3) Gebruik van het toestel als constante stroombron (C.C.)
Schakel het toestel in met de voedingsschakelaar (9). Draai regelingen (5) en (6) volledig naar rechts en regelingen
(3) en (4) volledig naar links. Sluit de belasting aan. Regel (3) en (4) bij tot de gewenste stroom is ingesteld. De C.C.
indicator gaat nu branden terwijl de C.V. indicator OFF blijft.
4) Gebruik van de stroombegrenzingsregeling in de C.V.-mode
Plaats beide stroomregelingen, nl. (3) en (4), in de max. positie. U kunt het stroombegrenzingspunt nu willekeurig
instellen (max. ± 12A). Ga als volgt te werk: activeer het toestel, sluit een variabele belasting aan en stel de belasting
zo in dat de stroom gelijk is aan het gewenste stroombegrenzingspunt. Regel ondertussen ook de stroomregelingen
(3) en (4) bij tot de C.C. LED gaat branden. De waarde van de Amp display is identiek aan het
stroombegrenzingspunt.
4. Veiligheidsvoorschriften
- De PS3010/PS3020 is optimaal beveiligd dankzij de beveiliging tegen kortsluiting en de stroombegrenzing. Het
vermogensverlies bij kortsluiting blijft beperkt dankzij het beveiligingscircuit dat het vermogensverlies van de
transistoren in de voeding regelt, zodat het toestel niet kan worden beschadigd. Het toestel gaat automatisch over
op stroombegrenzingsmode, m.a.w. het stroombegrenzingspunt (max. ± 12A) wordt ingesteld. Dit beperkte
vermogensverlies neemt niet weg dat de kortsluiting zo snel mogelijk ongedaan moet worden gemaakt om slijtage
en onnodig stroomverbruik te vermijden.
De uitgang wordt afgesneden om stroomverlies te vermijden indien de kortsluiting zich voordoet tussen de
positieve en negatieve uitgangsaansluiting. De normale werking wordt hernomen wanneer het probleem is
opgelost.
- Bewaar het toestel in een droge en goed geventileerde omgeving en veeg het geregeld schoon met een vochtige
doek. Ontkoppel de stekker indien u het toestel voor lange tijd wil opbergen.
- Onderbreek de ingangsspanning voor u het toestel reinigt.
- Dit toestel is een grote stroombron. Om oververhitting te vermijden, moet het toestel goed geventileerd zijn
wanneer u het gebruikt bij max. vermogen. Onthoud dat het oppervlak van het koelprofiel te warm is om aan te
raken wanneer u het toestel gebruikt op max. vermogen.
- Ongeoorloofd gebruik van het toestel en een te hoge omgevingstemperatuur kunnen leiden tot defecte
onderdelen. In dergelijke gevallen kan de eigenlijke uitgangsspanning de max. uitgangsspanning overstijgen.
WEES VOORZICHTIG WANNEER U HET TOESTEL GEBRUIKT EN VERMIJD ONNODIGE BESCHADIGING
VAN DE BELASTING.
- De 3-pins aardingaansluiting van de voedingskabel moet geaard zijn. Enkel dan kunt u het toestel veilig
gebruiken.
- De ventilator treedt in werking wanneer de temperatuur van het koelprofiel oploopt tot ± 75°C.
5. Accessoires
1 gebruikershandleiding
1 netsnoer
PS3010/PS3020
8
VELLEMAN