Bij elektrische afrasteringen die moeten voorkomen dat
vogels op gebouwen gaan nestelen, mag geen elektrische
afrasteringsdraad met de aarde-elektrode van het toestel
worden verbonden. Een waarschuwingsbord dient aan elk
punt te worden bevestigd waar personen gemakkelijk bij de
geleiders kunnen komen.
Op plaatsen waar een elektrische dierenafrastering een
openbaar pad kruist, dient op dit kruispunt een niet-
geëlektrificeerde poort in de elektrische afrastering te worden
aangebracht of een kruising door middel van tourniquets te
worden voorzien. Op alle kruispunten dienen op de
aangrenzende geëlektrificeerde draden waarschuwingsborden
te zijn bevestigd.
Alle gedeelten van een elektrische weide-afrastering die langs
een openbare weg of pad verlopen, dienen op korte
afstanden van waarschuwingsborden te worden voorzien die
stevig aan de afrasteringspalen of op de draden zijn
gemonteerd.
De afmetingen van de waarschuwingsborden dienen
•
minstens 100 x 200 mm te bedragen.
De achtergrondkleur van beide zijden van het
•
waarschuwingsbord moet geel zijn. Het opschrift op het
67