2
Inschakelen en meten
!
Let voor iedere meting op dat de referentiefunctie
gedeactiveerd is.
De DigiLevel Laser G40 / G80 kan hoeken constant op 360° meten.
– Schakel het apparaat in met toets (4).
– De neigingshoek verschijnt in de weergave (12). Wanneer neigingen
boven hoofdhoogte gemeten worden, past de weergaverichting
zich automatisch aan.
– Bovendien wordt met het symbool (7) de actuele neigingsrichting
weergegeven.
3
Keuze van de meeteenheid
Met toets (1) kunt u de meeteenheid tussen °graden, % en mm/m
omschakelen.
4
Kalibratie
1. Positioneer het meetoppervlak (18) van het apparaat op een
rechte en gekenmerkte ondergrond (zie afb. beneden). Schakel
het apparaat in (4) en houd de REF-toets (2) ingedrukt totdat
CAL 1 knippert. Kort daarna hoort u een signaalgeluid en
CAL 2 verschijnt.
2. Draai de waterpas nu horizontaal 180° en plaats deze exact op
het gekenmerkte oppervlak (omslagmeting). Houd de REF-toets
(2) ingedrukt totdat CAL 2 knippert. Het volgende signaalgeluid
sluit het proces af.
!
Het apparaat is correct gekalibreerd wanneer in beide
posities (0° en 180°) dezelfde meetwaarden worden
weergegeven.
DigiLevel Laser G40/G80
DigiLevel Laser
17
NL