Op pagina 2 vindt u een overzicht van alle bedie-
NL
ningselementen en de aansluitingen.
B
1 Overzicht van de bedieningselemen-
ten en aansluitingen
1 Display: toont het nummer van het geselecteerde
Chase-programma
2 Toets MODE om tussen de twee modussen te wis-
selen; de respectieve LED boven de toets geeft de
geselecteerde bedrijfsmodus aan:
SOUND (muziekbediening)
stroboscopen flitsen muziekgestuurd
AUTO (automatische bediening)
Stroboscopen flitsen volgens het ingestelde
Chase-programma
3 Toetsen CHASE voor het selecteren van één van
de tien Chase-programmaʼs
Programmaselectie omhoog
Programmaselectie omlaag
4 Regelaar SPEED voor het instellen van de flitsfre-
quentie in de modus AUTO
5 Regelaar DIMMER voor het instellen van de flits-
helderheid tussen 20 % en 100 %
(alleen voor DMX-gestuurd stroboscoop)
6 Toets BLACKOUT voor het inschakelen van de
blackoutfunctie (rustmodus: lamp uit) voor alle stro-
boscopen, de LED boven de toets licht op; om de
blackoutfunctie uit te schakelen, drukt u opnieuw
op de toets
7 Toets FULL ON: zolang de toets is ingedrukt, flitsen
alle stroboscopen tegelijk heel snel
8 Toets SINGLE FLASH: als de toets bij geactiveer -
de blackoutfunctie (LED boven de toets BLACK -
OUT licht op) wordt ingedrukt, flitsen alle strobos-
copen een keer
9 POWER-schakelaar
10 Voedingsspanningsjack (9 V /500 mA min.) voor
het aansluiten van de bijgeleverde netadapter
11 Jacks ANALOG OUTPUT CH 1 – CH 4 (stuurspan-
ning +5 V ) voor het aansluiten van maximaal vier
analoog gestuurde stroboscopen via kabel met
6,3 mm-monostekkers
12 3-polige XLR-jack DMX OUTPUT (1 = massa, 2 =
DMX-, 3 = DMX+) voor het aansluiten op de DMX-
signaalingang van de eerste DMX-gestuurde stro-
boscoop in de ketting
16
2 Veiligheidsvoorschriften
De apparaten (controller en netadapter) zijn allemaal
in overeenstemming met de EU-Richtlijnen en dragen
daarom het
-kenmerk.
WAARSCHUWING De netspanning (230 V~) van de
netadapter is levensgevaarlijk.
Open de netadapter niet, U loopt
het risico van een elektrische
schok.
Let eveneens op het volgende:
G
De apparaten zijn uitsluitend geschikt voor gebruik
binnenshuis. Vermijd druip- en spatwater, plaatsen
met een hoge vochtigheid en uitzonderlijk warme
plaatsen (toegestaan omgevingstemperatuurbereik:
0 – 40 °C).
G
Schakel de controller niet in en trek de netadapter
onmiddellijk uit het stopcontact,
1. wanneer een van de apparaten zichtbaar bescha-
digd is,
2. wanneer er een defect zou kunnen optreden
nadat het apparaat bijvoorbeeld is gevallen,
3. wanneer het apparaat slecht functioneert.
De toestellen moeten in elk geval hersteld worden
door een gekwalificeerd vakman.
G
Verwijder het stof met een droge, zachte doek.
Gebruik zeker geen water of chemicaliën.
G
In geval van ongeoorloofd of verkeerd gebruik, ver-
keerde aansluiting, foutieve bediening of van her-
stelling door een niet-gekwalificeerd persoon vervalt
de garantie en de verantwoordelijkheid voor hieruit
resulterende materiële of lichamelijke schade.
Wanneer de apparaten definitief uit bedrijf
worden genomen, bezorg ze dan voor ver-
werking aan een plaatselijk recyclagebedrijf.
3 Toepassingen
Het apparaat STROBE-4C is een eenvoudig te bedie-
nen minibesturingspaneel waarmee vier analoog ge -
stuurde stroboscopen (b.v. STROBE-75*) en vier
tweekanaals
DMX-stroboscopen
1500DX*) tegelijk kunnen worden bediend. Op het
paneel zijn twee bedrijfsmodussen beschikbaar: een
muziekmodus waarbij het flitsen van de stroboscopen
door een ingebouwde microfoon wordt gestuurd en
een automatische modus waarbij 10 verschillende
Chase-programmaʼs (flitspatronen) kunnen worden
ingesteld. Via twee regelaars kunt u de flitsfrequentie
en de flitshelderheid variëren (flitshelderheid alleen bij
DMX-sturing). Bovendien kunnen de functies „Black -
out", „Full On" en „Single Flash" worden geactiveerd.
* uit het gamma van "img Stage Line"
(b.v.
STROBE-