4. Werkzaamheden voor stroomtoevoer
• 4-20mA / 1-5V / 0-10V / 0-10kΩ
1 Gebruik 4-20mA / 1-5V / 0-10V
Verbind de transmissiekabels met nummer 11 en 12 op het aansluitblok (TB61).
Nummer 11 op het aansluitblok (TB62) : Plus-kant
Nummer 12 op het aansluitblok (TB62) : Min-kant (referentiekant)
2 Gebruik variabele weerstand (0-10kΩ)
Verbind de transmissiekabels met nummer 9 en 10 op het aansluitblok (TB61).
Opmerking:
De waarden van de tabel met "capaciteitsinstellingen" op de voorgaande pagina
tonen het midden van de invoerwaarde.
Kabellengte Maximum 10 meter
• Afstandsschakelaar Type A (4 bit - 8 instelling)/Type B (1 bit - 1 instelling)
Regeling van de vraag is mogelijk door afstandsschakelaars met aansluiting nummer
10-14 te verbinden.
Gebruik beslist een spanningsloze schakelaar (voor de afstandsschakelaar)
Kabellengte afstandsschakelaar: Maximum 10 meter
Afstandsschakelaar: Minimale toepasbare last 12V gelijkstroom, 1mA
Opmerking:
Bij gebruik van de regelfunctie voor intelligente multi-buitenapparaten, moet
het verzoeksignaal voor de capaciteit worden verstuurd naar het hoofdinterface
dat met het ref. adres 8 buitenapparaat is verbonden.
• Instelling externe functie
Met deze functie wordt met het externe signaal de bedrijfsfunctie ingesteld of de com-
pressor gestopt.
TB62
Item
1-2 (IN1)
Comp. geforceerd UIT *1 Normaal Comp. geforceerd
3-4 (IN2)Item Vaste bedrijfsfunctie
*1 De werking wordt voortgezet tijdens het ontdooien.
Het "Comp. geforceerd UIT" signaal dient niet veelvuldig op ON te worden gesteld.
Gebruik uitsluitend onder abnormale omstandigheden.
Kabellengte: Maximum 10 meter
Afstandsschakelaar: Minimale toepasbare last 12V gelijkstroom, 1mA
Opmerking:
Bij gebruik van IN1 met de regelfunctie voor intelligente multi-buitenappara-
ten, moet IN1 respectievelijk naar het interface-apparaat worden gestuurd.
Voer IN2 naar het hoofdinterface in dat met het ref. adres 0 buitenapparaat is
verbonden.
Let op:
De externe invoersignalen worden gescheiden door basisisolatie van de
stroomtoevoer voor het apparaat.
De externe invoersignalen dienen met een afzonderlijke isolatie te worden
gescheiden van plaatsen waar de gebruiker toegang toe heeft zodat ze niet
per ongeluk kunnen worden aangeraakt.
Verbind de aansluiting met gebruik van de ringaansluitingen en isoleer te-
vens de kabels van aanliggende aansluiting bij het verbinden met het aan-
sluitblok.
4.1.5. Externe uitvoer aansluiten
Naam Aansluitblok
Item
OUT1 TB141 5-6
Uitvoer werking
OUT2 TB141 3-4
Uitvoer fout
OUT3 TB141 1-2
Comp. AAN uitvoer
OUT4 TB142 5-6
Uitvoer ontdooien
Functie(Koelen)
OUT5 TB142 3-4
Uitvoer
Functie(Verwarmen)
OUT6 TB142 1-2
Uitvoer
Zelf-bescherming
OUT7 TB143 5-6
Uitvoer
Voor-ontdooien Uit-
OUT8 TB143 3-4
voer
*1
*1 Afhankelijk van het model van het buitenapparaat is de uitvoer mogelijk niet beschikbaar.
Kabellengte: Maximum 50 meter
Uitvoerspecificatie: Spanningsloze schakelaar 1A, 240V wisselstroom/30V gelijk-
stroom of minder 10 mA, 5 V gelijkstroom of meer
*Sluit de overspanningsbeveiliging aan op basis van de belasting ter plaatse.
Opmerking:
• E xterne uitvoersignalen worden door een basisisolatie gescheiden van an-
dere circuits van het interface.
• W anneer intelligente multi-buitenapparaat regelfunctie is gekozen, werken OUT2,
OUT3, OUT4, OUT7 en OUT8 individueel op ieder interface.
Let op: W anneer 2 of meer externe uitvoeren worden gebruikt, moet de
stroomtoevoer aan de uitvoerzijde hetzelfde zijn.
72
UIT
AAN
Opmerking
UIT
Koelen
Verwarmen
Beschikbaar indien SW2-1 en SW2-2
op AAN zijn gesteld
UIT
AAN
UIT
AAN
Normaal
Fout
AAN
UIT (Comp. UIT)
(Comp. AAN)
AAN
UIT
(Ontdooien)
UIT
AAN (Koelen)
AAN
UIT
(Verwarmen)
UIT
AAN
UIT
AAN
TB61
TB62
4-20mA/1-5V/0-10V
afstandsbediening
(Voor onderhoud)
TB143
TB142
<Foto 4.1.5>
X8
X7
X6
TB143
TB142
1
2 3 4 5 6
1
OUT8 OUT7
OUT6
<Foto 4.1.4>
Ter plekke
I/F
(
9
0-10 kΩ
10
11
+
(
12
Bedrade
13
(
14
TB61
1
IN1
2
3
IN2
4
TB62
TB141
X5
X4
X3
X2
TB141
2 3 4 5 6
1
2 3 4 5 6
OUT5 OUT4
OUT3
OUT2 OUT1
X1