid zijn.
8. Geen veranderingen aan het apparaat uitvoeren.
9. Het apparaat moet tijdens het transport in een voertuig
worden beveiligd tegen wegglijden. Niet in de voor
bestuurder en passagiers bestemde ruimte maar in de
kofferbak transporteren.
10. Gevaar voor ongevallen. Plaats de aansluitkabel zo dat
niemand hierdoor wordt belemmerd.
11. Niet via beide aansluitkabels gelijktijdig gebruiken, om
beschadigingen te voorkomen.
12. Houd aansluitkabels uit de buurt van scherpe randen,
niet knikken, niet knopen, niet iets erop plaatsen.
13. Gevaar voor brand. Het apparaat niet blootstellen aan
hoge temperaturen of open vuur.
14. Niet direct in het zonlicht of in de buurt van
warmtebronnen plaatsen.
15. Houd het apparaat uit de buurt van vocht, regen en
natheid. Er mogen geen vloeistoffen in het apparaat
binnendringen. Anders bestaat het gevaar op een
elektrische schok en beschadiging van het apparaat.
Niet in de buurt van water gebruiken.
16. Plaats nooit vloeistoffen of ijs in het apparaat. Plaats
uitsluitend verpakte levensmiddelen en verpakte
drankjes in de container.
17. Niet blootstellen aan overmatige vibraties, trillingen of
schokken.
18. Laat geen vreemde voorwerpen binnendringen in het
apparaat door de ventilatiesleuven.
19. Oververhittingsgevaar. Houd ventilatiesleuven altijd vrij,
niet afdekken, niet blokkeren, niets erin steken. Houd
altijd voldoende afstand tot wanden en voorwerpen,
zodat de lucht ongehinderd kan circuleren.
20. Geen adapterstekker of verlengkabel gebruiken.
21. Gevaar voor een elektrische schok. Houd de
aansluitkabel droog. Niet met vochtige handen
aanraken.
22. Bij het scheiden van de stroomvoorziening: niet aan de
kabel trekken. Aan de stekker vastpakken.
23. Gebruik het apparaat niet in een omgeving met
explosiegevaar, waarin zich brandbare
vloeistoffen, gassen of stoffen bevinden. Apparaten
veroorzaken vonken die het stof of de dampen tot
ontsteking kunnen brengen.
24. De aansluitstekker van het apparaat moet in het
stopcontact passen. De stekker mag op geen
enkele manier gemodificeerd worden. Deugdelijke
stekkers en geschikte stopcontacten verminderen het
risico op een elektrische schok.
25. Laat het apparaat alleen repareren door
gekwalificeerd en vakkundig personeel en alleen
met originele reserveonderdelen. Daarmee wordt
gewaarborgd dat de veiligheid van het gereedschap in
stand blijft.
26. Om de verontreiniging van levensmiddelen te
voorkomen, moeten de volgende aanwijzingen in
acht worden genomen:
–
Als het deksel gedurende een langere periode
wordt geopend, kan dit een duidelijke
temperatuurverhoging in de vakken van het
apparaat tot gevolg hebben.
–
Rauw vlees en vis in geschikte dozen bewaren,
zodat deze niet in contact komen met andere
levensmiddelen of erop kunnen druppelen.
–
De oppervlakken die in contact komen met
levensmiddelen, moeten regelmatig worden
gereinigd.
–
Als het apparaat gedurende een langere periode
leeg staat, moet het apparaat worden
uitgeschakeld, ontdooid, gereinigd en het deksel
open laten staan, om het ontstaan van schimmel te
voorkomen.
27. Dit apparaat mag niet worden blootgesteld aan regen.
28. Dit product dat wordt gevoed door een 12 V
sigarettenaansteker mag alleen worden gebruikt tijdens
het rijden.
AANVULLENDE
VEILIGHEIDSWAARSCHUWINGEN
1. Laad de accu altijd op bij een temperatuur van 0°C–
40°C. Een temperatuur van minder dan 0°C zal
overlading veroorzaken, wat gevaarlijk is. De accu kan
niet worden opgeladen bij een temperatuur hoger dan
40°C. De geschiktste temperatuur voor opladen ligt
tussen de 20°C–25°C.
2. Gebruik de acculader niet continu.
Wacht ongeveer 15 minuten nadat u een accu hebt
opgeladen voordat u begint met het opladen van een
andere accu.
3. Voorkom dat stof of vuil in de aansluitopening van de
accu terecht komt.
4. Demonteer de accu of acculader niet.
5. Voorkom kortsluiting van de accu. Kortsluiten van de
accu zal resulteren in een grote stroom en
oververhitting. Dit zal resulteren in brandwonden en
schade aan de accu.
6. Gooi de accu niet in het vuur. Een brandende accu kan
ontploffen.
7. Breng de accu naar de winkel waar deze gekocht werd,
nadat deze na opladen onvoldoende kracht heeft voor
praktisch gebruik. Gooi een uitgewerkte accu niet
zomaar weg.
8. Steek nooit voorwerpen in de ventilatie-openingen van
de acculader.
Als er voorwerpen of ontvlambaar materiaal in de
ventilatie-openingen van de acculader wordt gestoken,
kan dit resulteren in een elektrische schok of schade
aan de acculader.
9. Bij doorlopend gebruik is het mogelijk dat deze machine
oververhit raakt, hetgeen kan leiden tot schade aan de
motor en de schakelaar. Daarom geeft u het
gereedschap een tijdje pauze wanneer de behuizing
heet wordt.
36
Publicidad
