NL
Gebruiksaanwijzing
Torenventilator
6
Functietoetsen en statusindicatoren
De ventilator heeft 5 functietoetsen en 10 statusindica-
toren. Als een statusindicator blauw oplicht, is de func-
tie actief.
In de volgende tabel worden de functietoetsen en statu-
sindicatoren uitgelegd.
Benaming
Beschrijving
ON/OFF
Druk op de toets om de ventilator aan of uit te zetten.
Druk op de toets om de oscillatiefunctie in of uit te schakelen. Wan-
OSC
neer de oscillatiefunctie is ingeschakeld, beweegt het ventilatorhuis
heen en weer.
Druk op de toets om de timerfunctie te activeren. Druk nogmaals op
de toets om de duur van de timerfunctie te verlengen. U kunt de ti-
merfunctie instellen met intervallen van een half uur (0,5u, 1u, 1,5u,
2u, 2,5u, 3u, 3,5u, 4u, 4,5u, 5u, 5,5u, 6u, 6,5u, 7u, 7,5u).
TIMER
Na afloop van de ingestelde tijd schakelt de ventilator zichzelf uit.
Om de timerfunctie te beëindigen, drukt u op de toets tot alle statu-
sindicaties voor de timer (4H, 2H, 1H, 0,5 H) zijn gedoofd.
Druk op de toets om het gewenste vermogensniveau in te stellen. U
SPEED
kunt kiezen tussen de niveaus LOW, MED en HIGH.
Druk op de toets om de gewenste modus in te stellen. U kunt kiezen
uit de standen Standard, SLEEP en NATURAL.
MODE
Wanneer u de ventilator inschakelt, is de Standaardmodus vooraf in-
gesteld en brandt geen van de statuslampjes van de modus.
Statusindicatoren
Als de statusindicator blauw brandt, is de oscillatiefunctie ingescha-
OSC
keld.
Als een van de statuslampjes blauw oplicht, is de timerfunctie gedu-
4H, 2H, 1H,
rende de opgegeven tijd actief. Als meerdere statuslampjes branden,
0.5 H
is de timerfunctie gedurende de totale tijd actief.
Als de statusindicator brandt, is het vermogensniveau ingesteld op
LOW
LOW. De ventilator produceert een lichte wind.
Als de statusindicator brandt, is het vermogensniveau MED inges-
MED
teld. De ventilator produceert een gemiddelde wind.
Als de statusindicator brandt, is het vermogensniveau ingesteld op
HIGH
HIGH. De ventilator produceert een krachtige wind.
Wanneer de statusindicator brandt, is de SLEEP-modus ingesteld.
SLEEP
De ventilator draait een programma van verschillende ventilatorsnel-
heden.
Als de statusindicator brandt, is de modus NATURAL ingesteld. De
NATURAL
ventilator draait een programma van verschillende ventilatorsnelhe-
den.
Als geen van de statusindicatoren van de modus brandt, is de stand-
Standard
aardmodus actief. De ventilator produceert een gelijkmatige wind op
het ingestelde vermogensniveau.
7
Afstandsbediening
7.1 Activeren van de afstandsbediening
Trek de contactbeveiliging uit het batterijvak (8).
De afstandsbediening is nu geactiveerd.
7.2 Bedieningselementen
U kunt de ventilator ook met de afstandsbediening bedienen.
De volgende tabel beschrijft de functie van de toetsen op de afs-
tandsbediening.
No. Benaming
Beschrijving
1
OFF
Druk op de toets om de ventilator uit te schakelen.
Druk op de toets om de ventilator in te schakelen en het vermo-
2
ON/SPEED
gensniveau te selecteren.
3
MODE
Druk op de toets om de gewenste modus in te stellen.
Druk op de toets om de timerfunctie te activeren. Druk nogmaals
4
TIMER
op de toets om de duur van de timerfunctie te verlengen.
5
OSC
Druk op de toets om de oscillatiefunctie in of uit te schakelen.
REV2021-02-03
V1.1aw
Wijzigingen voorbehouden.
Functietoetsen
7.3 De batterij vervangen
Vervang, indien nodig, de lege batterij door een nieuwe van hetzelfde type. Zie hoofdstuk
2.3 "Technische gegevens".
1. Open het batterijcompartiment (8) door het kleine hendeltje opzij te duwen en ver-
volgens het batterijcompartiment naar buiten te trekken.
2. Verwijder de lege batterij.
3. Plaats de nieuwe batterij in het batterijvak met de positieve pool naar boven.
4. Schuif het batterijcompartiment weer dicht.
5. Gooi de lege batterij op de juiste manier weg.
Zie ook hoofdstuk 10.2.
8
Aansluiting en bediening
Plaats het product tijdens het gebruik op een stabiele, vlakke, droge en stofvrije onder-
grond, zodat het tijdens het gebruik niet kan kantelen en de vloerbedekking niet door tril-
lingen kan worden beschadigd.
Zorg ervoor dat het netsnoer zo wordt gelegd dat het niemand hindert en niet wordt be-
schadigd.
1. Sluit het netsnoer van de ventilator aan op een vrij en gemakkelijk bereikbaar stop-
contact.
2. Draai de voorkant van de ventilator in de richting waarin u wilt ventileren.
De ventilator is nu klaar voor gebruik.
3. Gebruik de functietoetsen (1) of de afstandsbediening (4) om het vermogensni-
veau, de modus en de timerfunctie in te stellen.
4. Schakel de ventilator na gebruik uit.
9
Onderhoud, verzorging, opslag en transport
Het product is onderhoudsvrij.
ATTENTIE!
Materiële schade
•
Gebruik alleen een droge en zachte doek om te reinigen.
•
Gebruik geen reinigingsmiddel en chemische producten.
•
Als het product langere tijd niet wordt gebruikt, bewaar het dan in een droge en
stofdichte omgeving en houd het buiten het bereik van kinderen.
•
Sla het product koel en droog op.
•
Bewaar de originele verpakking voor het transport en gebruik deze.
•
Onderhouds- en reparatiewerkzaamheden mogen alleen door gekwalificeerd per-
soneel worden uitgevoerd.
•
Controleer regelmatig of de schroeven goed vastzitten.
•
Draai de schroeven niet te strak aan.
De schroefdraad kan beschadigd raken.
10 Aanwijzingen voor afvalverwijdering
10.1 Product
Elektrische en elektronische apparaten mogen volgens de Europese AEEA-richt-
lijn niet met het huisvuil worden weggegooid. De onderdelen daarvan moeten
gescheiden bij de recycling of de afvalverwijdering worden ingeleverd, omdat
giftige en gevaarlijke onderdelen bij onvakkundige afvalverwijdering de
gezondheid en het milieu duurzaam schade kunnen berokkenen.
U bent als consument volgens de Duitse Wet op de elektronica (ElektroG) verplicht om
elektrische en elektronische apparaten aan het einde van hun levensduur kosteloos
terug te geven aan de fabrikant, de winkel of aan de daarvoor voorziene, openbare
inzamelpunten. Bijzonderheden daarover regelt het betreffende nationale recht. Het
symbool op het product, de gebruiksaanwijzing en/of de verpakking verwijst naar deze
bepalingen. Met dit type scheiding van stoffen, recycling en afvalverwijdering van oude
apparaten levert u een belangrijke bijdrage aan de bescherming van ons milieu.
AEEA nr.: 82898622
10.2 Batterijen
Batterijen en accu's mogen niet samen met het huishoudelijk afval worden wegge-
gooid. De componenten moeten afzonderlijk worden gerecycled of afgevoerd,
omdat giftige en gevaarlijke componenten het milieu blijvend kunnen beschadi-
gen, als ze niet op de juiste wijze worden afgevoerd. Als consument bent u
verplicht deze aan het einde van hun levensduur kosteloos terug te geven aan de
fabrikant, het verkooppunt of de speciale openbare inzamelpunten. Nadere bijzonderhe-
den zijn bepaald in het nationale recht. Het symbool op het product, de gebruiksaanwij-
zing en/of de verpakking verwijst naar deze bepalingen. Door zo gebruikte batterijen en
accu's te scheiden, te recyclen en af te voeren, levert u een belangrijke bijdrage aan de
bescherming van ons milieu.
D-34000-1998-0099
10.3 Verpakkingen
Verpakkingen kunnen kosteloos worden afgevoerd via de betreffende inzameling
– papier bij het oud papier, plastic in de gele zak en glas in de glasbak.
DE4535302615620
11 EU-conformiteitsverklaring
Met het CE-teken verklaart Goobay®, een geregistreerd handelsmerk van
Wentronic GmbH, dat het product aan de fundamentele vereisten en richtlijnen
van de Europese bepalingen voldoet.
12 Gebruikte symbolen
Alleen voor binnengebruik
Recycling
Wisselstroom
Gelijkstroom
- 12 -
IEC 60417- 5957
ISO 7001 - PI PF 066
IEC 60417- 5032
IEC 60417- 5031
by Wentronic GmbH | Pillmanstraße 12
38112 Braunschweig | Germany
52718
Goobay®