Anleitung NRT 530-1_SPK2
Snij niet tegen harde voorwerpen. Zo
voorkomt u verwondingen en een
beschadiging van het toestel.
Gebruik de rand van de beschermkap om
het toestel op afstand te houden van een
muur, verschillende oppervlakken alsook
van breekbare dingen.
Gebruik het toestel nooit zonder
bescherminrichting.
LET OP! De bescherminrichting is
belangrijk voor uw veiligheid en de
veiligheid van anderen alsook voor de
correcte werkwijze van de machine.
Niet-naleving van dit voorschrift leidt,
buiten het feit dat daardoor een
potentiële gevarenbron wordt
geschapen, tot het verlies van uw recht
op garantie.
Probeer niet de snij-inrichting (nylondraad)
met de handen te stoppen. Wacht altijd tot
deze vanzelf stopt.
Gebruik geen andere dan de originele
nylondraad. Monteer nooit metalen
snijelementen.
Wees voorzichtig tegen verwondingen aan
de inrichting die dient om de draadlengte af
te snijden. Na het uittrekken van een
nieuwe draad dient u de machine altijd in
haar normale werkpositie te houden
voordat u ze inschakelt.
Let er goed op dat de luchtopeningen vrij
zijn van verontreinigingen.
Trek na gebruik de netstekker uit het
stopcontact en controleer de machine op
beschadiging.
Probeer niet met het toestel gras te snijden
dat niet op de grond groeit; probeer b.v.
niet gras te snijden dat op muren of stenen
enz. groeit.
Binnen het werkgebied van de
gazontrimmer is de gebruiker
verantwoordelijk tegenover derden voor
schade berokkend door het gebruik van het
toestel.
Steek met ingeschakeld toestel geen
wegen of grindpaden over.
Als u het toestel niet gebruikt bewaar het
op een droge en voor kinderen
onbereikbare plaats.
30.08.2006
12:44 Uhr
Gebruik het toestel enkel op de manier
beschreven in deze gebruiksaanwijzing en
hou het altijd loodrecht t.o.v. de grond. Elke
andere stand is gevaarlijk.
Controleer regelmatig of de schroeven naar
behoren zijn aangehaald.
De netspanning moet overeenstemmen
met de spanning vermeld op het
kenplaatje.
De aansluitkabel dient regelmatig op
tekens van beschadiging of veroudering te
worden gecontroleerd. Het toestel mag niet
gebruikt worden als de aansluitkabel niet in
perfecte staat is.
De gebruikte aansluitkabels mogen niet
lichter zijn dan lichte rubberslangkabels
HO7RN-F volgens DIN 57282/VDE 0282
en moeten een minimumdiameter van
1,5 mm
moeten voorzien zijn van een randaarding
en de koppeling moet spatwaterdicht zijn.
Wordt de kabel tijdens het gebruik
beschadigd, scheidt hem dan onmiddellijk
van het net.
DE KABEL NIET AANRAKEN VOORDAT
HIJ VAN HET NET GESCHEIDEN IS.
Indien de aansluitkabel wordt beschadigd,
dient die door de fabrikant of door zijn
vertegenwoordiger van de dienst na
verkoop te worden vervangen om gevaren
te voorkomen.
De toestel mag enkel via een
verliesstroom-veiligheidsinrichting (RCD)
met een afschakelstroom van max. 30 mA
worden gevoed.
De te snijden vlakte altijd vrij houden van
kabels en andere voorwerpen.
Indien het toestel moet worden opgeheven
om het te transporteren, dient u de motor
stop te zetten en te wachten tot het
gereedschap stilstaat. Voordat u de
machine verlaat moet de motor worden
stopgezet en moet de netstekker uit het
stopcontact worden getrokken.
Vergewis u er zich van dat geen van de
draaiende elementen beschadigd is en dat
de draadspoel correct is geïnstalleerd en
bevestigd alvorens het toestel aan te
sluiten op het stroomnet.
Tijdens het bedrijf mag u in geen geval
Seite 23
2
hebben. De insteekverbindingen
NL
23