afbeelding G met behulp van het schema
dat hoort bij het ventilatormodel.
13. Verbind de kabel van de isolerende
schakelaar met de elektrische
voedingsdraad.
Ventilatorin-
stellingen
SNELHEIDSINSTELLING
De ventilatoren zijn in de fabriek ingesteld
op lage snelheid, maar ze hebben twee
snelheidsinstellingen voor verschillende
toepassingen. Selecteer ofwel hoge of lage
snelheid door de jumper tussen de middelste
en hoge of lage snelheidspin op de jumper aan
te sluiten (zie afbeelding F)
Alleen C4TS / C4TR.
• Om de periode van te lang draaien aan te
passen, draait u de regelknop (T) met de klok
mee om deze te verhogen en tegen de klok
in om te verlagen - zie afbeelding D.
Alleen C6HTS /C6HTR – zie afbeelding D en E.
• De vooraf ingestelde vochtigheidswerking is in
de fabriek ingesteld op ongeveer 75% relatieve
vochtigheid (RV), maar kan worden aangepast
tussen 65% en 85% RV met regelknop H.
• De timer voor overmatig draaien is in de
fabriek ingesteld op 15 minuten, maar kan
worden aangepast van 30 seconden tot 30
minuten met regelknop T.
• Draai de regelknoppen met de klok meer om
RV of tijd te verhogen en tegen de klok in om
ze te verlagen.
Gebruiken van de
ventilator
Alleen C4S / C4R
• Bedien de ventilator met behulp van de aan/
uit-schakelaar (niet meegeleverd). Herhaal
om uit te schakelen.
Alleen C4PS / C4PR
• Bedien de ventilator door aan het koord te
trekken en weer los te laten. Herhaal om uit
te schakelen.
Alleen C4TS /C4TR
• Bedien de ventilator met behulp van een aan/
uit-schakelaar (niet meegeleverd). Wanneer
de schakelaar uit wordt geschakeld, blijft de
ventilator gedurende de ingestelde uitsteltijd
werken. Om de periode voor langer draaien
aan te passen, draait u de regelknop "T" met
de klok mee om deze te verhogen en tegen
de klok in om te verlagen - zie afbeelding F.
Alleen C4HTS /C4HTR.
• Automatische modus - De ventilator
past zich automatisch aan langzame
veranderingen in de natuurlijke
vochtigheidsniveaus aan zonder de ventilator
te bedienen. Als de vochtigheidsniveaus
toenemen met een snelheid lager dan 5%
RV in 5 minuten, tot het vooraf ingestelde
vochtigheidsniveau, zal de ventilator niet
door vochtigheid geactiveerd worden. Dit
is om hinderlijk activeren van de ventilator
te voorkomen. Als de vochtigheidsniveaus
sneller toenemen dan 5% RV in 5 minuten,
zal de ventilator gaan werken. Wanneer de
relatieve vochtigheid daalt, blijft de ventilator
werken gedurende de instelbare uitsteltijd.
• Externe bediening - Gebruik de externe
aan/uit-schakelaar. Wanneer de ventilator
wordt uitgeschakeld, blijft de ventilator
werken gedurende de instelbare uitsteltijd en
gaat daarna over in de automatische modus.
Alle ventilatoren
Herplaats het frontpaneel/roosterassemblage
door eerst de bovenkant vast te haken en
daarna het paneel omlaag te draaien om hem
op zijn plaats te klikken. Bij bedrading over het
oppervlak 'breekt' u de dunne wandsectie in
de voorkant open, voordat u deze terug plaatst
(zie afbeelding E). De miniatuur PVC-leiding
moet tegen de voorkant worden bevestigd om
te voorkomen dat er water in kan lopen.
Reinigen
(een keer per maand aanbevolen)
1. Vóór het reinigen maakt u de ventilator
helemaal los van de netvoeding.
2. Verwijder het frontpaneel/roosterassemblage
door te drukken op de hendel aan de
onderkant van het paneel en het frontpaneel
/rooster er vanaf de onderkant uit te trekken.
3. Om het frontpaneel/roosterassemblage te
reinigen, veegt u deze af met een vochtige,
pluisvrije doek of u wast ze met warm
zeepsop. Droog het frontpaneel grondig en
plaats terug.
4. Dompel de ventilator niet in water of andere
vloeistoffen om onderdelen van de ventilator
te reinigen.
5. Gebruik geen sterke schoonmaakmiddelen,