2
VEILIGHEIDSAANWIJZINGEN
2.1 Veiligheidsaanwijzingen algemeen
Alle aanwijzingen die in de afzonderlijke hoofdstukken van de gebruiksaanwijzing worden gegeven, zijn van
toepassing. De volgende maatregelen en veiligheidsaanwijzingen moeten aanvullend in acht worden genomen.
2.2 Veiligheidsaanwijzingen voor het product
Neem de volgende veiligheidsaanwijzingen in acht om een verkeerd gebruik en daaruit voortvloeiend letsel van de
gebruiker of onherstelbare beschadiging van het apparaat te voorkomen:
Monteer het apparaat uitsluitend volgens de montage-instructies.
• Bescherm het product tegen langdurige blootstelling aan zonlicht.
• Bescherm het product tegen water (niet waterdicht).
• Bescherm het product tegen harde klappen (laat het niet vallen).
• Voer regelmatig onderhoud uit aan het product.
2.3 Veiligheidsmaatregelen risico op letsel
Bij werkzaamheden aan het voertuig bestaat risico op letsel door het wegrollen van het voertuig.
Daarom moeten de volgende aanwijzingen in acht worden genomen.
• Zet automaatvoertuigen aanvullend in de parkeerstand.
• Beveilig het voertuig tegen wegrollen.
2.4 Veiligheidsmaatregelen laserpointer/kruislijnlaser
Bij werkzaamheden met de laserpointer/kruislijnlaser bestaat risico op letsel door verblinding
van de ogen. Neem daarom de volgende aanwijzingen in acht.
• Richt de laserstraal niet op personen, deuren of ramen.
• Kijk nooit direct in de laserstraal.
• De meegeleverde bril biedt geen beschermende werking!
De bril dient uitsluitend voor het verhogen van het contrast.
• Zorg voor een goede verlichting van de ruimte.
• Voorkom struikelplaatsen.
• Beveilig mechanische onderdelen tegen omvallen/losraken.
9