Drievoudige diepte-instelling met behulp
van de revolverdiepteaanslag
Met de revolverdiepteaanslag (12) kunt u 3
verschillende diepten instellen. Dat is met name
handig bij het frezen van diepe groeven, waarbij
stapsgewijs gewerkt wordt.
•
Plaats een dieptemal tussen de diepte-
aanslag (13) en de revolver diepteaanslag
(12) om de juiste diepte te bepalen.
•
Stel, indien nodig, de drie schroeven in.
Fijninstelling
Wanneer geen dieptemal wordt gebruikt en
wanneer de freesdiepte moet worden bijgesteld,
gebruik dan bij voorkeur de fijninstelling (17).
•
Stel de freesdiepte in zoals hierboven
beschreven.
•
Zet de fijninstelling op nul met behulp van de
nulstelring (24).
•
Zet de fijninstelling (17) in de gewenste
positie: één omwenteling komt overeen met
ca. 1 mm en één merkstreep met 0,1 mm.
Diepte-instelling met de bovenfrees in
omgekeerde positie (fig. D)
•
Verwijder de draadstang (13) en vervang
hem door de draadstang (DE6956) die als
optie verkrijgbaar is.
•
Verbind de draadstang van de diepteaanslag
(13A) met de revolverdiepteaanslag (12).
•
Stel de freesdiepte in met behulp van de
instelring op de diepteaanslag (13A).
Lees bij montage van de bovenfrees
in omgekeerde positie eerst de
instructies in de betreffende
handleiding van de stationaire
machine.
Bevestigen van de parallelaanslag
(fig. A & E)
•
Steek de geleidestangen (5) in de freeszool
(10).
•
Draai de borgschroeven (9) vast.
•
Plaats de parallelaanslag (8) op de
geleidestangen.
•
Draai de borgschroeven (4) handvast aan.
•
Verwijder de stofafzuigadapter (18) en sluit
de stofafzuigopening af met de meegeleverde
afsluitdop (25).
51
Instellen van de parallelaanslag (fig. F)
•
Teken een freeslijn op het werkstuk.
•
Druk de freesmotor naar beneden totdat de
frees het werkstuk raakt.
•
Zet de blokkeerhendel (15) vast.
•
Plaats de bovenfrees op de freeslijn.
•
Schuif de parallelaanslag (8) tegen het
werkstuk en draai de borgschroeven (4)
vast.
•
Stel de parallelaanslag (8) in met behulp van
de fijninstelling (7). De buitenste snijkant van
de frees moet samenvallen met de freeslijn.
•
Draai de eindborging (20) goed vast.
Monteren van een sjabloongeleider (fig. G)
Sjabloongeleiders en mallen vormen een praktisch
hulpmiddel voor het frezen volgens een bepaald
patroon.
•
Monteer de sjabloongeleider (26) op de
freeszool (10) met behulp van de schroeven
(27) zoals afgebeeld.
Aansluiten van een stofafzuigsysteem
(fig. A & E)
•
Sluit een stofafzuigslang aan op de
stofafzuigadapter (18) in de zuil van de
freesgeleiding of op de stofafzuigopening in
de parallelaanslag (6).
Aanwijzingen voor gebruik
• Neem altijd de veiligheidsinstructies in
acht en houdt u aan de geldende
voorschriften.
• Beweeg de machine altijd zoals
afgebeeld in fig. H (buiten- en
binnenranden).
Alvorens met de machine te gaan werken:
•
Controleer of de frees correct in de spantang
is gemonteerd.
•
Kies de juiste draaisnelheid met behulp van
het stelwiel (BR-621).
•
Stel de freesdiepte in.
•
Sluit een stofafzuigsysteem aan.
•
Controleer altijd of de blokkeerhendel is
geborgd alvorens de machine in werking te
stellen.
N E D E R L A N D S
nl-5