NL
Alleen bij SYSTEEM 3
De storing, m.a.w. kortsluiting of open circuit, van de sensor veroorzaakt geen deactivering van de Zonne-Circu-
latiepomp. Het systeem werkt eenvoudigweg alsof het op Systeem 2 ingesteld is. Nadat de storing is verholpen
wordt de beveiliging onmiddellijk gedeactiveerd.
Om deze storing te signaleren wordt het symbool S4 gedeactiveerd, terwijl het symbool Storing, het symbool S4
en de achtergrondverlichting beginnen te knipperen.
Storing 85 - Storing confi guratie regelaar
Controleer of parameter P26 op 1 is ingesteld.
Storing 87 - Beveiliging vanwege uitgebleven circulatie
Alleen wanneer STROMINGSMETER GEACTIVEERD IS
Deze storing wordt geactiveerd wanneer de kaart 10 minuten achter elkaar geen toevoer naar het zonnecircuit
constateert terwijl de Zonnepomp geactiveerd is.
De storing heeft deactivering van de Zonnepomp tot gevolg. Nadat de storing gecontroleerd en verholpen is kan
de beveiliging geannuleerd worden door de modus OFF eerst in en daarna weer uit te schakelen.
Controleer of parameter P25 juist is ingesteld.
Kenmerk sensoren
De temperatuursensoren kunnen gecontroleerd worden met een digitale multimeter: koppel de sensor los van
de regelaar en controleer de overeenkomst met onderstaande tabellen:
T (°C)
-10
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
60
65
70
75
80
85
90
95
100
105
110
115
NTC
R (Ω)
54932
42080
-5
32505
0
25308
5
19854
15689
12483
9999
8060
6537
5332
4374
3608
2991
2492
2086
1754
1481
1257
1070
915
785
677
585
507
442
Cod. 3540V010 - 07/2010 (Rev. 00)
ECOTRONIC tech
PT 1000
T (°C)
R (Ω)
961.5
-10
980.75
-5
1000
0
1019.25
5
1038.5
10
1057.75
15
1077
20
1096.25
25
1115.5
30
1134.75
35
1154
40
1173.25
45
1192.5
50
1211.75
55
1231
60
1250.25
65
1269.5
70
1288.75
75
1308
80
1327.25
85
1346.5
90
1365.75
95
1385
100
1404.25
105
1423.5
110
1442.75
115
T (°C)
R (Ω)
1462
120
1481.25
125
1500.5
130
1519.75
135
1539
140
1558.25
145
1577.5
150
1596.75
155
1616
160
1635.25
165
1654.5
170
1673.75
175
1693
180
1712.25
185
1731.5
190
1750.75
195
1770
200
179