Overzicht Van De Toepassingen; Pompconfiguraties; Technische Gegevens; Technical Data - Titan TT1 Instrucciones De Uso

Bomba de transferencia
Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 20
Overzicht van de toepassingen
2.
overzicht van de toepassingen
De TT1 (1:1) en TT2 (2:1) transferpompen zijn bestemd om extreem
viskeuze producten over te pompen. De transferpompen bestaan uit
twee onderdelen: een luchtmotor en vloeistofpomp.
De pneumatisch aangedreven luchtmotor duwt een zuiger binnenin
de vloeistofpomp die voor zuiging zorgt en materiaal uit grote
containers kan optrekken en het materiaal in een extern systeem kan
afleveren.
2.1

Pompconfiguraties

De transferpompen zijn verkrijgbaar in twee verhoudingen: 1:1 (TT1)
en 2:1 (TT2).
i
De maximale luchtinlaatdruk is 180 PSI (1:1) en 120
PSI (2:1). Zie onderstaande technische gegevens.
2.2
Technical Data
Specificatie
Diameter van luchtmotor
Max. vloeistofdruk
Max. luchtinlaatdruk
Max. stroomsnelheid
volume
Max. aanbevolen pomp
Luchtinlaat
Vloeistofinlaat
Vloeistofuitlaat
Max. bedrijfstemperatuur
TT1 (1:1)
TT2 (2:1)
2"
2,5"
180 PSI (12,4 bar)
240 PSI (16 bar)
180 PSI (12,4 bar)
120 PSI (8 bar)
15,0 LPM
15,0 LPM
100 cycli/min.
100 cycli/min.
1/4 NPT (F)
1/4 NPT (F)
1 1/2 NPT (F)
1 1/2 NPT (F)
3/4 NPT (F)
3/4 NPT (F)
180ºF (82ºC)
180ºF (82ºC)
NL
3.

Werking

i
Lees alle instructies in dit onderdeel en zorg dat u
ze begrijpt opdat u de transferpomp correct kunt
gebruiken.
3.1
Procedure voor het drukloos maken van de
installatie
i
Volg onderstaande stappen om de druk uit de
transferpomp te laten.
1. Verwijder de vloeistofinlaat van het materiaal. Laat de pomp
draaien tot alle materiaal uit de pomp is gepompt.
2. Sluit de luchtklep.
3. Open de vloeistofuitlaatklep. De pomp zal langzaam draaien
tot alle druk uit de pomp is verdwenen.
4. Sluit de vloeistofuitlaatklep.
5. Open de vloeistofaftapklep die is vereist in uw systeem.
Zorg ervoor dat de afvalcontainers in positie staan om het
afgevoerde materiaal op te vangen. Laat de aftapklep open
tot u klaar bent om opnieuw vloeistoffen op te pompen.
Als de installatie niet volledig drukloos is na
i
het uitvoeren van bovenstaande stappen, is het
mogelijk dat de toevoerslang van de transferpomp
naar het systeem verstopt zit. Indien dit zo is, moet
u de slang en koppeling erg langzaam losmaken
om de druk geleidelijk af te laten om daarna alles
volledig los te maken. Maak de slang vrij van
opgehoopt materiaal.
3.2
De pomp spoelen (eerste gebruik)
De pomp wordt in de fabriek getest met lichte olie die in de pomp
blijft om de pomponderdelen te beschermen. Deze vloeistof moet
weggespoeld worden met een compatibel oplosmiddel voordat de
pomp voor het eerst wordt gebruikt.
Na verloop van tijd kunnen bepaalde deeltjes zich in uw systeem
hebben afgezet. Om eventueel afgezette deeltje uit de pomp weg
te spoelen, spoelt u na verloop van tijd (aanbeveling: 90 dagen of
korter) het volledig systeem.
3.3
De pomp vullen
1. Sluit alle luchtkleppen
2. Sluit alle vloeistofkleppen (vloeistofklep en aftapklep).
3. Controleer dat alle onderdelen in dit systeem vastgedraaid
zijn.
4. Sluit de luchttoevoerlijn aan op de luchtinlaatpomp.
5. Verbind de vloeistofinlaat met de vloeistofbron.
6. Open de luchtklep met aftapsysteem.
7. Pas de druk van de luchtregelaar aan naar 2-4 bar.
8. Open de vloeistofuitlaatklep langzaam; laat de pomp draaien
tot de vloeistof er geleidelijk aan is uitgepompt.
Laat de pomp niet droog draaien. Als de pomp in
deze omstandigheden wordt gebruikt of als pomp te
snel droog staat, kan dit de pomp beschadigen. Als
de pomp te snel draait, verlaag dan de luchtdruk.
Attention
Volg altijd de procedure voor het drukloos maken
van de installatie wanneer u hierom wordt gevraagd
om het risico op letsel te beperken.
40
Werking
TT1 • TT2

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Este manual también es adecuado para:

Tt2

Tabla de contenido