BLACK&DECKER BDSL300 Manual De Instrucciones página 18

NEDERLANDS
Onderdelen
Het apparaat kan de volgende onderdelen bevatten:
1. Kwartshalogeenlamp
2. Ophanglus
3. Vergrendeling
4. Handvat
5. Aan/uit-schakelaar
6. Netsnoer voor 12 V-gelijkstroom
7. Stekker voor 12 V-gelijkstroomhulpmiddelen
8. Accuklemmen voor 12 V-gelijkstroom
Gebruik
Vereisten voor de stroombron
De stroombron moet 12 V-gelijkstroom leveren en moet de
noodzakelijke stroom kunnen leveren om met de belasting te
werken.
Waarschuwing! De schijnwerper mag alleen worden
aangesloten op accu's met een nominale uitgangsspanning
van 12 volt.
De schijnwerper wordt geleverd met een stekker voor 12 V-
gelijkstroomhulpmiddelen (7) en/of accuklemmen (8) voor
aansluiting op een gelijkstroombron.
Het uiteinde van de aansluiting van de accuklemkabel voor
de 12 V-gelijkstroom (8) dient te allen tijde eerst op het
netsnoer voor 12 V-gelijkstroom (9) te worden aangesloten
voordat de accuklemmen (8) op de accupolen worden
bevestigd.
Aansluiting op een stroombron met de stekker voor 12
V-gelijkstroomhulpmiddelen (7)
Zorg ervoor dat de schijnwerper is uitgeschakeld, dat de
trekkervergrendeling (3) naar beneden staat
(vergrendeld), en dat er geen brandbare dampen
aanwezig zijn in het installatiegebied.
Sluit de schijnwerper aan op de stroombron door de
stekker voor 12 V-gelijkstroomhulpmiddelen 12 V-
gelijkstroomstekker voor hulpmiddelen (7) stevig in het
stopcontact van een voertuig of van een andere
gelijkstroombron te duwen.
Schuif de vergrendeling (3) naar de onvergrendelde
stand.
Druk op de aan-uitschakelaar (5) om de schijnwerper in
te schakelen.
Om de vergrendelingsschakelaar (5) in de stand AAN te
zetten drukt u op de schakelaar (5) en duwt u de
vergrendeling (3) naar beneden.
Als u de schijnwerper wilt uitschakelen, schuift u de
vergrendeling naar beneden in de stand OFF.
18
Op een stroombron aansluiten met de kabels
Sluit het apparaat als volgt met de kabels rechtstreeks aan
op de 12 Volt-stroombron:
Waarschuwing! Tijdens het opladen kan er explosief gas uit
de batterijen ontsnappen en onder extreme
omstandigheden kan de batterij gaan lekken. Zorg voor een
goede ventilatie in de ruimte wanneer de schijnwerper op
een accu wordt aangesloten.
Het uiteinde van de aansluiting van de accuklemkabel
voor de 12 V-gelijkstroom (8) mag beslist niet met de
accupolen in aanraking komen. Hierdoor kan het
apparaat beschadigd raken en/of kan gevaar voor
brand of ontploffing ontstaan.
Controleer de polariteit van de accupolen van het
voertuig voordat u de schijnwerper aansluit.
Zorg ervoor dat de schijnwerper is uitgeschakeld, dat de
trekkervergrendeling (3) naar beneden staat
(vergrendeld), en dat er geen brandbare dampen
aanwezig zijn in het installatiegebied.
Sluit de rode accuklem (8) aan op de positieve pool van
de accu.
Sluit de zwarte accuklem (8) aan op de negatieve pool
van de accu.
Zorg voor goede aansluitingen tussen de accuklemmen
(8) en de accupolen.
Schuif de vergrendeling (3) naar de onvergrendelde
stand.
Druk op de aan-uitschakelaar (5) om de schijnwerper in
te schakelen.
Om de vergrendelingsschakelaar (5) in de stand AAN te
zetten drukt u op de schakelaar (5) en duwt u de
vergrendeling (3) naar beneden.
Als u de schijnwerper wilt uitschakelen, schuift u de
vergrendeling naar beneden in de stand OFF and drukt
u op de vergrendeling.
Waarschuwing! Door losse aansluitingen kunnen draden
oververhit raken en kan de isolatie smelten.
Gebruik van de ophanglus
De ophanglus (2) kan worden gebruikt om de schijnwerper
op een geschikte plaats op te hangen.
Waarschuwing! Houd brandbaar materiaal van de lens van
de schijnwerper verwijderd wanneer de ophanglus wordt
gebruikt en de schijnwerper is ingeschakeld. Door de
extreme hitte kan brand ontstaan.