M
-
ontage
instructies voor het verbranDingsluchtsysteeM
HWAM 2610/HWAM 2620
1. Til de losse onderdelen (A1) van de bovenplaat en de bovenplaat (A2) van de houtkachel.
2. Draai de 2 schroeven (A3) eruit en til de achterplaat (A4) van de houtkachel.
3. Demonteer de linker- en rechterkant (A5) door de 2 schroeven (A6) aan beide kanten bovenaan
los te draaien.
4. Voer de hefdraad (B3) door het gat (D2) in de deksel van de automatische cassette. Schroef ver-
volgens de kap (D1) van de automatische cassette vast op de automatische cassette (B1). Schroef
de kap links en rechts (B2) vast met 2 bijgeleverde schroeven.
5. Leid het gat in de afdichtingsplaat (D3) over de hefdraad (B3) naar beneden en plaats de afdich-
tingsplaat zodanig dat deze het gat (D2) in de kap afsluit.
6. Bij een verseluchtaansluiting aan de achterkant van de houtkachel: Schroef het verbindings-
stuk (C1) vast aan de buitenkant van de kap (D1) van de automatische cassette met de 3 bijge-
leverde schroeven en schroef de afdekplaat (E1) zodanig vast dat deze het gat in de bodemplaat
(F1) van de houtkachel afsluit.
Bij een verseluchtaansluiting in de bodem van de houtkachel:
Bij de montage van het verseluchtsysteem op een kachel met voetstuk, moet de achterplaat
(G1) van het voetstuk worden verwijderd. Schroef de afdekplaat (E1) vast aan de buitenkant van
de kap (D1) van de automatische cassette en schroef het verbindingsstuk (C1) op het gat in de
bodemplaat (F1) van de luchtkast met de 3 bijgeleverde schroeven.
7. Plaats de flexslang (B4) op het verbindingsstuk (C1) en zet deze vast met de spanband (B5).
Vergeet niet de isolatiekous (B6) over de flexslang te trekken. De isolatiekous kan zo nodig met
een kabelbinder worden vastgezet.
8. Aan de onderkant van de achterplaat (A4) zit een lasergesneden deksel (A7). Deze afdekplaat
moet worden uitgeknipt met een kniptang. (UITSLUITEND als de houtkachel wordt voorzien
van een verseluchtaansluiting door de achterplaat).
9. Monteer de achterplaat op de houtkachel.
10. Schroef de zijkanten weer vast op de houtkachel. Plaats de bovenplaat en de losse onderdelen van
de bovenplaat weer op de houtkachel.
11. Als de verseluchttoevoer via het voetstuk en de vloer wordt aangesloten, moet de achterplaat
(G1) van het voetstuk weer worden gemonteerd.
9
n
eDerlanDs