Plaatsen van de batterijen
(niet bij de levering inbegrepen)
•
Open het deksel van het batterijenvakje (G) aan de
achterzijde van de afstandsbediening.
•
Plaats 2 mignonbatterijen van het type LR 6 „AA"
1,5V. Let goed op de juiste polariteit (zie bodem van
het batterijenvakje)! Verwijder de batterij wanneer de
afstandsbediening gedurende een langere periode
niet wordt gebruikt. Zo voorkomt u lekkage van
batterijzuur.
•
Wissel altijd het complete batterijset uit, vervang
nooit alleen maar één batterij.
Let op: batterijen horen niet in het huisafval. Geef ver-
bruikte batterijen af bij het gemeentelijke milieupark of bij
de handelaar.
Gooi batterijen nooit in het vuur.
Algemene bediening
POWER (1):
schakelt de installatie in of uit. De
POWER-toets brandt blauw.
BASS Aan/Uit (8):
Versterkt of vermindert het geluid
van de bassen.
Aan = toets brandt blauw
Volume:
Met de VOLUME-regelaar (25)
kunt u de gewenste geluidssterkte
instellen.
PHONES (22):
Wanneer u de steker aansluit op de
bus van de koptelefoon, worden
de luidsprekers "stomgeschakeld".
Gebruik een adapter wanneer de
steker niet past.
Luidsprekers (24):
Sluit de luidsprekers aan op de
aansluitingen (30) aan de achterzij-
de.
Infrarood-
afstandsbediening: gebruik deze voor een kabelloze
bediening tot op een afstand van
5 meter. Wanneer de reikwijdte
minder wordt, dienen de batterijen
te worden vervangen. Let bij de
bediening op een vrij signaalveld
tussen de afstandsbediening en de
infraroodsensor aan het apparaat.
Radio beluisteren
1. Zet de functieschakelaar (26) op de positie RADIO.
2. Kies het gewenste frequentiebereik met de selectie-
toetsen (9/10).
UKW Stereo = FM
middengolf = MW/AM (Mono).
3. U stemt de gewenste zender af met de knop TUNING
(14).
4. Het STEREO-controlelampje (6) brandt alleen
wanneer u UKW stereo hebt gekozen en de zender
in stereokwaliteit wordt ontvangen. Wanneer de ont-
vangst te zwak is en ruist, kan het zijn dat het lampje
niet brandt. Tracht door het verleggen, het op- of
afrollen of het wijzigen van de lengte van antenne (32)
de ontvangst te verbeteren.
5. Voor de ontvangst van AM-zenders is een antenne
in het apparaat geïntegreerd. Het apparaat kan door
draaien en veranderen van de positie worden inge-
steld op de zender. In dit frequentiebereik worden
programma's alleen in mono ontvangen.
5....-05-MC 4401 CD AEG 9
Cassettemodus
Cassettes afspelen
1. Kies de functie TAPE (26).
2. Open de klep (15).
3. Druk op de
/
Stop-/uitwerptoets (17) om het
cassettevak (23) te openen.
4. Plaats een bespeelde audiocassette met het bandje
naar onder en de bijbehorende zijde naar voor in het
vakje. Sluit het cassettevakje.
5. Druk op de
weergavetoets (20) om de cassette af
te spelen.
6. Met de í/
Stop/uitwerptoets (17) kunt u de weer-
gave beëindigen.
7. Spoel de cassette desgewenst overeenkomstig de
pijltoetsen vooruit of terug.
= vooruit (18),
= terug (19).
Druk tussen het omschakelen en voor het stoppen
van de bandloopfunctie altijd op de í/
werptoets (17). Op deze wijze voorkomt u dat het
cassettedeck of het bandje beschadigd wordt.
8. Door het opnieuw indrukken van de í/
uitwerptoets (17) opent u het klepje van het cassette-
vak.
9. Voor een korte onderbreking van de weergave drukt
u de II PAUSE-toets (16) in. Na het nogmaals indruk-
ken van deze toets wordt de weergave voortgezet.
Cassettes opnemen
1. Plaats een audiocassette met de te bespelen kant
naar voor in het cassettevak. Waarborg dat de
cassette niet tegen kopiëren beveiligd is (de kopie-
erbeschermlip aan de bovenste smalle zijde van de
cassette mag niet verwijderd zijn).
2. Kies de opnamebron via de functieschakelaar (26) en
start deze geluidsbron. U neemt op van de geluids-
bron die u hoort. Het geluidsniveau van de opname
wordt automatisch geregeld. Verandering aan geluid
en volume veranderen de opname niet.
3. Druk op de b opnametoets (21) (de
wordt automatisch mee omlaag gedrukt). De opname
begint. Alle eerdere opnames worden automatisch
gewist.
4. Met de II pauzetoets (16) kunt u de opname kortston-
dig onderbreken of met de
(17) beëindigen.
CD's afspelen
Zo kunt u CD's afspelen
1. Draai de functieschakelaar (26) naar de stand „CD".
2. Druk de toets in om de CD-lade (7) te openen.
3. Plaats een audio-CD met de opdruk naar boven op
de centreerkegel en sluit de CD-lade (5).
4. Op het display (3) verschijnt „- -" en vervolgens het
aantal titels/tracks.
5. Druk op de toets /II PLAY/PAUSE (11/B) om de CD
af te spelen. De CD wordt vanaf de eerste titel afge-
speeld. De huidige titel en het symbool
het display weergegeven.
6. Met de VOLUME-regelaar (25) kunt u de gewenste
geluidssterkte instellen.
7. Om een CD te verwijderen drukt u op de
STOP-toets (29/E), opent de CD-lade met de PUSH-
toets (7) en neemt de CD voorzichtig uit het apparaat.
Stop/uit-
Stop/
weergavetoets
/
Stop-/uitwerptoets
worden op
CD
9
11.02.2004, 11:54:29 Uhr