All manuals and user guides at all-guides.com
■
Leunende ladders voor toegang tot een grotere hoogte moeten ten minste 1 meter
voorbij het aanleunpunt worden uitgeschoven.
■
Voorwerpen die bij de beklimming van de ladder worden meegenomen, moeten
licht en gemakkelijk hanteerbaar zijn.
■
Bij het werken op een ladder, deze met één hand vasthouden of, als dit niet
mogelijk is, extra voorzorgsmaatregelen nemen.
Vergrendelingsmechanisme:
■
De telescoopladder wordt op elke sport vergrendeld met twee borgpennen die
automatisch vastklikken wanneer de ladder in de juiste positie wordt uitgeschoven.
■
Elke borgpen heeft een borghefboom die de vergrendelingstoestand aanduidt.
■
Als de borghefbomen in een hoek van 60 graden vallen of de verschuifbare
borghefbomen zich aan het einde van de sport bevinden, betekent dit dat de
veiligheidspinnen op hun plaats vergrendeld zijn (Afb. 4).
Stabiliteitsbalk verplicht bij leunende ladders
Voor leunende ladders of voor ladders die als zodanig kunnen worden gebruikt,
met een lengte van meer dan 3 meter, is de door de fabrikant geleverde standvlak-
verbreding (stabiliteitsbalk) verplicht.
Opmerking (Afb. 11) Bij het aanbrengen van de stabiliteitsbalk kan de ladder om-
vallen. Hierbij kan materiële schade en persoonlijk letsel ontstaan. Vraag zo nodig
iemand anders om u bij de montage te helpen.
Ladder testen/inspecteren
Voordat de ladder wordt gebruikt, moeten alle afzonderlijke onderdelen door middel
van een visuele inspectie op hun perfecte staat worden gecontroleerd. Als u hierbij
schade opmerkt, mag de ladder niet worden gebruikt en moet het probleem vóór
het volgende gebruik worden verholpen.
Naast de visuele inspectie op elke werkdag en vóór elk gebruik van de ladder(s),
is het verplicht een periodieke controle met de desbetreffende documentatie uit te
voeren (zie ook TRBS 2121-2, DGUV 208-016).
De laddertest moet door een hiervoor gekwalificeerd persoon in overeenstemming
met de BetrSichV (arbeidsmiddelenverordening) worden uitgevoerd. Deze medewerker
wordt door de ondernemer aangewezen op grond van zijn beroepsopleiding,
werkervaring en professionele activiteit die maken dat hij over de nodige kennis
beschikt om ladders te inspecteren. Het testinterval moet periodiek worden vastge-
steld op grond van de gebruiksfrequentie, het toepassingsgebied en de belasting van
de ladder en wordt door de ondernemer op basis van een risico-evaluatie bepaald.
FÖRCH beveelt hiervoor een jaarlijkse testregelmaat aan. Ook bij de periodieke
controle van de ladder gaat het louter om een visuele inspectie. Deze controle moet
worden gedocumenteerd. Op de ladder moet de datum van de volgende inspectie
worden genoteerd. Als er ongelukken met ladders gebeuren, is het voor het instaan
voor de vervolgkosten cruciaal dat zowel de ondernemer als de gebruiker zich
correct hebben gedragen. Om dit te kunnen bewijzen, is het belangrijk om de pro-
fessionele gebruikers te instrueren over het gebruik van ladders en deze instructie
schriftelijk te documenteren.