NL
9. Inbedrijfstelling
De huiswatervoorzieningsinstallatie opstellen op
een vaste, effen en horizontale standplaats.
Pomphuis via de drukleidingsaansluitstomp met
water vullen. Het vullen van de zuigleiding
versnelt het aanzuigen.
Zuig- en drukleiding dicht aansluiten.
Drukleiding dichtdraaien.
Pomp inschakelen – het aanzuigen kan bij een
maximale opvoerhoogte van 5 m tot 5 minuten
duren.
De pomp wordt automatisch uitgeschakeld als de
uitschakeldruk van 3 bar wordt bereikt.
Na het dalen van de druk als gevolg van het
waterverbruik wordt de pomp automatisch
ingeschakeld (inschakeldruk ca. 1,5 bar).
10. Onderhoudsvoorschriften
De huiswatervoorzieningsinstallatie is zo goed
als onderhoudsvrij. Voor een lange levensduur is
echter een controle en verzorging op gezette
tijden aan te raden.
Let op!
Vóór elke onderhoudswerkzaamheid moet de
spanningstoevoer van de
huiswatervoorzieningsinstallatie worden
onderbroken. Trek daarvoor de netstekker
van de pomp uit het stopcontact.
Als de pomp vrij lang niet wordt gebruikt of over
de winter wordt opgeborgen, moet ze grondig
met water worden doorgespoeld, helemaal
geledigd en droog bewaard.
Bij gevaar voor vorst moet de
huiswatervoorzieningsinstallatie helemaal
worden geledigd.
Na vrij lange stilstandstijden door kort in- en
uitschakelen controleren of de rotor correct
draait.
Als de installatie verstopt geraakt is, sluit u de
drukleiding aan op de waterleiding en neemt u
de zuigslang af. Draai dan de waterkraan open.
Schakel de pomp meerdere keren in voor
ongeveer twee seconden. Op die manier kunnen
verstoppingen in de meeste gevallen worden
verholpen.
In het drukvat bevindt zich een elastische
waterzak alsook een luchtkamer waarvan de
druk ca. 1,3 bar moet bedragen. Als water in de
waterzak wordt gepompt, zet die zich uit en
verhoogt de druk in de luchtkamer tot de
uitschakeldruk. Bij een te lage luchtdruk moet
deze weer worden verhoogd. Daarvoor schroeft
u het plastieke deksel af van het vat en vult u de
ontbrekende druk aan via het ventiel met behulp
van een bandspanningsmeter.
16
11. Vervangen van de netkabel
Let op! Het toestel scheiden van het net!
Als de netkabel defect is, mag deze enkel en
alleen door een elektrovakman worden
vervangen.