Controleer of het zaagblad stevig vastzit. Een los zaag-
u
blad kan uit de zaaghouder vallen en kan u verwonden.
Zaagblad verwijderen (zie afbeelding B)
Schuif de zaagbladopname (18) in pijlrichting naar boven en
verwijder het zaagblad (15).
Zaagbladdepot (zie afbeelding C)
In het zaagbladdepot (9) kunt u maximaal zes zaagbladen
met een lengte tot 110 mm bewaren. Leg de zaagbladen met
de enkele nokkenschacht (T-schacht) in de daarvoor voor-
ziene uitsparing van het zaagbladdepot. Er kunnen drie zaag-
bladen boven elkaar liggen.
Sluit het zaagbladdepot en schuif het tot aan de aanslag in
de uitsparing van de voetplaat (10).
Antisplinterplaatje (zie afbeelding D)
Het antisplinterplaatje (21) (accessoire) kan het versplinte-
ren van het oppervlak bij het zagen van hout verhinderen.
Het antisplinterplaatje kan alleen bij bepaalde zaagbladtypes
en alleen bij een zaaghoek van 0° gebruikt worden. De voet-
plaat (10) mag bij het zagen met het antisplinterplaatje niet
naar achter verplaatst worden om dichtbij de rand te zagen.
Duw het antisplinterplaatje (21) van onderaf in de voetplaat
(10) (zoals getoond in de afbeelding met de uitkerving naar
boven).
Zaaglijncontrole Cut Control
De zaaglijncontrole Cut Control maakt het mogelijk om het
elektrische gereedschap precies langs een op het werkstuk
afgetekende zaaglijn te leiden. Bij de Cut Control horen het
kijkvenster (16) met zaagmarkeringen en de voet (14) voor
de bevestiging op het elektrische gereedschap.
Cut Control op de voetplaat bevestigen (zie afbeelding E)
Klem het kijkvenster voor Cut Control (16) in de houders op
de voet (14) vast. Duw dan de voet iets bij elkaar en laat de-
ze in de geleiding (22) van de voetplaat (10) vastklikken.
Afzuiging van stof en spanen
Stof van materialen zoals loodhoudende verf, enkele hout-
soorten, mineralen en metaal kan schadelijk voor de gezond-
heid zijn. Aanraking of inademing van stof kan leiden tot al-
lergische reacties en/of luchtwegaandoeningen bij de ge-
bruiker of personen die zich in de omgeving bevinden.
Bepaalde soorten stof, bijvoorbeeld van eiken- en beuken-
hout, gelden als kankerverwekkend, in het bijzonder in com-
binatie met additieven voor houtbehandeling (chromaat en
houtbeschermingsmiddelen). Asbesthoudend materiaal
mag alleen door gespecialiseerde vakmensen worden be-
werkt.
– Gebruik indien mogelijk een voor het materiaal geschikte
stofafzuiging.
– Zorg voor een goede ventilatie van de werkplek.
– Er wordt geadviseerd om een stofmasker met filterklasse
P2 te dragen.
Neem de in uw land geldende voorschriften voor de te be-
werken materialen in acht.
Bosch Power Tools
Vermijd ophoping van stof op de werkplek. Stof kan
u
gemakkelijk ontbranden.
Afdekkap (zie afbeeldingen F en G)
Monteer de afdekkap (12), voordat u het elektrische gereed-
schap op een stofafzuiging aansluit.
Plaats de afdekkap (12) zodanig op het elektrische gereed-
schap dat de beide buitenste houders in de uitsparingen van
de behuizing vastklikken.
Neem de afdekkap (12) voor werkzaamheden zonder stofaf-
zuiging en voor verstekzagen weg. Druk daarvoor de afdek-
kap ter hoogte van de buitenste houders samen en trek deze
naar voren weg.
Stofafzuiging aansluiten
Steek de afzuigadapter (6) (accessoire) op een
afzuigslang (7) (accessoire), zodat deze hoorbaar vastklikt.
Verbind de afzuigadapter (6) met de afzuigaansluiting (8) op
het elektrische gereedschap en de afzuigslang (7) met een
stofzuiger (accessoire).
Een overzicht voor aansluiting op verschillende stofzuigers
vindt u aan het einde van deze gebruiksaanwijzing.
Gebruik voor een optimale afzuiging indien mogelijk het anti-
splinterplaatje (21).
De stofzuiger moet geschikt zijn voor het te bewerken mate-
riaal.
Gebruik bij het afzuigen van voor de gezondheid bijzonder
gevaarlijk, kankerverwekkend of droog stof een speciale zui-
ger.
Gebruik
Modi
Neem vóór alle werkzaamheden aan het elektrische
u
gereedschap (zoals het uitvoeren van onderhoud of
het wisselen van inzetgereedschappen e.d.) en vóór
het vervoeren en opbergen altijd de accu uit het elek-
trische gereedschap. Bij per ongeluk bedienen van de
aan/uit-schakelaar bestaat gevaar voor letsel.
Pendelbeweging instellen
Dankzij de in vier standen instelbare pendelbeweging kun-
nen zaagsnelheid, zaagcapaciteit en zaagbeeld optimaal aan-
gepast worden aan het te bewerken materiaal.
Met de instelhendel (11) kunt u de pendelbeweging ook tij-
dens het gebruik instellen.
geen pendelbeweging
kleine pendelbeweging
gemiddelde pendelbeweging
grote pendelbeweging
De optimale pendelbeweging voor de gewenste toepassing
kunt u proefondervindelijk bepalen. Daarbij gelden de vol-
gende adviezen:
– Hoe fijner en zuiverder de zaagrand moet worden, hoe
kleiner de pendelbeweging ingesteld moet worden, of de-
ze moet eventueel helemaal uitgeschakeld worden.
Nederlands | 57
1 609 92A 6DA | (11.05.2021)