5.1.3
Als de batterijspanning onder de voorziene werkspanning van de BENNING CFlex 1
daalt, brandt de rode LED (batterij-indicator) 6 .
5.1.4
De levensduur van de batterijen bedraagt ongeveer 120 uur (alkalinebatterij).
5.1.5
Temperatuurcoëfficiënt van de meetwaarde:
0,1 x (aangegeven meetnauwkeurigheid)/ °C < 18 °C of > 28 °C, op basis van de
waarde op referentietemperatuur van 23 °C,
5.1.6
Lengte van de meetlus: ca. 46 cm
5.1.7
Kabeldiameter van de meetlus: ca. 8,5 mm
5.1.8
Kabellengte meetlus - behuizing: ca. 1,8 m
5.1.9
Kabellengte (behuizing - 4 mm veiligheidsstekker): ca. 0,5 m
5.1.10 Afmetingen behuizing: (L x B x H) 120 x 70 x 26 mm
5.1.11
Toestelgewicht: 325 g
6.
Gebruiksomstandigheden
-
De BENNING CFlex 1 is bedoeld om gebruikt te worden voor metingen in droge ruimtes.
-
Barometrische hoogte bij metingen: 2000 m. maximaal
-
Categorie van overbelasting: IEC 60664/ IEC 61010 → 600 V categorie III, 1000 V categorie II
-
Beschermingsgraad stofindringing: 2 (EN 61010-1)
-
Beschermingsgraad: IP 30 (DIN VDE 0470-1 IEC/ EN 60529)
Betekenis IP 30: Het eerste cijfer (3); Bescherming tegen binnendringen van stof en vuil >
2,5 mm in doorsnede, (eerste cijfer is bescherming tegen stof/ vuil). Het tweede cijfer (0);
Niet beschermd tegen water, (tweede cijfer is waterdichtheid).
-
Werktemperatuur en relatieve vochtigheid:
Bij bedrijfstemperatuur van 0 °C tot 50 °C: relatieve luchtvochtigheid kleiner dan 80 %, niet-
condenserend.
-
Bewaartemperatuur: De BENNING CFlex 1 kan zonder batterijen worden bewaard bij tem-
peraturen van - 10 °C tot + 60 °C, relatieve luchtvochtigheid kleiner dan 70 %.
7.
Elektrische gegevens
Opmerking: De meetnauwkeurigheid wordt aangegeven als
-
een relatief aandeel van de meetbereikeindwaarde
Deze nauwkeurigheid geldt bij temperaturen van 23 °C ± 5 °C bij een relatieve vochtigheid van
de lucht < 80 %.
7.1 Meetbereik voor wisselstroom
Uitgangsspanning:
Meetbereik
30 A
300 A
3000 A
*
De meetnauwkeurigheid is gespecificeerd voor een sinusgolfvorm. De opgegeven nauw-
keurigheid is gespecificeerd voor geleiders die in het midden worden vastgenomen met de
meetlus (zie afbeelding 3). Voor geleiders die niet in het midden worden vastgenomen,
moet rekening worden gehouden met een bijkomende fout.
Afstand van het midden
Belastingsimpedantie:
Ruis:
Bandbreedte (- 3 dB):
Fasefout:
04/ 2019
100 mV
/ A
in het meetbereik 30 A
AC
AC
10 mV
/ A
in het meetbereik 300 A
AC
AC
1 mV
/ A
in het meetbereik 3000 A
AC
AC
Meetwaarde
0 . . . 30 A
30 . . . 300 A
300 . . . 3000 mV
300 A . . . 3000 A
300 . . . 3000 mV
25 mm
50 mm
75 mm
min. 10 kΩ (ingangsweerstand van multimeter)
0,03 A/ 0,075 A/ 0,5 A
10 Hz tot 10 kHz
< ± 1°
BENNING CFlex 1
Uitgang
0 . . . 3000 mV
± (1,0 % van de eindwaarde van het meetbereik)
± (2,0 % van de eindwaarde van het meetbereik)
± (3,0 % van de eindwaarde van het meetbereik)
Nauwkeurigheid v/d meting*
bij 45 Hz - 65 Hz
± (3,0 % van de eindwaarde van het
meetbereik)
± (3,0 % van de eindwaarde van het
meetbereik)
± (3,0 % van de eindwaarde van het
meetbereik)
Positionering foutmarge
38