IMG STAGELINE MFX-204 Manual De Instrucciones página 39

Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 44
EQ Freq – Middenfrequentie van het piekfilter,
dat een frequentiebereik in het Phaser-effectsig-
naal versterkt of dempt
EQ Gain – Versterking of demping van het inge-
stelde frequentiebereik in het Phaser-effectsig-
naal door het piekfilter
EQ Q – Bandbreedte van het piekfilter, dat een
frequentiebereik in het Phaser-effectsignaal ver-
sterkt of dempt;
1
bereik: 0,05 – 3 octaven in
-octaafstappen met
3
betrekking tot de middenfrequentie EQ Freq
E.Ref Vol – Geluidsvolume van de eerste reflec-
ties bij de nagalm
Feedback – Aandeel van het effectsignaal dat
naar de ingang van de effectengenerator wordt
teruggekoppeld
– Bij de effecten FLANGE en PHASER wordt
daarmee de intensiteit van het effect beïnvloed.
– Bij de effecten VOCAL ECHO en TAP DELAY
wordt daarmee het aantal echoʼs ingesteld.
Feedback Phase – Bij het effect PHASER kan
de fase van het effectsignaal dat naar de ingang
van de effectengenerator wordt teruggekoppeld,
180° worden gedraaid (instelling "Inv" = omge-
keerd). Hierdoor ontstaat een andere klankver-
vreemding. Bij de voorinstelling "Dir" (direct)
wordt het signaal niet gedraaid.
FLANGER Vol – Geluidsvolume van het
Flange-effectsignaal
Met deze parameter kan de volumeverhouding
met andere effecten worden vastgelegd.
F.Ref Vol – Geluidsvolume van de vroege
reflecties bij de nagalm
De vroege reflecties worden bijkomend bij de
eerste reflecties gesimuleerd om een hogere
dichtheid van reflecties te bekomen.
H-Damp Freq
– Bij CHORUS, FLANGE en TREMOLO: Fre-
quentie, vanaf welke het effectsignaal wordt
afgezwakt (demping hoge tonen)
– Bij nagalmeffecten (REVERB): Frequentie,
vanaf welke de nagalmtijd wordt verkort. De
nagalmtijd is daarmee frequentieafhankelijk,
zoals in een natuurlijke omgeving.
H-Damp Rev – Frequentie, vanaf welke de
nagalmtijd wordt verkort om een natuurlijke
ruimteakoestiek te simuleren
High-Pass F – Grensfrequentie van het hoog-
doorlaatfilter: frequentie vanaf welke het effect-
signaal wordt doorgelaten (demping lage tonen)
Horn Depth – Modulatiesterkte bij de simulatie
van de roterende hoornluidsprekers
(effect ROTARY)
Horn Feedback – Aandeel van het hoornluid-
spreker-effectsignaal dat naar de ingang van de
effectengenerator wordt teruggekoppeld
Met deze parameter wordt de intensiteit van het
effect voor de hoornluidspreker beïnvloed.
Horn HighSpeed – Draaisnelheid voor de simu-
latie van de roterende hoornluidspreker bij de
instelling "Fast" (snel)
Horn HPF – Grensfrequentie van het hoogdoor-
laatfilter voor de simulatie van de roterende
hoornluidspreker: frequentie vanaf welke het
signaal wordt doorgelaten (demping lage tonen)
Horn Level – Geluidsvolume van de hoornluid-
spreker bij het effect ROTARY
Horn LowSpeed – Draaisnelheid voor de simu-
latie van de roterende hoornluidspreker bij de
instelling "Slow" (langzaam)
Horn LPF – Grensfrequentie van het laagdoor-
laatfilter voor de simulatie van de roterende
hoornluidspreker: Frequentie tot welke het sig-
naal wordt doorgelaten (demping hoge tonen)
Horn PEQ F – Middenfrequentie van het piekfil-
ter dat een frequentiebereik voor de simulatie
van de roterende hoornluidspreker versterkt of
dempt
Horn PEQ G – Versterking of demping (Gain)
van het ingestelde frequentiebereik voor de
simulatie van de hoornluidspreker door een
piekfilter
Horn PEQ Q – Bandbreedte van het piekfilter
voor de simulatie van de roterende hoornluid-
spreker; bereik: 0,05 – 3 octaven in
stappen met betrekking tot de middenfrequentie
Horn PEQ F
L-Damp Freq
– Bij CHORUS, FLANGE en TREMOLO: fre-
quentie tot welke het effectsignaal wordt afge-
zwakt (demping lage tonen)
– Bij nagalmeffecten (REVERB): frequentie tot
welke de nagalmtijd wordt verkort. De nagalmtijd
is daarmee frequentieafhankelijk, zoals in een
natuurlijke omgeving.
L-Damp Rev – Frequentie tot welke de nagalm-
tijd wordt verkort om een natuurlijke zaalakoes-
tiek te simuleren
Link Rate – Bij de effecten CHORUS en
FLANGE bepaalt deze parameter of de effect-
snelheid voor het rechter en linker kanaal afzon-
derlijk (instelling OFF) of voor beide kanalen
samen (instelling ON) kan worden ingesteld. Bij
verschillend ingestelde effectsnelheid ontstaat
een stereo-indruk.
Low-Pass F – Grensfrequentie van het laag-
doorlaatfilter: frequentie tot welke het effectsig-
naal wordt doorgelaten (demping hoge tonen)
Mode – Omschakeling stereo- of monobedrijf bij
het effect TAP DELAY
De instelling beïnvloedt de maximaal instelbare
echovertragingstijd (Delay): bij mono is max.
1,27 sec mogelijk, bij stereo tot 0,8 sec
Offset – Bij het effect TREMOLO, bovenop de
parameter "Depth" instelbare modulatiesterkte
Vanaf een bepaalde waarde verdubbelt de tre-
molofrequentie. Het effect klinkt daarbij harder.
Offset Depth – Bij het effect PHASER, ver-
schuiving van de individuele modulaties onder
elkaar
Out Level – Geluidsvolume van het effectsig-
naal
Met deze parameter kan de volumeverhouding
met andere effecten worden vastgelegd.
PEQ1, 2, 3 F
PEQ1, 2, 3 Freq – Middenfrequentie van een
van de drie piekfilters op de effectengeneratorin-
gang die frequentiebereiken versterken of dem-
pen
PEQ1, 2, 3 G
PEQ1, 2, 3 Gain – Versterking of demping van
het ingestelde frequentiebereik door een van de
drie piekfilters op de effectengeneratoringang
PEQ1, 2, 3 Q – Bandbreedte van de drie piekfil-
ters; bereik: 0,05 – 3 octaven in
met betrekking tot de middenfrequentie PEQx F
PEQ F – Middenfrequentie van het piekfilter, dat
een frequentiebereik in het effectsignaal ver-
sterkt of dempt
Bij het effect ROTARY wordt het signaal op de
effectengeneratoruitgang gefilterd, bij het effect
PITCH SHIFTER het signaal op de generatorin-
gang.
PEQ G – Versterking of demping (Gain) van het
ingestelde frequentiebereik in het ROTARY- of
PITCH-SHIFTER-signaal
PEQ Q – Bandbreedte van het piekfilter voor het
ROTARY- of PITCH-SHIFTER-signaal;
bereik: 0,05 – 3 octaven in
betrekking tot de middenfrequentie PEQ F
Phase – Afwijking van de faseverhouding tus-
sen het ingangssignaal en het effectsignaal;
Het effect wordt beïnvloed bij het mengen van de
beide signalen.
Phaser In – Bij het effect PHASER kan de fase
van het signaal op de effectenprocessoringang
1
-octaaf-
3
180° worden gedraaid (instelling "Inv" = omge-
keerd), om een andere klankvervreemding te
genereren. Bij de voorinstelling "Dir" (direct)
wordt het ingangssignaal niet gedraaid.
Phaser Vol – Geluidsvolume van het Phaser-
effectsignaal
Met deze parameter kan de volumeverhouding
met andere effecten worden vastgelegd.
PreDly E.Ref – Vertragingstijd van de eerste
reflecties bij nagalm, d.w.z. de tijd tot het opvan-
gen van de eerste reflecties
PreDly F.Ref – Vertragingstijd van de vroege
reflecties (
PreDly Rev – Vertragingstijd voor de nagalm,
d.w.z. de tijd die verstrijkt tot de nagalm hoor-
baar is
Pseudo St – Tijdsvertraging van het effectsig-
naal tussen de linker en rechter uitgang: Hoe
hoger de procentuele waarde, des te sterker de
stereo-indruk.
Rate – Instelling van de effectsnelheid bij de
effecten PHASER en TREMOLO
Rate L, Rate R – Afzonderlijke instelling van de
effectsnelheid voor het rechter en linker kanaal
bij de effecten CHORUS en FLANGE
Opmerking: Deze parameters verschijnen alleen op het
display, wanneer de parameter "Link Rate" op OFF staat.
Bij ON, daarentegen, zijn de parameters "Rate L & R" en
"Rate R & L" instelbaar.
Rate L & R, Rate R & L – Gemeenschappelijke
instelling van de effectsnelheid voor het rechter
en linker kanaal bij de effecten CHORUS en
FLANGE
Opmerkingen
Op het display verschijnen twee parameters (Rate L & R
und Rate R & L); het is echter dezelfde instelling. Wordt
een van hen gewijzigd, dan wijzigt de andere overeen-
komstig.
De parameters verschijnen alleen op het display, wan-
neer de parameter "Link Rate" op ON staat. Bij OFF,
daarentegen, zijn de parameters "Rate L" en "Rate R"
instelbaar.
Release – Bij het effect GATE REVERB, de tijd
die de gate nodig heeft om het nagalmsignaal
volledig te onderdrukken
Reverb Vol – Niveau van het nagalmsignaal dat
de interne galmlus doorloopt
Bij de effectcombinaties CHR / FLG REVERB
en DELAY REVERB, geluidsvolume van het
nagalmeffect
Semi Tones – Toonhoogteverschuiving instel-
1
baar in
-halvetoonstappen (max. ±1 octaaf)
3
Switch – Omschakeling van de draaisnelheid
1
-octaafstappen
3
tussen langzaam (Slow) en snel (Fast) met de
regelaar PAR VALUE (7)
De snelheid kan ook met de toets FX LOAD/
PAR / TAP (8) of een op de jack FX LOAD/ PAR /
TAP (18) aangesloten voetdrukknop worden
omgeschakeld: de parameter "Switch" moet
opgeroepen zijn en op het display worden weer-
gegeven. Houd de toets FX LOAD/ PAR / TAP
ingedrukt (ca. 3 sec) tot in tweede displayregel
1
-octaafstappen met
3
F.Ref Vol) bij nagalm
NL
B
39

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Este manual también es adecuado para:

25.2650

Tabla de contenido