KENNISGEVING:
Als u meerdere zaagsneden
maakt, schakelt u de kettingzaag uit tussen de
zaagsneden.
LET OP:
Als de zaagketting langs de boven-
rand van het zaagblad wordt gebruikt om te
zagen, kan de kettingzaag in uw richting worden
bewogen als de ketting klem komt te zitten. Om
deze reden moet u met de onderrand van het
zaagblad zagen zodat de kettingzaag van uw
lichaam af wordt bewogen.
► Fig.25
Het gereedschap dragen
Alvorens het gereedschap te dragen, trekt u altijd de
kettingrem aan en haalt u de accu's van het gereed-
schap af. Breng vervolgens de zaagbladschede aan.
Plaats ook het accudeksel op de accu.
► Fig.26: 1. Zaagbladschede 2. Accudeksel
ONDERHOUD
LET OP:
Zorg altijd dat het gereedschap is
uitgeschakeld en de accu ervan is verwijderd
alvorens te beginnen met onderhoud of inspectie.
LET OP:
Draag bij inspectie- of onderhouds-
werkzaamheden altijd handschoenen.
KENNISGEVING:
Gebruik nooit benzine, was-
benzine, thinner, alcohol en dergelijke. Hierdoor
kunnen verkleuring, vervormingen en barsten
worden veroorzaakt.
Om de VEILIGHEID en BETROUWBAARHEID van
het gereedschap te handhaven, dienen alle reparaties,
onderhoud of afstellingen te worden uitgevoerd bij een
erkend Makita-servicecentrum of de Makita-fabriek, en
altijd met gebruik van Makita-vervangingsonderdelen.
De zaagketting slijpen
Slijp de zaagketting als:
•
Poederachtig zaagsel wordt geproduceerd tijdens
het zagen van vochtig hout;
•
De zaagketting moeizaam in het hout bin-
nendringt, zelfs wanneer hoge druk wordt
uitgeoefend;
•
De zaagsnijrand duidelijk beschadigd is;
•
De kettingzaag naar links of rechts trekt in het
hout. (veroorzaakt door een ongelijkmatige
scherpte van de zaagketting, of een beschadiging
aan slechts een kant)
Slijp de zaagketting veelvuldig, maar iedere keer
slechts weinig. Twee of drie bewegingen met een vijl
zijn doorgaans voldoende voor regelmatig bijslijpen.
Als de zaagketting meerdere malen is bijgeslepen,
laat u deze een keer slijpen door een in ons erkende
servicecentrum.
Criteria bij het slijpen:
WAARSCHUWING:
afstand tussen de zaagsnijrand en de dieptevoe-
ler vergroot de kans op terugslag.
► Fig.27: 1. Lengte van het mes 2. Afstand tus-
sen de zaagsnijrand en de dieptevoeler
3. Minimumlengte van het mes (3 mm)
—
Alle messen moeten gelijk van lengte zijn. Door
een verschillende lengten van messen kan de
zaagketting niet gelijkmatig lopen en kan de zaag-
ketting breken.
—
Slijp de zaagketting niet verder als de lengte van
de messen 3 mm of korter is. De zaagketting moet
worden vervangen door een nieuwe.
—
De dikte van spaanders wordt bepaald door de
afstand tussen de zaagsnijrand en de dieptevoeler
(ronde neus).
—
De beste zaagresultaten verkrijgt u met de vol-
gende afstand tussen de zaagsnijrand en de
dieptevoeler.
•
Kettingmes 90PX: 0,65 mm
•
Kettingmes 91PX: 0,65 mm
•
Kettingmes 25AP: 0,65 mm
► Fig.28
—
De slijphoek van 30° moet voor alle messen gelijk
zijn. Bij verschillende slijphoeken zal de zaagket-
ting ruw en ongelijkmatig lopen, de slijtage toene-
men en de zaagketting kunnen breken.
—
Gebruik een geschikte ronde vijl tegen de tanden
zodat een correcte slijphoek behouden blijft.
•
Kettingmes 90PX: 55°
•
Kettingmes 91PX: 55°
•
Kettingmes 25AP: 55°
Vijl en vijlbeweging
—
Gebruik een speciale ronde zaagkettingvijl (opti-
oneel accessoire) voor het slijpen van de ketting.
Een gewone ronde vijl is niet geschikt.
—
De doorsnede van de ronde vijl voor elke zaagket-
ting is als volgt:
•
Kettingmes 90PX: 4,5 mm
•
Kettingmes 91PX: 4,0 mm
•
Kettingmes 25AP: 4,0 mm
—
De vijl mag het mes alleen in voorwaartse richting
raken. Haal de vijl van het mes voor de terug-
waartse beweging.
—
Slijp eerst het kortste mes. De lengte van dit mes
wordt dan de maatstaf voor alle andere messen
op de zaagketting.
—
Beweeg de vijl zoals aangegeven in de
afbeelding.
► Fig.29: 1. Vijl 2. Zaagketting
—
De vijl kan gemakkelijker worden bewogen als een
vijlhouder (optioneel accessoire) wordt gebruikt.
Op de vijlhouder staan merktekens voor de juiste
slijphoek van 30° (lijn de merktekens parallel uit
met de zaagketting) en beperkt de diepte waartoe
de vijl doordringt (tot 4/5 van de vijldiameter).
► Fig.30: 1. Vijlhouder
72 NEDERLANDS
Een buitensporige