Installatie zonder binnenterminals
De ecoGEO-warmtepompen kunnen ook worden gebruikt in installaties die niet beschikken over een type binnenterminal die een
vraagsignaal genereert. In deze gevallen kan een continue vraag worden opgelegd in de digitale ingang van de te activeren groep,
door het selecteren van de geschikte besturingslogica op de controller. Op deze wijze zal de warmtepomp de start- /stopcycli
uitvoeren afhankelijk van de temperatuurcontrole van het circuit en van de buitentemperaturen voor uitschakeling van elk van de
services.
6. Inbedrijfstelling
Controleer onderstaande aspecten vóór de inbedrijfstelling van de warmtepomp. Er zou een slechte werking van de warmtepomp
kunnen optreden en/of zware schade worden veroorzaakt aan de warmtepomp.
1. Alle hydraulische circuits van de installatie zijn op passende wijze gevuld en ontlucht.
2. De afsluitkleppen van de hydraulische circuits voor aanvoer en productie zijn open.
3. Er is een externe schakelaar geïnstalleerd die alle circuits van de elektrische voeding van de warmtepomp uitschakelt.
4. De elektrische voeding van de warmtepomp heeft het geschikte voltage en laat het verbruik toe dat vereist is voor het
starten van de compressor.
5. De binnenomgevingstemperatuur van de woning bedraagt minstens 18 ºC. Indien dit niet het geval is, moet de temperatuur
van de woning aan de hand van hulpapparaten verhoogd worden.
FBus2
Figuur 5.12. Voorbeeld van aansluiting van thT-terminals.
141
Installatie-Handleiding ecoGEO