10. Onderhoud
Zie "Algemene veiligheidsnormen".
NODIGE PBM
Interventies die door de bediener kunnen
worden uitgevoerd:
CONTROLE
Controle noodstopknop.
Controle bedieningselementen.
Visuele controle intacte staat van de
afschermingen.
Interventies
die
onderhoudstechnicus
uitgevoerd:
CONTROLE
Controle van de motorkamer vanbinnen.
Controle van de elektrische apparatuur.
Controle elektrische isolering van de
motor.
Reinigingsinterventies:
REINIGING
Maak
de
voorzieningen
verschillende groepen met een stofzuiger
of een kwastje schoon, om productresten
te verwijderen.
Maak
de
afscherming
doorzichtig
methacrylaat
met
een
antistatische
schoonmaakproduct.
AANDACHT!
producten of zuren, schrapers of
metalen borstels gebruiken.
Smeerinterventies
SMERING
Smeer de kolom, de tandheugel, de
boorhouder.
Maak
de
afscherming
doorzichtig
methacrylaat
met
een
antistatische
schoonmaakproduct.
HANDLEIDING MET GEBRUIKSAANWIJZINGEN - OORSPRONKELIJKE INSTRUCTIES
FREQUENTIE
elke 8 u
elke 8 u
elke 8 u
door
de
kunnen
worden
FREQUENTIE
elke 160 u
elke 480 u
elke 960 u
FREQUENTIE
van
de
elke 8 u
in
schoon
elke 8 u
doek
en
Geen
schurende
FREQUENTIE
indien nodig
in
schoon
elke 8 u
doek
en
11. Sloop en verwijdering
Zie "Algemene veiligheidsnormen".
Nederlands ▪ 105