Publicidad
GEBRAUCHSANWEISUNG UNDWARNHINWEISE HECK-FAHRRADTRÄGER
DE
MIT GURTEN UND AUF ANHÄNGERKUPPLUNG
ALLGEMEINES
1) Dieser Warnhinweis und die Montageanleitungen müssen unbedingt gelesen und bis ins kleinste Detail berücksichtigt werden,
bevor der Fahrradträger verwendet wird. Weiters müssen diese Unterlagen für zukünftige Verwendungen aufbewahrt werden, um
einen sicheren Einsatz zu gewährleisten.
2) Der Fahrradträger den Sie gekauft haben ist einzig für den Transport von Fahrrädern bestimmt.
3)Maximale Last und Anzahl der zugelassenen Fahrräder für die Fahrradträger: 30 kg für einen Fahrradträger für 2 Fahrräder und 45 kg
für einen Fahrradträger für 3 Fahrräder oder die auf der Anleitung angegebene Last und Anzahl der Fahrräder.
4) Der Fahrradträger ist nicht für den Transport von Tandems vorgesehen.
5) Die Kompatibilität dieses Fahrradträgers für Kinderräder ist nicht garantiert.
6) Die Garantie verfällt bei Nichtberücksichtigung derWarnhinweise und Montageanleitung, dies kann zudem zu großen Schäden an
Ihrem Fahrzeug führen und Ihre eigene Sicherheit und jene anderer gefährden.
STRASSEN- UND FAHRSICHERHEIT
1)Wo auch immer Sie mit Ihrem Fahrradträger unterwegs sind, halten Sie unbedingt die Gesetzgebung und Vorschriften des Landes
ein, in welchem Sie sich befi nden.
2) Das Nummernschild sowie die Fahrzeugleuchten müssen unbedingt sichtbar sein. Achten Sie darauf, dass diese nicht durch den
Fahrradträger und die Fahrräder verdeckt werden und bringen Sie gegebenenfalls ein Duplikat der Nummerntafel und der Fahrzeu-
gleuchten (als Option) hinten an Ihrem Fahrradträger an und kontrollieren Sie, dass diese letzteren auch funktionieren.
3) Niemals außerhalb des geteerten Straßennetzes fahren, das Fahren im Gelände ist nicht genehmigt.
4) Der Fahrradträger erhöht die Fahrzeuglänge und die Fahrräder können die Breite und Höhe des Fahrzeugs verändern. Achtung bei
engen oder schwierigen Durchfahrten oder beim Rückwärtsfahren.
Für Lasten, die über das Trägersystem hinausgehen, müssen die geltenden Bestimmungen einhalten und diese müssen ausreichend
befestigt werden.
5) Ihr Fahrverhalten muss dem Windwiderstand des Fahrradträgers und der Fahrräder entsprechen, denn das Verhalten des Fahrzeugs
kann in Kurven und beim Bremsen verändert sein.
6) Passen Sie Ihre Geschwindigkeit der transportierten Last an und überschreiten Sie aus Sicherheitsgründen niemals die empfohlene
Höchstgeschwindigkeit von 90 km/h.
7) Geschwindigkeit beim Überfahren vonHolperschwellen oder anderen Hindernissen stark zurückschalten (Überfahren mit 10 km/h).
Fahren Sie ruhig und voraussichtig.
8) Entfernen Sie das Produkt nach Gebrauch.
SICHERE UND ADÄQUATE VERWENDUNG
1) Vor der Montage des Fahrradträgers muss die Kompatibilität der Montage mit Ihrem Fahrzeug überprüft werden.
2) Nachdem jedes Fahrrad eine besondere Geometrie hat, obliegt es Ihnen, die Kompatibilität Ihrer Fahrräder mit dem Fahrradträger
zu überprüfen. Für Fahrräder die einen Rahmen ohne obere Stange haben, kann eine zusätzliche Stange (als Option) am Fahrrad ange-
bracht werden, damit dieses auf den Fahrradträger befestigt werden kann.
3) Die Lastmuss gleichmäßig auf dem gesamten Tragesystem verteilt werden und der Schwerpunkt muss so tief wiemöglich sein.
4) Einige unserer Fahrradträger-Modelle sind mit einem Klappsystem ausgestattet, welches den Zugriff zum Koff erraum der meisten
Fahrzeuge ermöglicht. Das Konzept einiger Fahrzeuge oder die Art der montierten Befestigung ermöglicht nicht die Verwendung die-
ser Funktion.
5) Sehen Sie in der Bedienungsanleitung Ihres Fahrzeugs die vom Hersteller maximal genehmigten Lasten nach. Bei Fahrradträgern,
ISTRUZIONI PER L'USO E AVVERTENZE DI SICUREZZA PORTABICICLETTE POSTE-
IT
RIORE A CINGHIE E SU GANCIO DA TRAINO
INTRODUZIONE
1) Le avvertenze di sicurezza e le istruzioni di montaggio devono essere obbligatoriamente lette e rispettate nei minimi dettagli
prima di usare il portabiciclette e devono essere conservate per futura consultazione e per poter usare il portabiciclette in piena
sicurezza.
2) Il portabiciclette che hai appena acquistato è destinato solo per il trasporto di biciclette.
3) Carico massimo e numero di biciclette ammesso per il portabiciclette: 30 KG per portabiciclette da 2 biciclette e 45 KG per
portabiciclette da 3 biciclette, oppure il carico e il numero di biciclette indicato sulle istruzioni.
4) Il portabiciclette non è previsto per il trasporto di tandem.
5) La compatibilità del portabiciclette non è garantita in caso di biciclette per bambini.
6) La garanzia non copre il mancato rispetto delle istruzioni di montaggio e delle avvertenze di sicurezza; questo potrebbe com-
portare gravi danni al tuo veicolo e compromettere la sicurezza tua e delle altre persone.
SICUREZZA STRADALE E GUIDA
1) Qualunque sia il paese in cui viaggi con il portabiciclette, devi rispettare le leggi e i regolamenti in vigore nel paese in cui ti trovi.
2) La targa e i fari devono essere obbligatoriamente visibili, per cui devi assicurarti che il portabiciclette o le biciclette non li nas-
condano e, se necessario, aggiungi una copia della targa e delle luci di segnalazione (optional) sul portabiciclette, controllando il
buon funzionamento di quest'ultime.
3) Non circolare mai su strade non asfaltate; la guida su strade sterrate non è autorizzata.
4) Il portabiciclette fa aumentare la lunghezza del veicolo e le biciclette possono modifi care la larghezza e l'altezza dello stesso. Fai
attenzione in caso di passaggi stretti e delicati o durante la retromarcia.
I carichi che sporgono dal dispositivo di trasporto devono rispettare le disposizioni della regolamentazione in vigore ed essere
adeguatamente fi ssati.
5) La guida deve tener in considerazione la resistenza al vento del portabiciclette e delle biciclette perché nelle curve e nelle
frenate il comportamento del veicolo può risultare modifi cato.
6) Adatta la velocità al carico trasportato e, per una maggiore sicurezza, non superare mai la velocità massima ammessa di 90
km/ora.
7) Rallenta al massimo (attraversamento a 10 km/ora) quando devi passare su dei rallentatori o altri ostacoli. Mantieni una condot-
ta di guida fl uida e preventiva.
8) Rimuovere il prodotto dopo l'uso.
USO SICURO E APPROPRIATO
1) Prima di montare il portabiciclette, verifi ca la compatibilità del montaggio con il tuo veicolo.
2) In caso di biciclette con geometria particolare, devi verifi care la compatibilità di tali biciclette con il portabiciclette. Per le bici-
clette con telaio senza traversa superiore, può essere aggiunta alla bicicletta un barra supplementare (optional) per permettere
di appoggiarla sul portabiciclette.
3) Il carico deve essere ripartito in modo uniforme su tutta la superfi cie del dispositivo di trasporto e il suo baricentro deve essere
mantenuto il più basso possibile.
4) Alcuni dei nostri modelli di portabiciclette sono dotati di un sistema di ribaltamento che permette l'accesso al bagagliaio sulla
maggior parte dei veicoli. La forma di certi veicoli o di certi tipi di ganci da traino fi ssi non permettono l'uso di questa funzione.
GEBRUIKSHANDLEIDING EN WAARSCHUWINGSNOTA VOOR FIETSENREK
NL
MET RIEMEN EN FIETSENREK OP TREKHAAK
ALGEMEEN
1) De waarschuwingsnota en de montagehandleiding moeten verplicht worden gelezen en tot in de kleinste details nageleefd
alvorens het fi etsenrek in gebruik te nemen. Bewaar deze documenten voor latere raadpleging zodat u het fi etsenrek in alle
veiligheid kunt blijven gebruiken.
2) Het fi etsenrek dat u heeft aangekocht is uitsluitend bestemd voor het vervoer van fi etsen.
3) Maximale belasting en maximaal aantal fi etsen: 30 kg voor een fi etsenrek voor 2 fi etsen en 45 kg voor een fi etsenrek voor 3
fi etsen, of volgens de gegevens vermeld in de waarschuwingsnota.
4) Het fi etsenrek is niet voorzien voor het vervoer van tandemfi etsen.
5) De compatibiliteit van het fi etsenrek met kinderfi etsen is niet gewaarborgd.
6) De garantie vervalt indien de montage-instructies en de waarschuwingsnota niet stipt werden nageleefd; dit kan belangrijke
schade aan uw voertuig veroorzaken en uw veiligheid en deze van anderen in gevaar brengen.
VERKEERSVEILIGHEID EN RIJGEDRAG
1) In welk land u ook rijdt met u uw fi etsenrek, respecteer steeds de wetten en reglementen van het land waarin u zich bevindt.
2) De nummerplaat en de lichten op het voertuig moeten verplicht zichtbaar blijven. Zorg ervoor dat het fi etsenrek en de fi etsen
deze niet afdekken en monteer indien nodig een duplicaat van de nummerplaat en van de stoplichten en richtingaanwijzers van
het voertuig (optioneel) achteraan uw fi etsenrek er vergewis u ervan dat deze correct werken.
3) Rijd nooit buiten het verharde wegennet; off -road rijden is niet toegestaan.
4) Door het fi etsenrek wordt uw voertuig langer en eventueel ook breder en hoger. Houd hiermee rekening bij nauwe en moei-
lijke doorgangen of bij het achteruitrijden.
Lasten die over de draaginrichting uithangen moeten voldoen aan de geldende reglementaire voorschriften en moeten goed
vastgesnoerd zijn.
5) Houd tijdens het rijden rekening met de wind die het fi etsenrek en de fi etsen vangen; uw voertuig kan zich hierdoor immers
anders gedragen in bochten of bij remmanoeuvres.
6) Pas uw snelheid aan in functie van de vervoerde last en overschrijd, voor een maximale veiligheid, nooit de voorgeschreven
maximumsnelheid van 90 km/u.
7) Vertraag fors (doorgangssnelheid van 10 km/u) wanneer u over verkeersdrempels of andere obstakels rijdt. Neem een soepele
en defensieve rijstijl aan.
8) Verwijder het product na gebruik.
VEILIG EN CORRECT GEBRUIK
1) Vóór de montage van het fi etsenrek dient u te controleren of het fi etsenrek geschikt is voor montage op uw voertuig.
2) Gezien elke fi ets een eigen vorm heeft, dient u na te gaan of uw fi etsen op het fi etsenrek kunnen worden gemonteerd. Voor
fi etsen zonder bovenstang kan een bijkomende stang (optie) op de fi ets worden gemonteerd zodat deze op het fi etsenrek past.
3) De last moet gelijkmatig worden verdeeld over het hele oppervlak van de draaginrichting en het zwaartepunt moet zo laag
mogelijk worden gehouden.
4) Sommige van onze modellen zijn uitgerust met een kantelsysteem waarmee op de meeste voertuigen de koff erruimte bereik-
baar wordt. Bij bepaalde voertuigen of bij voertuigen met aangekoppelde aanhangwagen is het gebruik van deze functie niet
mogelijk.
5) Controleer in de gebruikershandleiding van uw voertuig welke de door de constructeur maximaal toegelaten belastingen
zijn. Voor fi etsenrekken die op de aanhangwagen van uw voertuig zijn gemonteerd, dient u de waarde van de belasting "S" te
p. 14
die auf der Anhängerkupplung Ihres Fahrzeugs befestigtwerden, berücksichtigen Sie den Wert der Last « S », der auf dem Typenschild
Ihrer Anhängerkupplung ausgewiesen ist. Wenn die, imHandbuch Ihres Fahrzeugs oder auf demTypenschild Ihrer Anhängerkupplung
genannte Last kleiner ist als die Höchstlast des Fahrradträgers, so muss dieser Wert eingehalten werden, indem zum Beispiel die Anzahl
der transportieren Fahrräder verringert wird.
Höchstlast des Fahrradträgers = Leergewicht + Gewicht der Fahrräder.
6) Unsere Fahrradträger auf Anhängerkupplung werden nur für Anhängerkupplungen garantiert, die der EG-Richtlinie 94/20/EG vom
30. Mai 1994 entsprechen und eine Kupplungskugel mit einem Durchmesser von 50 mm haben.
7) Überprüfen Sie vor jedem Schritt der Montage Ihres Fahrradträgers die Verwendungstabellen am Beginn der Anleitung, bei Fahr-
radträgern mit Befestigung durch Gurten.
8) Reinigen Sie vor dem Aufsetzen Ihres Fahrradträgers sorgfältig die Kontakt- und Aufstützzonen zwischen dem Fahrradträger und
Ihrem Fahrzeug.
9)Der Fahrradträger muss fest mit Ihrem Fahrrad verbunden sein. Das Einstellen der Befestigungselementemuss sorgfältig und genau
erfolgen: Siehe den, in der Montageanleitung empfohlenen Drehmoment.
10) Vor dem Abfahren und während der Fahrt das Halten der Gurten und anderen Befestigungselemente überprüfen. Gegebenen-
falls, sollten sich die Fahrräder auf demFahrradträger oder der Fahrradträger imVerhältnis zum Fahrzeug bewegen, sofort nachziehen.
11) Befestigen Sie eine ausreichende Anzahl von Gurten und befolgen Sie genauestens die Montageanleitung des Fahrradträgers auf
Ihrem Fahrzeug.
12) Abgenutzte oder ausgefranste Gurten sind gefährlich und müssen unbedingt ausgetauscht werden.
13) Es obliegt Ihnen, zusätzliche Schutzvorrichtungen hinzuzufügen, um Ihre Fahrräder abzusichern.
14) Nachdem die Auspuff gase des Fahrzeugs sehr heiß sind, achten Sie darauf, dass sich weder die Radreifen noch die Gurten des
Fahrradträgers oder andere Teile in der Verlängerung des Auspuff s befi nden.
15) Entfernen Sie alle Accessoires von Ihren Fahrrädern (Tasche, Kindersitz, Pumpe usw.), die sich ablösen oder einen großen Windwi-
derstand bilden könnten.
16) Berücksichtigen Sie einen Mindestabstand (35 cm) zwischen dem Boden und dem am tiefsten liegenden Teil Ihrer Ladung, um
jegliches Aufprallrisiko zwischen der Strasse oder einem Trottoir und Ihren Fahrrädern zu vermeiden.Wenn notwendig nehmen Sie die
Reifen Ihrer Fahrräder ab, die sich zu nahe amBoden befi nden und bringen Sie diese im Koff erraum unter.
17) Jede elastische Vorrichtung ist auszuschließen.
18) Die hinteren Scheibenwischer Ihres Fahrzeugs keinesfalls in Betrieb nehmen, bevor Sie sich versichert haben, dass der Fahrradträger
dies ermöglicht. Einige Fahrzeuge sind mit einem automatischen Auslöser des hinteren Scheibenwischers ausgestattet. In diesem Fall
ist es unbedingt notwendig, diesen abzuschalten (erkundigen Sie sich in einer Garage Ihrer Fahrzeugmarke über die Vorgangsweise).
19) Wenn Ihr Fahrzeug mit einer automatischen Vorrichtung zur Öff nung des Koff erraums ausgestattet ist wird empfohlen, diese sobald
der Fahrradträger angebracht ist, abzuschalten oder den Koff erraum nur manuell zu öff nen.
20) Der Rückfahrsensor, wenn dieser nicht abgeschaltet ist, erkennt den Fahrradträger. Es ist normal, dass er einWarnzeichen abgibt.
WARTUNG DES FAHRRADTRÄGERS
1) Der Fahrradträger darf auf keinen Fall geändert werden.
2) Für seine Verwendung darf der Fahrradträger nicht beschädigt sein und muss in gutem Zustand gehalten werden.
3) Jedes beschädigte oder abgenutzte Teilmuss umgehend ausgewechselt werden.
4) Reinigung des Fahrradträgers: Keine aggressiven, chemischen Produkte sondern eher eine Seifenlauge verwenden.
5) Ihr Fahrradträger ist vor der Fahrzeugwäsche unbedingt abzumontieren.
6) Verräumen Sie Ihren Fahrradträger nach jeder Verwendung sorgfältig mit seinen Unterlagen.
5) Consulta le istruzioni d'uso del veicolo per verifi care i carichi massimi ammessi dal costruttore del veicolo. Nel caso di portabi-
ciclette fi ssati al gancio di traino, controlla il valore del carico "S" scritto sulla targhetta segnaletica del gancio. Se il carico indicato
nelle istruzione del veicolo o sulla targhetta segnaletica del gancio sono inferiori al peso max ammesso per il portabiciclette, è quel
valore quello che deve essere rispettato, diminuendo ad esempio il numero di biciclette trasportate. Il peso max del portabiciclette
= peso a vuoto + peso delle biciclette.
6) I nostri portabiciclette per ganci traino sono garantiti solo per i ganci da traino conformi alla Direttiva 94/20/CE del 30 maggio
1994 con una sfera di diametro 50 mm.
7) Prima di eseguire ogni fase dell'assemblaggio del portabiciclette, controlla le tabelle di assegnazione all'inizio delle istruzioni
per quanto riguarda i portabiciclette con fi ssaggio a cinghie.
8) Prima di appoggiare le biciclette, pulisci bene le zone di contatto e d'appoggio del portabiciclette sul veicolo.
9) Il portabiciclette deve essere completamente solidale con il veicolo. La regolazione degli elementi di fi ssaggio deve essere
eseguita con cura e precisione: fai riferimento alla forza di serraggio indicata nelle istruzioni di montaggio.
10) Prima della partenza e durante il viaggio, controlla la tenuta delle cinghie e degli altri dispositivi di fi ssaggio. Serra di nuovo
se necessario, e immediatamente se le biciclette si spostano sul portabiciclette o se il portabiciclette si muove rispetto al veicolo.
11) Fissa le cinghie in numero suffi ciente seguendo scrupolosamente le istruzioni di montaggio del portabiciclette.
12) Le cinghie usurate o sfi lacciate sono pericolose e devono essere obbligatoriamente sostituite.
13) È tuo compito aggiungere delle protezioni supplementari per proteggere le biciclette.
14) Dato che i gas di scappamento del veicolo sono molto caldi, non mettere mai in prossimità della marmitta le gomme delle
biciclette, le cinghie del portabiciclette o qualsiasi altra parte.
15) Togli dalle biciclette tutti gli accessori (cestino/sacche, seggiolino, pompa, ecc.), che possono staccarsi o fare molta resistenza
al vento.
16) Rispetta una distanza minima (35 cm) tra il terreno e la parte più bassa del carico per evitare qualsiasi rischio di urto tra la
strada o un sentiero e le biciclette. Se necessario, smonta le ruote delle biciclette se si trovano troppo vicino al terreno e sistemale
nel bagagliaio.
17) Non usare mai dispositivi elastici.
18) Non far funzionare il tergicristallo posteriore del veicolo se non ti sei prima accertato che il portabiciclette non sia d'ostacolo.
Certi veicoli sono dotati di un dispositivo che avvia automaticamente il tergicristallo posteriore; in questo caso lo si deve scollegare
(chiedere la procedura da seguire ad un meccanico autorizzato per la marca tuo veicolo).
19) Se il tuo veicolo è dotato di un dispositivo di apertura automatica del bagagliaio, è bene scollegarlo quando il portabiciclette
è montato e aprire il bagagliaio manualmente.
20) Il radar di retromarcia, se collegato, rileva il portabiciclette, quindi è normale che suoni.
CURA E MANUTENZIONE DEL PORTABICICLETTE
1) Il portabiciclette non deve essere mai modifi cato.
2) Per poterlo usare, il portabiciclette non deve essere danneggiato e deve essere mantenuto in buono stato.
3) Tutti i pezzi che risultano danneggiati o usurati devono essere immediatamente sostituiti.
4) Pulizia del portabiciclette: non usare mai prodotti chimici aggressivi, preferire acqua e sapone.
5) Quando si lava il veicolo, il portabiciclette deve essere obbligatoriamente tolto.
6) Dopo l'uso, il portabiciclette va riposto e conservato correttamente assieme a tutta la sua documentazione.
controleren op het identifi catieplaatje van uw aanhangwagen. Als de in de handleiding van uw voertuig of op het identifi catie-
plaatje van uw aanhangwagen aangegeven belasting kleiner is dan het maximale gewicht van het fi etsenrek, moet deze waarde
worden gerespecteerd door, bijvoorbeeld, minder fi etsen te vervoeren.
Het maximale gewicht van het fi etsenrek = het leeggewicht + gewicht van de fi etsen.
6) Onze fi etsenrekken voor aanhangwagens zijn enkel gewaarborgd voor aanhangwagens conform Richtlijn 94/20/EEG van 30
mei 1994 met een trekhaak van diameter 50 mm.
7) Controleer voor elke montagestap van uw fi etsenrek, de toewijzingstabellen vooraan in de handleiding aangaande fi etsen-
rekken met riembevestiging.
8) De contact- en steunvlakken tussen het fi etsenrek en uw voertuig grondig reinigen alvorens het fi etsenrek te monteren.
9) Het fi etsenrek moet onlosmakelijk verbonden zijn met het voertuig. De afstelling van de bevestigingselementen moet met
grote zorg en precisie gebeuren: controleer de voorgeschreven aandraaimomenten in de montagehandleiding.
10) Controleer vóór het vertrek en onderweg of de sjorriemen en andere bevestigingsinrichtingen goed vastzitten. Zet deze
desgevallend onmiddellijk vaster indien de fi etsen op het rek verschuiven of indien het fi etsenrek verschuift ten opzichte van
het voertuig.
11) Breng voldoende bevestigingsriemen aan en volg hierbij nauwgezet de montagehandleiding van het fi etsenrek op uw
voertuig.
12) Versleten of uitgerafelde riemen zijn gevaarlijk en moeten verplicht worden vervangen.
13) U mag bijkomende beveiligingen aanbrengen om uw fi etsen te beschermen.
14) Gezien de uitlaatgassen van uw voertuig heel heet zijn, nooit de fi etsbanden, noch de riemen of een ander deel van het
fi etsenrek in het verlengde van de uitlaat plaatsen.
15) Demonteer alle accessoires van uw fi etsen (fi etstas, kinderzitje, fi etspomp, ....) die kunnen loskomen of die veel wind kunnen
vangen.
16) Respecteer de minimale afstand (35 cm) tussen de grond en het onderste deel van de lading om elk gevaar op contact tussen
het wegdek of de stoeprand en de fi etsen te vermijden.
Demonteer zo nodig de wielen van de fi etsen indien deze zich te dicht bij de grond bevinden, en bewaar ze in de koff erruimte.
17) Gebruik geen elastische bevestigingsmaterialen.
18) Maak geen gebruik van de achterste ruitenwisser van uw voertuig voordat u zich ervan heeft vergewist dat dit mogelijk is
terwijl het fi etsenrek aanwezig is. Sommige voertuigen zijn uitgerust met een automatisch activeringssysteem voor de achterste
ruitenwisser. Is dit het geval op uw voertuig, dan dient u dit verplicht uit te schakelen (doe hiervoor navraag bij een merkdealer).
19) Als uw voertuig is uitgerust met een automatisch openingssysteem voor de koff erruimte dient u dit uit te schakelen wanneer
het fi etsenrek is gemonteerd zodat de koff er enkel manueel kan worden geopend.
20) De niet uitgeschakelde achteruitrijsensor detecteert automatisch het fi etsenrek. Het is normaal dat deze in werking treedt.
ONDERHOUD VAN HET FIETSENREK
1) Het fi etsenrek mag op geen enkele wijze worden gewijzigd.
2) Tijdens het gebruik mag het fi etsenrek niet beschadigd zijn en in goede staat worden onderhouden.
3) Elk beschadigd of versleten onderdeel moet onmiddellijk worden vervangen.
4) Reinigen van het fi etsenrek: gebruik geen bijtende chemische producten maar zeepwater.
5) U moet uw fi etsenrek verplicht demonteren wanneer u uw voertuig schoonmaakt.
6) Berg uw fi etsenrek na gebruik zorgvuldig op, samen met alle bijbehorende documentatie.
29
25 kg
25 kg
p. 11
Publicidad
