Honda 338 106 Instrucciones De Montaje página 27

Aanwijzingen!
Voor gebruik van de fietsdrager zijn een linker en een rechter buitenspiegel vereist.
De max. draaglast van de fietsdrager van 30 kg mag niet worden overschreden. De fietsdrager is uitsluitend bedoeld voor transport van fietsen (max.
2 fietsen).
De max. toelaatbare aslast en het toegestane totale gewicht van het voertuig (zie gebruikshandleiding van voertuig) moeten ook met fietsdrager en
fietsen in acht worden genomen.
Als de lading meer dan 40 cm boven de buitenrand van positielicht en achterlicht van de fietsdrager uitsteekt, moet deze worden gekenmerkt - aan de
zijkant hooguit 40 cm van de rand en verticaal hooguit 150 cm boven het straatoppervlak - met wit licht aan de voorzijde, en rood licht aan de
achterzijde.
Richtsnelheden en andere verkeersregels moeten in acht worden genomen. Maximum snelheid 130 km/h.
De aangebouwde fietsdrager kan de rij-eigenschappen in bochten en tijdens remmen beïnvloeden.
De snelheid moet worden aangepast aan de lading en aan de overige omstandigheden.
De voertuiglengte neemt toe door de gemonteerde fietsdrager. Mogelijk nemen ook breedte en hoogte door de lading toe. Wees voorzichtig tijdens
achteruitrijden, rijden op inritten, rijden door passages en bij het binnenrijden van parkeergarages.
De voertuigbestuurder moet ervoor zorgen dat zicht en gehoor door de lading of de voertuigtoestand niet worden gehinderd. Bovendien moet de
bestuurder ervoor zorgen dat het voertuig en de lading aan de voorschriften voldoen en dat de verkeersveiligheid van het voertuig optimaal blijft.
De voorgeschreven verlichting moet ook bij daglicht voorhanden en gebruiksklaar zijn.
Tijdens rijden moeten de lichtvleugels altijd zijn uitgeklapt.
Reparatie en demontage van aansluit- en vergrendelsysteem mogen uitsluitend door de fabrikant worden uitgevoerd.
Voorzorgsmaatregelen!
Voor het rijden moet de werking van de achterlichten en de nummerbordverlichting worden gecontroleerd. Als het mistachterlicht van de fietsdrager
aan is moet het mistachterlicht van het voertuig uitgeschakeld zijn: deze mogen niet tegelijkertijd branden.
Verwijder voor transport alle los aangebouwde delen van de fietsen.
Verwijder ook kinderzitjes, mandjes, fietspompen en accu's van elektrische fietsen. Deze kunnen tijdens het transport losraken en daardoor voor andere
verkeersdeelnemers een gevaar vormen.
Rijden zonder lading van de fietsdrager, bijvoorbeeld uit redenen van energiebesparing en schadebeperkingsplicht, moet worden
voorkomen.
De fietsen niet met zeil, plastic of andere bescherming bedekken.
Zware bagage uit de kofferbak moet zoveel mogelijk voorin het voertuig worden opgeborgen om te voorkomen dat de achterkant te veel wordt belast.
Indien het voertuig een elektrische achterklep heeft, voor voldoende vrije ruimte zorgen als de fietsdrager is gemonteerd. Indien mogelijk moet deze
worden gedeactiveerd en met de hand worden bediend.
Bij voertuigen met elektronische parkeerhulp kunnen fouten optreden als de fietsdrager is gemonteerd.
Beschadigde en versleten onderdelen van de fietsdrager onmiddellijk vernieuwen. Tijdens rijden moeten alle schroeven en hendels van de
gemonteerde fietsdrager altijd zijn vastgezet. Aangeraden wordt om de handwielen steeds af te sluiten.
Tijdens rijden moet de fietsdrager altijd zijn afgesloten.
Wijzigingen aan de fietsdrager zijn niet toegestaan. Reparatie of vervanging van onderdelen alleen laten uitvoeren door een vakkundig bedrijf.
Uitsluitend het gebruik van originele reserveonderdelen is toegestaan.
Bij voertuigen waarvoor de typegoedkeuring pas na 01-10-1998 is verstrekt, mag de aangebouwde fietsdrager of de lading het derde voertuigremlicht
niet bedekken. Het derde remlicht van het voertuig moet zichtbaar zijn: rechts en links ten opzichte van de voertuiglengteas – in een horizontale hoek
van 10°, omhoog ten opzichte van de lichtrand – in een verticale hoek van 10° en omlaag – in relatie tot de onderste lichtrand – in een verticale hoek
van 5°. Indien deze waarden niet kunnen worden aangehouden, moet een extra derde remlicht worden gemonteerd.
De fietsdrager is geschikt voor transport van fietsen met standaardframe.
HONDA stelt zich niet aansprakelijk voor personenschade en/of materiële schade of hiervan afgeleide vermogensschade als gevolg van niet-
reglementair(e) montage of productgebruik.
Als 's nachts wordt gereden moeten de retroflectors en reflectors van de wielen worden bedekt, omdat anders andere verkeersdeelnemers hierdoor
gehinderd of misleid kunnen worden.
De verlichting is bedoeld voor een 12-V-installatie.
Het kenteken op de fietsdrager moet overeenstemmen met het kenteken van het voertuig.
Kenteken en verlichting van de fietsdrager mogen niet bedekt zijn.
Tijdens rijden moet de bestuurder door kijken in de achteruitkijkspiegel controleren of de drager en de fietsen zich hebben verschoven of verplaatst.
Als dit het geval is, het tempo minderen en tot de eerstvolgende stopmogelijkheid doorrijden. Daar de schroeven en bevestigingen van de fietsdrager
resp. lading vastzetten.
Bij elke rijonderbreking de lading controleren en eventueel de bevestigingen vastdraaien.
Bevestiging van de fietsdrager kan leiden tot luchtstromingsveranderingen achter het voertuig. Dit heeft bijvoorbeeld invloed op de reiniging van de
achterruit.
Deze montage- en gebruiksaanwijzing bevat de algemene goedkeuring van de fietsdrager en dient altijd in het voertuig te worden meegenomen.
Onderhoudsaanwijzingen!
De fietsdrager kan met water en een normale autoshampoo worden schoongemaakt. Gebruik geen hogedrukreiniger.
Voor gebruik van autowaserettes de fietsdrager demonteren.
Sloten: Na 100 sluitcycli, uiterlijk na 2 maanden, moeten de sloten worden onderhouden. Besproei hiervoor de stofbescherming en de binnenzijde van
de cilinder met harsvrije olie, en beweeg de sleutel meerdere keren.
Wijzigingen voorbehouden.
08L14-TF0-600W
27