h
anDleIDIng stoken
De lak wordt afgehard wanneer de kachel voor het eerst brandt en het deurtje en de aslade moeten zeer
voorzichtig worden geopend, omdat anders het risico bestaat dat de pakkingen in de lak blijven vastplakken.
Bovendien kan de lak een onaangename geur produceren, dus zorg voor goede ventilatie.
Belangrijke brandstofinformatie:
Toegestane typen brandstof
Uw houtkachel is uitsluitend EN-goedgekeurd voor hout. U kunt het beste droog, gekloven hout gebruiken
met een vochtgehalte van maximaal 20%. Als u met vochtig hout stookt, ontstaat er roet. Bovendien is
dit slecht voor het milieu en is het stookrendement laag.
Aanbevolen houtsoorten
Alle soorten hout, bijvoorbeeld berken, beuken, eiken, iepen, essen, naaldhout en vruchtenhout, zijn
geschikte brandstoffen voor uw kachel. Het grote verschil tussen de verschillende houtsoorten is niet de
brandwaarde, maar het gewicht per kubieke meter. Aangezien beukenhout per kubieke meter meer weegt
dan bijvoorbeeld sparrenhout, is er meer sparrenhout dan beukenhout nodig om dezelfde hoeveelheid
warmte te krijgen.
Niet toegestane typen brandstof
Er mag niet met de volgende materialen worden gestookt: bedrukt materiaal • spaanplaat • plastic • rubber
• vloeibare brandstoffen • afval zoals melkpakken • gelakt, beschilderd of geïmpregneerd hout. Er mag met
bovenstaande materialen niet worden gestookt omdat ze bij verbranding stoffen afgeven die schadelijk
zijn voor de gezondheid en het milieu. Bovendien kunnen deze stoffen uw kachel en uw schoorsteen
beschadigen. De garantie komt daarbij te vervallen.
Opslag van hout
Een vochtgehalte van maximaal 20% komt tot stand als u het hout minimaal één jaar, maar liefst twee
jaar buiten onder een afdak bewaart. Hout dat binnen wordt bewaard, wordt al gauw te droog en brandt
daardoor te snel. Het is echter wel zinvol aanmaakhout een paar dagen vóór gebruik binnen te leggen.
Aanbevolen afmetingen
Hoe goed de verbranding is, is sterk afhankelijk van de afmetingen van het hout. De volgende afmetingen
worden aanbevolen:
Type hout
Aanmaakhout (kleine stukken)
Gekloven brandhout
De kachel aanmaken (Tekening D)
Voor een goede verbranding is het heel belangrijk dat de kachel op de juiste manier wordt aangemaakt.
Een koude houtkachel en een koude schoorsteen bemoeilijken de verbranding. Het is belangrijk om zo
snel mogelijk een hoge rookgastemperatuur te bereiken.
Draai de regelknop (1) met de klok mee naar het maximum. Leg twee stukken hout (met een diameter
van 5-8 cm) horizontaal op de bodem van de verbrandingskamer. (1-2 kg). Leg de stukken hout op de
luchtspleten in de bodem vooraan in de verbrandingskamer om ze gemakkelijker vlam te laten vatten. Leg
het hout niet helemaal tegen het glas van de deur aan. Leg daar kriskras 5-8 aanmaakhoutjes bovenop.
Stapel het hout niet hoger op dan tot aan de luchtspleet in de vermiculieten achterplaat. Leg 2 aanmaak-
blokken tussen de bovenste laag aanmaakhoutjes. Steek de aanmaakblokken aan en sluit de deur. Als
u problemen heeft met condens op het glas, kunt u de deur evt. een poosje op een kier zetten alvorens
deze te sluiten. Wanneer het aanmaakhout goed brandt draait u de regelknop (1) naar de middelste positie.
-
hout
Lengte in cm
25-30
25-30
21
Diameter in cm
2-5
7-9