®
Rolyan
Static Progressive Finger Flexion Splint:
A542-29 through 34
INDICATIONS
• For fingers with limited DIP and PIP flexion
following soft tissue injury or trauma
CONTRAINDICATIONS
• Not for joint contractures that are the result of
bony blocks
• Not for unstable fractures of the digit
• Not for use with severe fluctuations in edema
in the digit
PRECAUTIONS
• This splint is to be fitted initially by a
healthcare professional who is familiar with
the purpose for which it is prescribed. The
healthcare professional is responsible for
providing wearing instructions and
precautions to other healthcare
practitioners, care providers involved in the
patient's care, and the patient.
• If unusual swelling, skin discoloration or
discomfort occurs, use should be
discontinued and a healthcare professional
consulted.
• Be careful that the straps are not so tight
that they interfere with circulation.
• Be sure that the acorn nut is tight on the
end of the screw.
CARE AND CLEANING
• The splint will lose its shape in temperatures
over 135°F (57°C). It should be kept away
NEDERLANDS
Rolyan
®
Statisch-progressieve vingerbuigingsspalk
INDICATIES
• Voor vingers met beperkte DIP- en PIP-
buiging na letsel of trauma aan het zachte
weefsel
CONTRA-INDICATIES
• Niet voor gewrichtscontracturen die het
gevolg zijn van ossale blokkering
• Niet voor instabiele vingerfracturen
• Niet voor gebruik bij ernstige fluctuaties in
oedeem in de vinger
VOORZORGSMAATREGELEN
• Deze spalk moet aanvankelijk worden
gepast door een medische deskundige, die
weet waarvoor deze spalken worden
voorge-schreven. De medische deskundige
moet de instructies voor het dragen van
deze spalk en de voorzorgsmaatregelen
bespreken met de andere medische
deskundigen, degenen die betrokken zijn
bij de verzorging van de patiënt en met de
patiënt zelf.
• Indien ongewone zwelling, huidverkleuring
of ongemak optreedt, dient het gebruik te
worden gestaakt en moet contact worden
opgenomen met een medische
deskundige.
• Span de bandjes niet te strak aan, zij
zouden de bloedsomloop kunnen
belemmeren.
from sources of heat such as ovens, hot
water, open flames, and sunny car windows.
• The splint may be cleaned with soap and
lukewarm water. The straps may be washed
with soap and water, but the adhesive portion
should not be moistened. The splint and straps
should be allowed to dry thoroughly before
reapplication of the splint.
• The Plastazote
®
liner may be wiped with cool
water and mild soap.
INSTRUCTIONS FOR USE
The splint consists of:
• hinged splint made from
1
⁄
" (1.6mm)
1 6
Aquaplast
®
-T splinting material with
(1.6mm) Plastazote liner, 2 D-ring straps and
2 long adjustment bolts
• 1 additional optional self-adhesive D-ring
strap
1. Put the splint into position on the dorsum of
the finger. The wider, flanged area fits
proximal to the MCP and the narrower,
tapered end fits around the finger nail area.
Position the cut-out areas over the axes of the
DIP and PIP joints.
2. Fasten the proximal and distal straps around
the finger. If desired, add the third strap.
3. Check for fit as follows:
—Be sure the straps clear the joint creases. If
necessary, trim the width of the straps.
• Controleer of de dopmoer stevig vast zit op
het uiteinde van de schroef.
ONDERHOUD EN SCHOONMAKEN
• De spalk verliest zijn vorm bij temperaturen
hoger dan 57° C. Houd de spalk uit de buurt
van warmtebronnen zoals ovens, heet water,
open vlammen en aan zon blootgestelde
vensters van uw auto.
• De spalk kan met lauw water en zeep worden
schoongemaakt. De bandjes kunnen met
water en zeep worden gewassen, maar het
klevende gedeelte mag niet nat worden
gemaakt. De spalk en de bandjes grondig
laten drogen alvorens de spalk weer aan te
brengen.
• De Plastazote
®
lijnen kunnen worden
schoongemaakt met koud water en zachte
zeep.
GEBRUIKSAANWIJZINGEN
De spalk bestaat uit:
• een gescharnierde spalk vervaardigd uit
1,6 mm Aquaplast
®
-T spalkmateriaal met een
voering uit 1,6 mm Plastazote, 2 D-
ringbanden en 2 lange afstelbouten
• 1 extra optionele zelfklevende D-ringband
1. Zet de spalk op zijn plaats op de dorsale zijde
van de vinger. Het bredere, gerande gedeelte
past proximaal van de MCP en het smaller
toelopende uiteinde past rond het nagelbed.
1
⁄
"
1 6
—If the splint is too long or the sides extend
past the circumferential mid-point of the
finger, the material can be trimmed with a
scissors. Do not heat the splint for
trimming. Avoid trimming the sides into the
cut-out joint areas.
4. By turning the bolts, set the splint to provide
flexion near the available end range of motion.
5. As the condition improves, the amount of
flexion provided can be adjusted by turning
the bolts.
6. A properly applied splint is shown in A.
Plaats de uitgesneden gedeelten boven de
assen van de DIP- en PIP-gewrichten.
2. Maak de proximale en distale banden rond de
vinger vast. Voeg, indien gewenst, de derde
band toe.
3. Controleer de pasvorm als volgt:
—Zorg ervoor dat de banden buiten de
gewrichtsplooien vallen. Knip de breedte
van de banden zonodig bij.
—Als de spalk te lang is of de zijkanten
steken voorbij het perifere middenpunt van
de vinger kan het materiaal met een schaar
worden bijgeknipt. Het materiaal niet
opwarmen om bij te knippen. Vermijd
afknippen van de zijkanten in de
uitgesneden gewrichtsgedeeltes.
4. Door de bouten te draaien stelt u de spalk in
voor buiging in de buurt van het beschikbare
bewegingseindbereik.
5. Wanneer de conditie beter wordt, kan de
geleverde hoeveelheid buiging bijgesteld
worden door de bouten te draaien.
6. In A wordt een naar behoren aangebrachte
spalk getoond.
A
1