3.7. Afstelling van parameters
Volg onderstaande stappen op om een parameter te wijzigen:
1. Zoek het scherm waarop zich de te wijzigen parameter bevindt (figuur 3.4).
2. Druk, met de cursor in stand 1, op
de cursor naar de parameter van stand 2.
3. Stel de waarde van de parameter van stand 2 af met de knoppen
4. Druk op
om de waarde te aanvaarden en zich te verplaatsen naar stand 3.
5. Stel de waarde van de parameter van stand 3 af met de knoppen
6. Druk op
om de waarde te aanvaarden en terug te keren naar stand 1.
7. Druk met de cursor opnieuw in stand 1, op de knoppen
vorige of volgende scherm, of
installateursmenu's.
Stand 1
3.8. Menu AAN/UIT
4:5
Gebike me
/8
A/Uit
tm e U
Ovecht ctle
/8
A/Uit
Eeheidde:
Stt:
voor toegang tot het scherm en verplaats
om terug te keren naar de lijst met
Wmwte itelli
Activee:
SetT:
Illustratie 3.4. Afstelling van parameters in de menu's.
Aan/Uit
Geeft de richting van de unit weer. Voor het in-/ uitschakelen van de
manager of het activeren van de NOODTOESTAND.
107
Gebruikershandleiding ecoSMART e-system
om te gaan naar het
.
.
Stand 2
Stand 3