Alto Professional ZMX 244 Manual De Inicio Rápido página 30

20. 2-TRACK INPUTS: U kunt deze ingangen verbinden met de
uitgangen van een externe geluidsbron met behulp van een
standaard stereo RCA-kabel (afzonderlijk verkrijgbaar). U
kunt dit kanaal naar het Solo-kanaal sturen (met behulp van
de schakelaar CTRL ROOM SOURCE "2 TK IN") en/of de
hoofdmix (met behulp van de schakelaar 2TK TO MIX).
21. 2-TRACK OUTPUTS: U kunt deze uitgangen aansluiten op
de ingangen van een extern opnameapparaat met behulp
van een standaard
verkrijgbaar).
22. LAMP: Sluit een zwanenhalslamp (12 V, 0,5 A, niet
meegeleverd) aan op deze BNC connector.
23. PHONES OUTPUT: Sluit uw 1/4"-stereohoofdtelefoon aan
op deze uitgang. De PHONES-volumeknop regelt het
volume.
24. EFFECTS OUT VOLUME: Regelt het volume van het
geluidssignaal dat de effectprocessor van het mengpaneel
stuurt naar de DFX OUT.
25. AUX 1/2: Past het geluidsniveau aan dat de uitgangen AUX
SENDS 1 en 2 van de effectprocessor verstuurt.
26. EFFECTS SELECTOR: Selecteert het effect dat de interne
effectenprocessor van het mengpaneel zal toepassen op de
verschillende kanalen.
geluidsniveaus naar de processor doorsturen door de FX
POST SEND-knoppen bij te regelen. Zie de sectie
EFFECTEN voor uitleg over de beschikbare effecten.
27. VARIATIONS SELECTOR: Selecteert de hoeveelheid effect
toegepast op de verschillende kanalen.
28. FX MUTE: Druk op deze knop om de effecten te dempen of
terug aan te zetten.
29. PEAK LED: De LED knippert wanneer het signaal
overstuurd is. Als dit gebeurt, verlaag dan de instelling van
de EFFECTS OUT-knop. Wanneer de effectenprocessor
gedempt is, blijft de LED branden.
30. POWER LED: Brandt
ingeschakeld.
31. PHANTOM POWER LED: Brandt wanneer de PHANTOM
POWER-schakelaar is ingeschakeld.
32. EQ ON/OFF: Schakelt de GRAFISCHE EQUALIZER aan of
uit.
33. GRAPHIC EQUALIZER: Wanneer de schakelaar EQ
ON/OFF is ingedrukt, kunt u deze bedieningsknoppen
gebruiken om de toon te regelen van de hoofdmix.
34. AUX SENDS VOLUME: Controleert het geluidsniveau,
verstuurd naar de AUX SENDS.
35. AUX SENDS SOLO: Wanneer deze knop wordt ingedrukt,
wordt het geluid, verstuurd naar de AUX SENDS, hoorbaar in het Solo-kanaal, dat als enige geluidssignaal naar de
PHONES-uitgang en CTRL OUTS wordt gestuurd. De LED METERS geven ook de geluidsniveaus weer, die worden
gecontroleerd door de volumeknoppen PHONES en CTRL ROOM.
36. AUX RTN VOLUME: Controleert het geluidsniveau dat verstuurd wordt naar de AUX RTN-ingangen.
37. AUX RTN TO AUX SEND VOLUME: Controleert het geluidsniveau dat van de AUX RTN-ingangen terug naar het Aux-
kanaal wordt gestuurd.
38. AUX RTN 3 ROUTING SCHAKELAAR: Bepaalt of het AUX RTN 3-geluidssignaal door wordt gestuurd naar de CTRL
ROOM-mix (bij ingedrukte knop) of de hoofdmix (bij knop in hoogste stand).
39. AUX RTN 4 ROUTING SCHAKELAARS: Wanneer deze knoppen zijn ingedrukt wordt het geluidssignaal van AUX RTN
4 gestuurd naar Subgroep 1 en 2, Subgroep 3 en 4, en/of de hoofdmix.
40. AUX RTN SOLO: Wanneer deze knop wordt ingedrukt, wordt het geluid hoorbaar in het Solo-kanaal, dat als enige
geluidssignaal wordt gestuurd naar de PHONES-uitgangen en CTRL OUTS.
geluidsniveaus weer, die worden gecontroleerd door de volumeknoppen PHONES en CTRL ROOM.
41. SUBGROUPS ASSIGN TO MAIN: Gebruik deze knoppen om de linker- en rechterkanalen van elke subgroep toe te
wijzen aan de hoofdmix. Wanneer een knop wordt ingedrukt, wordt dat kanaal naar de hoofdmix gestuurd.
42. SUBGROUPS VOLUME: Gebruik deze faders om het volume van elke subgroep aan te passen. Het geluidssignaal van
de subgroepen wordt naar de overeenkomstige SUBGROUP OUTS gestuurd. Wanneer één van de ASSIGN TO MAIN-
knoppen van een subgroep is ingedrukt, dan wordt het geluidssignaal ook naar de hoofdmix gestuurd.
43. MAIN MIX FADER: Regelt het volume van de MAIN MIX UITGANGEN.
44. SOLO MODE: Selecteert of het Solo-kanaal pre-fader is ("PFL" bij de knop in hoogste stand) of post-fader ("AFL," bij
ingedrukte knop).
45. LED METERS: Toont het geluidsniveau van de hoofdmix of het Solo-kanaal (wanneer de SOLO-knop van een kanaal is
ingedrukt). Af en toe kan de CLIP LED beginnen branden. Als dit echter te vaak gebeurt, verlaag dan het volume van de
mix en/of de aparte kanalen.
46. CONTROL ROOM SOURCE: Gebruik deze knoppen om te bepalen welke kanalen doorgestuurd worden naar de CTRL
OUTS: de hoofdmix, Subgroepen 1 en 2, Subgroepen 3 en 4, en/of het 2 TRACK IN-signaal.
47. 2TK TO MIX: Wanneer deze knop is ingedrukt, wordt het 2 TRACK OUT geluidssignaal toegevoegd tot de hoofdmix.
48. PHONES VOLUME: Regelt het volume van de PHONES uitgangen.
49. CTRL ROOM VOLUME: Regelt het volume van de CTRL OUTS.
stereo RCA-kabel (afzonderlijk
Elk kanaal kan verschillende
wanneer het mengpaneel
20 21
20 21
is
30
22
23
23
26 27
24 25
29
(DFX TO AUX 1 RTNS)
28
25
(DFX TO AUX 2 RTNS)
32 33
46
35
36 37
34
46
35
46
34 36 37
46
(TO AUX SEND 1/2)
35 38
34 36
39 40
35
34 36
39 39
PFL ACTIVE
41 41 41 41
AFL ACTIVE
44
41 41 41 41
42 42 42 42
De LED METERS geven ook de
30
31
48
49
47
45
43